Fotolexicon, 28e jaargang, nr. 43 (februari 2011) (nl)

Taco Anema

Saskia Assser

Extract

Taco Anema heeft zich toegelegd op het groepsportret. Als documentair fotograaf is hij vooral geïnteresseerd in mensen en de manier waarop zij zich tot elkaar verhouden. Hij portretteert beeldend kunstenaars, krakers, socialisten of gezinsleden als onderdeel van een groep en laat zien hoe deze mensen op verschillende manieren een plaats in de maatschappij innemen. De verbeelding van de individuele persoonlijkheid maakt hij ondergeschikt aan de rol die de betrokkene speelt in een specifiek sociaal verband. Anema gaat als een regisseur te werk, waarbij hij zich in de compositie soms laat inspireren door voorbeelden uit de klassieke schilderkunst.

Biografie

 

1950

Taco Anema wordt op 11 mei 1950 geboren in Bloemendaal.

1954-’76

In Bloemendaal gaat hij naar de Montessori kleuter- en lagere school. Daarna doet hij hbs-b in Haarlem, gevolgd door een studie sociologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij studeert in 1975 af op een onderzoek naar het Sociaal Cultureel Planbureau.

Als beloning voor het afstuderen doet Anema zichzelf het boek Sweet Life van Ed van der Elsken (1966) en zijn eerste camera, een Nikon Nikkormat met 50mm lens, cadeau.

1975-’80

Omdat zijn belangstelling bij het onderwijs ligt, gaat hij lesgeven aan de universiteit. Maar dat blijkt na een half jaar een vergissing. Hij stopt met dit werk en neemt allerlei tijdelijke banen aan. Hij vertaalt populair wetenschappelijke literatuur vanuit het Engels naar het Nederlands, hij is klusjesman en werkt als barkeeper.

1978

Bij het culturele studentencentrum CREA in Amsterdam volgt Anema een cursus fotografie van Hans van den Bogaard. Daarna overweegt hij de fotografie serieus te gaan aanpakken.

1980

Anema raakt betrokken bij de krakersbeweging in Amsterdam. Daar vloeit zijn eerste gepubliceerde fotoreportage – in Nieuwe Revu – uit voort: over het krakersoproer aan de Vondelstraat in Amsterdam. De foto’s worden ook opgenomen in Even geduld, deze straat is gekraakt uitgegeven door de aan de Kraakbeweging gelieerde Uitgeverij Lont. Hij vestigt zich definitief als documentair fotograaf en raakt bevriend met Hans Aarsman, Theo Baart, Han Singels, Lex van der Slot en Hannes Wallrafen.

1980-’81

Op eigen initiatief reist Taco een aantal malen naar Polen, waar hij fotoreportages maakt over de stakingen en betogingen door de Poolse vakbond Solidarność. Ook is hij aanwezig bij de rellen die voorafgaan aan de door generaal Jaruzelski afgekondigde staat van beleg in december 1981. Deze foto’s worden in de Volkskrant, De Groene Amsterdammer en Trouw gepubliceerd. Zij betekenen zijn doorbraak als documentair fotograaf.

1980-’95

Als freelance fotograaf werkt Taco Anema voor kranten en tijdschriften als de Nieuwe Revu, De Groene Amsterdammer, de Volkskrant, Trouw en NRC Handelsblad. In het begin maakt hij vooral sociaal getinte reportages, maar bekendheid krijgt hij uiteindelijk met zijn portretten.

1981-’82

Anema is een van de fotografen die gaat meewerken aan Plaatwerk, een tijdschrift voor sociale fotografie, opgericht door Hans Aarsman, Harry Meijer en Kees de Graaff. Stichting Plaatwerk is een samenwerkingsverband van fotografen, journalisten en vormgevers die de sociale, geëngageerde fotografie willen verspreiden. In 1982 levert Anema een bijdrage aan de door Plaatwerk uitgegeven publicatie Mijn moeder vindt het ook. De bewapening, het antimilitarisme en de vredesbeweging in beeld, waarin het massale verzet tegen kernwapens in beeld wordt gebracht.

1984

In opdracht van het Amsterdams Fonds voor de Kunst maakt Anema een fotoreportage over de wereld van de Amsterdamse haute couture achter de schermen. Om snel en onopvallend te kunnen fotograferen schiet hij deze serie met zijn in 1979 aangeschafte Leica. De foto’s worden onder andere geëxposeerd in het Haagse Gemeentemuseum. De serie wordt opgenomen in de fotocollectie van het Stadsarchief Amsterdam.

1984-2000

Taco Anema is lid van de GKf, de beroepsvereniging van fotografen en maakt tussen 1994 en 1997 ook deel uit van het bestuur.

1985

Taco Anema sluit zich aan bij het fotopersbureau Hollandse Hoogte dat in 1985 wordt opgericht om een breder afzetgebied te creëren voor de vele foto’s die geen plek kunnen krijgen in de reguliere media.

1986

Met de serie Enkhuizer groepsportretten voor Galerie ’t Weeshuis in Enkhuizen slaat Taco een nieuwe fotografische richting in. Op eigen initiatief en gefinancierd door de Raad voor de Kunst maakt hij een serie van zestien geënsceneerde foto’s van diverse groepen inwoners van Enkhuizen: baby’s, bruidsparen, religieuze voorgangers, vissersweduwen, doodgravers etc. Omdat de foto’s voor een tentoonstelling zijn bedoeld, maakt hij de opnamen met een Hasselblad 6×6 camera (en een 50 mm lens) op statief. De serie markeert het begin van zijn specialisme als fotograaf van groepsportretten en leidt tot een portretopdracht van de gemeente Leiden (De Verbeelding van Leiden).

1987-’92

Eind jaren tachtig, begin jaren negentig maakt hij in opdracht een aantal bijzondere series portretten en stillevens. Hij fotografeert onder andere deelnemers aan het Holland Festival (1987), kunstenaarsateliers in Loods 6 (1989) en amateur beeldend kunstenaars (1991). De zesendertig opvallende groepsportretten voor het Holland Festival fotografeert hij met zijn Sinar 4×5” technische camera. De foto’s worden in 1988 bij uitgeverij Focus in een boek gepubliceerd en leveren hem veel bekendheid op.

1988-’90

Van de Provincie Utrecht krijgt Anema in 1988 een opdracht tot het maken van kunstenaarsportretten. Taco Anema is in deze jaren gastdocent aan Rietveld Academie in Amsterdam en geeft les aan onder anderen Inez van Lamsweerde en Dana Lixenberg.

1991

Voor de Amsterdamse Uitmarkt, de jaarlijkse start van het culturele seizoen, maakt Anema zwart-wit portretten van artiesten. Deze foto’s combineert hij met stillevens in kleur, die de geportretteerden karakteriseren. Tijdens de Uitmarkt hangen de foto’s op grote banieren aan de buitenkant van het Muziektheater. Het is typerend voor Taco Anema dat hij zijn keuze voor een bepaalde fotografische vorm laat afhangen van het onderwerp. In hetzelfde jaar gebruikt hij zijn 8×10” polaroidcamera, die hij in 1986 heeft aangeschaft, om subtiele stillevens te fotograferen in de kunstenaarsateliers in Loods 6 op het KNSM-eiland in Amsterdam.

1993-heden

De bekendheid die Taco met zijn portretten in kranten en tijdschriften vergaart, leidt tot commerciële opdrachten uit het bedrijfsleven. Met betrekkelijk veel creatieve vrijheid maakt hij foto’s voor jaarverslagen en andere publicaties van CSM, Essent, Heineken, Philips, NedCar, Randstad, Wolters Kluwer en andere bedrijven. Deze opdrachten geven hem financiële ruimte om zijn eigen fotoprojecten te kunnen blijven uitvoeren.

1994-’95

Met Bert Verhoeff krijgt Taco Anema de documentaire foto-opdracht van de afdeling Nederlandse Geschiedenis van het Rijksmuseum, die jaarlijks wordt verstrekt om maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland te documenteren. Het onderwerp van 1994 is het honderdjarig bestaan van de sociaaldemocratie. Terwijl Verhoeff een zwart-wit reportage achter de schermen van de PvdA maakt, portretteert Anema in kleur vijfentwintig gezichtsbepalende leden van de SDAP en de PvdA. De foto’s verschijnen in 1994 in het boek De Rode Loper. De partij van de arbeid honderd jaar later, en worden in 1995 in het Nederlands Foto Instituut in Rotterdam en het Rijksmuseum in Amsterdam geëxposeerd.

1998

Na De wereld van de Haute Couture in 1984 krijgt Taco Anema voor de tweede keer de jaarlijkse foto-opdracht van het Amsterdams Fonds voor de Kunst. Deze keer is het onderwerp Amsterdam als Financieel Centrum. Het is een van de laatste projecten die hij in zwart-wit fotografeert. Ook deze serie wordt opgenomen in de fotocollectie van het Stadsarchief Amsterdam.

1999-2000

Met Michel Szulc Krzyzanowski reist Anema twee jaar lang over de wereld om de relatie tussen mens en energie vast te leggen. Zij fotograferen de productie en consumptie van energie aan de hand van het leven van twintig gezinnen op vijf continenten. In elk gezin is een lid van de familie werkzaam in de energieproductie. De foto’s worden gepubliceerd in het omvangrijke fotoboek World of Energy en geëxposeerd in het Museon in Den Haag.

2002-’09

In 2002 begint Anema aan een van zijn grootste fotoprojecten tot nu toe: het portretteren van honderd Nederlandse gezinnen in verschillende samenlevingsvormen door het hele land verspreid. Hij portretteert hen thuis, meestal in de huiskamer of de keuken, bij bestaand licht op 4×5” negatieven. Begin 2009 verschijnen de foto’s in het boek Honderd Hollandse huishoudens 2002-2009, dat wordt bekroond als een van de dertig best verzorgde boeken van 2009. Een selectie daaruit wordt hetzelfde jaar in Huis Marseille, in Amsterdam, geëxposeerd. Deze tentoonstelling en het groepsportret dat hij bij die gelegenheid maakt van de Haarlemse drukkersfamilie Enschedé leiden tot een grote opdracht van de juristenfamilie De Savornin Lohman om de familie te portretteren.

2006

Dezelfde, wereldwijde aanpak als bij het fotoboek World of Energy past Taco Anema ook toe in zijn project Tales of water. A child’s view, waarin hij documenteert hoe kinderen in zestien verschillende landen op vijf continenten in hun dagelijks leven omgaan met water. Het gelijknamige boek, dat hij zelf heeft geïnitieerd in samenwerking met filmmaker Mario van Zijst, wordt in 2006 gepresenteerd tijdens het Wereld Water Forum IV in Mexico.

2010

In opdracht van het CPNB maakt Taco Anema in het Muziekgebouw aan ‘t IJ in Amsterdam een groepsportret van vijfenzeventig Nederlandse schrijvers ter gelegenheid van de 75ste Boekenweek.

Anema maakt op de website Photoq bekend dat hij Nederlandse besturen zoekt voor nieuwe groepsportretten.

Beschouwing

Taco Anema stelde in 1997 voor het Amsterdamse Centrum voor Fotografie een tentoonstelling uit zijn eigen werk samen onder de titel Monumentale achteloosheid. Deze titel vat zijn manier van kijken en fotograferen kernachtig samen. Anema fotografeert mensen in hun onderlinge relaties en alledaagse situaties met een scherp oog voor het achteloze gebaar en het terloopse moment. Zijn onderwerpskeuze en stijl getuigen van een milde, onbevooroordeelde kijk op de mens en diens plaats in de maatschappij. Hij zoekt naar harmonie in het beeld, niet alleen tussen de geportretteerden onderling, maar ook in de compositie waarbij alle elementen een gelijkwaardige rol krijgen toebedeeld. Taco Anema is een redelijk, optimistisch en flegmatiek mens die in zijn foto’s de confrontatie en het drama meestal links laat liggen maar altijd met compassie fotografeert.

Anema is autodidact en heeft van zijn hobby zijn beroep gemaakt. Halverwege de jaren zeventig studeerde hij af als socioloog, met de bedoeling om als leraar te kunnen bijdragen aan een nieuwe, betere samenleving. Hij constateerde echter vrij snel dat hij geen talent voor lesgeven had en dat hij een andere manier moest vinden om zijn maatschappijkritiek over te dragen. In 1978 volgde hij een cursus fotografie bij CREA, het cultureel studentencentrum van de Universiteit van Amsterdam. Deze cursus werd gegeven door Hans van den Bogaard, die toen al bekend was als fotojournalist voor onder andere Vrij Nederland. Via CREA en zijn leven in linkse, activistische kringen raakte Anema bevriend met andere idealistische fotografen zoals Hans Aarsman, Theo Baart, Harry Meijer, Arjen Ribbens, Han Singels, Lex van der Slot en Hannes Wallrafen. Velen van hen hadden net als Taco een achtergrond als universitair student of amateurfotograaf.

In dat gezelschap was destijds een goede fotograaf een linkse fotograaf. Hij of zij vertegenwoordigde een helder politiek standpunt en fotografeerde in dienst van de boodschap. De fotograaf toonde zich solidair met de zwakkeren in de samenleving en gebruikte de fotocamera om het gezag van de overheid en de maatschappelijke verhoudingen ter discussie te stellen. Voor deze fotografische benadering wordt de term ‘sociale fotografie’ gebezigd: documentaire fotografie als actiemiddel, in de eerste plaats bedoeld om te overtuigen, in de tweede plaats om te informeren. De Nederlandse sociale fotografen werkten op kleinbeeld met een snelle zwart-wit film. Zo konden zij flexibel opereren en razendsnel reageren, met als typische stijlkenmerken in het beeld de grove korrel en een in de donkere kamer aangezet contrast. Specifieke problemen die Taco Anema en zijn collega’s aankaartten waren bijvoorbeeld de gelijkwaardige arbeidsparticipatie van de vrouw, de bezorgdheid over kernwapens en kernenergie en de onvrede over het gebrek aan goede woningen.

Anema profileerde zich voor het eerst als fotograaf tijdens het krakersoproer in de Amsterdamse Vondelstraat, waar begin maart 1980 een veldslag tussen krakers en politie plaatsvond. Hij was zelf kraker en kon daardoor de gebeurtenissen van binnenuit fotograferen. Omdat hij het vertrouwen van de krakers genoot, kreeg hij toegang tot plekken waar persfotografen niet konden komen. Zijn foto’s verschenen onder andere in Nieuwe Revu en in het boekje Even geduld deze straat is gekraakt, in 1980 gepubliceerd bij Lont, de uitgever van de kraakbeweging. Taco maakte deel uit van een groep sociaal bevlogen fotografen onder wie Paul Babeliowsky, Joop Blom, Maurice Boyer, Leo Divendal, Peter Elenbaas en Han Singels. Hun foto’s waren spontaan, rauw, technisch onvolmaakt en esthetisch onbeholpen. Een aantal jaren later zei Taco in een interview met de Volkskrant over deze praktijk: “het [ging] daar meer om het feit dat je er was, dan dat je een geweldige foto maakte (…) Bij de Nieuwe Revu kon ik binnenkomen omdat ik contacten had, niet omdat ik zo goed kon fotograferen. Ik was zelf kraker en steeds als eerste bij gebeurtenissen aanwezig. Wel goed ingevoerd maar geen goede fotograaf.”

Ten tijde van de krakersrellen maakte Anema ook een serie foto’s die al vooruit wees naar de latere thematiek in zijn werk. In deze reportage toonde hij hoe krakers hun dagelijks leven inrichtten, hoe ze werkten, studeerden en woonden in een gebarricadeerd pand, en daar in de voortdurende onzekerheid verkeerden van een dreigende ontruiming. In diezelfde periode maakte Anema op eigen initiatief een aantal reizen naar Polen, waar de vrije vakbond Solidarność recentelijk was opgericht. Ook daar fotografeerde hij zowel de stakingen en betogingen van Solidarność als de gevolgen van deze ontwikkelingen voor het dagelijks leven van de Polen, thuis en op straat. In Polen was Anema als enige Nederlandse fotograaf aanwezig tijdens de rellen die voorafgingen aan de door generaal Jaruzelski afgekondigde staat van beleg in december 1981. Deze foto’s verschenen in de Volkskrant, De Groene Amsterdammer en Trouw en betekenden zijn doorbraak als documentair fotograaf. Hij ontdekte dat het verhaal vooral was te vinden in veelzeggende details in houding, gebaar en blikrichting van de mensen die hij fotografeerde.

Voor jonge fotojournalisten als Taco Anema waren er in die jaren overigens weinig mogelijkheden om foto’s gepubliceerd te krijgen. Redacties van kranten en tijdschriften werkten met hun eigen fotografen, onder wie Willem Diepraam, Eddy de Jongh, Bert Nienhuis (allen Vrij Nederland), Dolf Toussaint, Eddy Posthuma de Boer (Parool, de V olkskrant), Daniël Koning, Wim Ruigrok (beiden de Volkskrant) en Vincent Mentzel (NRC Handelsblad) en die waren vaak net iets eerder begonnen,. Bij de Volkskrant kwamen halverwege de jaren tachtig meer kansen voor freelancers toen Rolf Bos en Harry van Gelder de fotoredactie gingen bestieren. Anema was een van de eerste buitenstaanders die, in 1984, een opdracht van deze krant kreeg. Hij maakte een portret van André Batenburg, scheidend voorzitter van de raad van bestuur van ABN AMRO. De foto werd op een halve pagina gebracht, wat destijds ongehoord groot was. Bovendien werd zijn naam, tegen de tot dan toe heersende praktijk in, bij de foto geplaatst. Enkele jaren later zou de Volkskrant zijn handtekening prominent, in de vorm van een facsimile, plaatsen bij zijn portretfoto’s voor het Holland Festival, die de krant in de zomer van 1987 wekelijks publiceerde. Begin jaren negentig maakte Anema met journaliste Nicoline Baartman regelmatig series voor de Volkskrant waarbij tekst en beeld gelijkwaardig waren, zoals Blikveld, over tv-kijken, en Kastsucces over bekende mensen en hun favoriete kledingstuk.

In de jaren tachtig bewoog Taco Anema zich in een kring van fotojournalisten en documentaire fotografen die zelf nieuwe initiatieven ontplooiden en discussie voerden over de inhoud en koers van het medium. Anema was een van de eerste leden van het fotoagentschap Hollandse Hoogte, dat in 1985 werd opgericht door Louis Zaal, Dick Breebaart, Roel Sandvoort en Simon B. Kool. Naar voorbeeld van het illustere Magnum werd Hollandse Hoogte in die jaren geleid door en voor fotografen. Kranten, tijdschriften en Hollandse Hoogte moesten voor naamsbekendheid en inkomsten zorgen.

Anema nam in het tijdschrift Plaatwerk deel aan de discussies over de ethiek en esthetiek van de hedendaagse fotografie. In de Stichting Plaatwerk, opgericht in 1981 door Hans Aarsman, Harry Meijer en Kees de Graaff, werkten fotografen, journalisten en vormgevers samen om de sociale, geëngageerde fotografie te promoten en te verspreiden. Het tijdschrift stelde ondertussen het moralistische keurslijf ter discussie waarin de geëngageerde fotografen op dat moment zaten. Anema voelde zich thuis bij een vrijere, minder politieke benadering van de fotografie, die begin jaren tachtig steeds meer terrein won in de activistische fotojournalistiek.

In 1983 schreef Taco Anema in het filmtijdschrift Skrien een vlammend betoog aan het adres van de sociale fotografen om onafhankelijker te werken en niet meer te preken voor eigen parochie, dat wil zeggen in linkse bladen met kleine oplagen. “Wanneer je je laat gebruiken door strijdende partijen wacht je net zo lang totdat zij de wereld veranderen in plaats van het zelf te doen,” schreef Anema. Hij stelde dat de sociale fotografie een product was geworden van een maatschappij die uitsluitend in tegenstellingen werd geformuleerd. Geëngageerde fotografen doken alleen op in conflictsituaties zoals de vakbondsstrijd, de emancipatiestrijd en de anti-kernbewapeningsstrijd, “maar dan heeft de strijd zich zo specifiek ontwikkeld dat een hele hoop mensen zich er niet meer in zal kunnen herkennen en het materiaal met een vermoeid gebaar terzijde schuift.” Hij pleitte voor een brede blik op de samenleving en het fotograferen van processen die zich in de hele maatschappij voor doen en herkenbaar zijn voor elk individu. “Het gaat om vervreemding, hiërarchisering, privatisering, het negeren en uitsluiten van individuen en ga zo maar door. Het zijn onderwerpen die de meeste fotografen niet kunnen fotograferen, ze zouden saai zijn. Mocht dat de grond zijn waarop zij uiteindelijk voor andere onderwerpen kiezen, dan is hun bewogen keuze nogal dubieus te noemen.”

Dit artikel zou je in zekere zin ook kunnen lezen als een ‘artist statement’. Anema legde er verantwoording in af voor de inhoudelijke richting die hij zelf was ingeslagen en uiteindelijk vrij consequent zou volgen, met als voorlopig hoogtepunt Honderd Hollandse Huishoudens ruim vijfentwintig jaar later.

Tijdens de winter van 1984/1985 maakte hij een fotoserie die goed illustreert wat hij bedoelde: in De Wereld van de Haute Couture zijn geen onderdrukten of minderbedeelden te vinden, maar geeft Anema een genuanceerd beeld van een tamelijke gesloten beroepsgroep. In 1984 had hij aan het Amsterdamse Fonds voor de Kunst en het Gemeentearchief voorgesteld om voor de jaarlijkse documentaire foto-opdracht de haute couture achter de schermen te fotograferen. Tijdens een reportage die hij dat jaar voor de manifestatie Amsterdam modestad moest maken, realiseerde hij zich dat mode geen simpele kwestie van smaak was maar een doelbewuste miljardenindustrie. Voor de foto-opdracht lag de haute couture het meest voor de hand, vanwege het fotogenieke karakter en omdat het project met slechts vijf Nederlandse couturiers – Frank Govers, Max Heymans, Rob Kröner, Frans Molenaar en Edgar Vos – zich min of meer compleet zou kunnen laten vastleggen. Daarnaast constateerde hij dat die wereld door haar geïsoleerde positie en statische karakter gedoemd was te verdwijnen.

Ondanks de terughoudendheid van sommige couturiers lukte het Anema om een afgeronde reportage te maken. De serie toont de verschillende mensen die bij de totstandkoming van de haute couture betrokken zijn tijdens hun werk: couturiers, modellen, visagisten, stylisten, journalisten en clientèle. Om zich zo onopvallend mogelijk in de ateliers, salons, paskamers en hotels te kunnen bewegen, maakte Taco de foto’s met zijn Leica bij bestaand licht, een schemerige combinatie van kunst- en daglicht. Dit leverde grofkorrelige foto’s in zwart-wit op die contrasteren met de gelikte modefotografie uit die tijd en die het beeld van perfectie en schoonheid relativeren. Anema is nergens kritisch of ironisch, maar heeft wel aandacht voor de chaos waaruit perfectie en schoonheid ontstaan. Hij legt feilloos een voor buitenstaanders elitaire wereld bloot, die ook maar uit gewone mensen blijkt te bestaan. Mensen die geconcentreerd hun werk doen of zich begerig op kledingstukken storten.

De Enkhuizer groepsportretten uit 1986 verschillen als dag en nacht van Anema’s eerste reportagewerk. Deze zestien portretten ensceneerde hij met een Hasselbladcamera op statief, in een studioachtige setting en in kleur. In een interview uit 1990, in het boek Fotografen aan het werk voor Randstad, vertelde Taco dat kranten en tijdschriften zijn sociale foto’s vaak in een andere context publiceerden dan welke hij bij het maken van de beelden voor ogen had gehad. Hierdoor begon hij meer over de functie van fotografie na te denken en ging hij uiteindelijk twijfelen aan het medium als methode om de wereld te veranderen. “De richting waarin het proces bij mij gaat is door middel van fotografie geen dwingende mededelingen meer doen. Het is iets waar mensen naar kijken. Ze krijgen niet het gevoel dat er een bemiddeling van een fotograaf tussen zit,” zei hij in het interview. In de rol van regisseur kon hij het beeld eindelijk eens naar zijn hand zetten en die rol paste hem beter dan die van de snelle fotojournalist die voortdurend achter het nieuws aan holt. Op het technische vlak had hij bovendien het gevoel dat hij de snelheid van kleinbeeld niet voldoende kon controleren. De onscherpte die soms in het beeld optreedt vond hij eerder hinderlijk dan mooi. Het ensceneren van een foto zag Anema toch een beetje als “het honoreren van je eigen fantasie,” zoals hij in 1988 aan de Volkskrant vertelde. “Mijn fantasie ligt niet op straat. Ik ben geen Kertész. Ik kan geen zaken fotograferen die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben, en ze zo in beeld brengen dat ze samen toch weer een geheel vormen. Ik denk dat dat de enige vorm van documentaire fotografie is, maar helaas, ik kan de dingen niet in een bepaalde orde schuiven. En als ik het probeerde dan haalde ik er altijd toch weer even Walker Evans bij. Die leg je er naast, en dan denk je: ‘Ophouden, iets anders gaan doen’.” Die constatering deed hem niet aarzelen, maar bood hem juist de vrijheid om met de fotografische vorm te experimenteren.

Opvallend genoeg koos Anema bij het maken van de portretten in Enkhuizen niet voor de traditionele groepsverbanden binnen clubs en verenigingen, maar voor groepen die een dwarsdoorsnede van de samenleving vertegenwoordigen. De keuze voor baby’s, bruidsparen, religieuze voorgangers, vissersweduwen, doodgravers, slagers, motorrijders en anderen, gefotografeerd op een zorgvuldig gekozen locatie, maakt de serie nog altijd onverwacht en spannend. Anema refereerde nadrukkelijk aan beeldmotieven uit de film en de schilderkunst. De Tweetaktridders, het portret van de motorrijders, is direct ontleend aan Rebel Without A Cause met James Dean. De foto van de religieuze voorgangers baseerde hij op Het Laatste Avondmaal van Leonardo da Vinci. Het idee van de tafel met een vrije stoel en daaromheen een aantal mensen was het uitgangspunt. Maar de scène zelf ontstond min of meer toevallig omdat Anema niet wist hoeveel voorgangers er zouden komen. Tijdens de opname werd er een levendig gesprek gevoerd en heeft hij alleen de twee geheven handen links geregisseerd. Aan cursisten van de Fotovakschool in Apeldoorn legde hij later uit hoe de set was uitgelicht. Onder de tafel had hij een spotje gezet om de lege stoel uit te lichten en op het schilderij een grid: “Die grid is een lamp met een soort honingraat, die het licht veel meer bundelt waardoor die glim op dat schilderij komt. Die glim zit er expres in. Wanneer je in musea loopt en van die oude schilderijen bekijkt, kom je voortdurend dat soort spiegelingen tegen. Ik vond het goed bij de sfeer van het hele tafereel passen.”

Anema gebruikte de klassieke schilderkunst ook als bron van inspiratie bij de foto-opdracht van het Holland Festival, het internationale theater- en muziekfestival dat jaarlijks in Amsterdam wordt gehouden. Deze opdracht vestigde definitief zijn naam als excellent fotograaf van groepsportretten. Aanvankelijk had de organisatie van het Holland Festival een meer documentaire benadering voor ogen, vergelijkbaar met zijn aanpak van de haute couture. Maar Taco wist hen te overtuigen van zijn eigen idee: een serie ‘tableaux de la troupe’ – van musici, dansers, acteurs, regisseurs, componisten, theaterdirecteuren, podiumpersoneel en schoonmakers – in een theatrale setting bij voorkeur buiten het podium. Voor de compositie had hij goed gekeken naar schilderijen van Italiaanse kunstenaars uit de vroege Renaissance, zoals Giotto, Fra Angelico, Piero della Francesca, Mantegna en Massacio. “Ze schilderden voorstellingen in ruimtes waarvan me het verhaal ontging en de verdeling van vlakken, composities en licht- en kleurvoering me mateloos intrigeerde. Alles staat recht terwijl het perspektivisch eigenlijk niet kan. Elk vlak, waarin ook iets gebeurt of te zien valt, is gelijkwaardig aan een ander vlak. Dat is wat ik heb gedaan in de Holland Festival Groepsportretten: architectuur en groepen met elkaar verenigd tot steeds een acceptabele vorm”, aldus Anema in 1988 aan Leo Divendal voor het Haarlems Dagblad. Deze portretten zijn daardoor formeler van karakter dan die uit Enkhuizen. Toch heeft hij veel moeten improviseren omdat de artiesten weinig tijd hadden en zijn ideeën niet altijd begrepen. Locaties en enscenering had hij van te voren precies gepland, maar hij liet zich in de keuze van licht, compositie en kleurstelling leiden door zijn eigen fantasie en herinneringen. Taco Anema bleek niet het theater gefotografeerd te hebben, maar de fotografie tot theater te hebben gemaakt.

Anema heeft regelmatig aangegeven dat zijn portretten ook schatplichtig zijn aan de stijl van Paul Huf. Huf ensceneerde elegante en levendige groepsportretten met een natuurlijke flair en gevoel voor timing en onverwachte elementen. Net als Huf herschept Anema de werkelijkheid zonder dat die aan geloofwaardigheid inboet. Er zijn ook verschillen. Bij Taco Anema ontbreekt de glamour nagenoeg geheel en waar Huf tijdens het fotograferen meer afstand tot zijn modellen hield, is de dialoog met de poserende mensen bij Anema steeds essentiëler voor het creatieve proces geworden. Op dat punt komt de socioloog in de fotograaf naar boven. Vooral in zijn latere portretseries, zoals die van prominente socialisten en van Hollandse gezinnen, heeft hij deze aanpak geïntensiveerd, zonder overigens de regie uit handen te geven.

Halverwege de jaren tachtig was Anema niet de enige fotograaf met een activistische en journalistieke achtergrond die zich door Paul Huf liet inspireren. Dat is onder andere te zien in het boek De Verbeelding van Leiden (1988), waaraan Anema met andere fotografen een bijdrage leverde. Taco Anema, Bertien van Manen en Hannes Wallrafen maakten voor deze opdracht geënsceneerde groepsportretten met een verhalende en licht surrealistische ondertoon. Journalisten en recensenten bespeurden een nieuwe trend in de Nederlandse fotografie: het fotoportret was aan opwaardering onderhevig en sociaaldocumentaire fotografen gingen zich steeds meer vrijheid permitteren. Deze fotografen zochten niet alleen nieuwe inhoudelijke concepten, omdat zij de door Anema in Skrien verwoordde maatschappelijke effectiviteit van hun foto’s betwijfelden, maar oriënteerden zich ook op nieuwe presentatievormen. Technische en stilistische experimenten leidden tot een lossere manier van kijken met meer ruimte voor de eigen verbeeldingskracht. Ook onderzochten zij de karakteristieke kenmerken van het medium zelf. Zoals Taco had ervaren, bevrijdde deze benadering documentaire fotografen uit een visueel en inhoudelijk stramien en stimuleerde hen de eigen sterke punten te ontwikkelen. Deze ontwikkeling betekende een verrijking voor de geëngageerde, documentaire fotografie in Nederland.

Anema’s werk is verwant aan dat van Hans Aarsman en Hannes Wallrafen, met wie hij destijds als een van de belangrijkste vernieuwers van de fotojournalistiek werd gezien. Hun onderlinge verschillen zijn illustratief voor het diverse palet van de documentaire fotografie van dat moment. Tegelijkertijd hebben ze veel gemeen als het aankomt op een intelligente analyse van het medium zelf en de uitwerking daarvan in het beeld. In 1989 werden ze door het tijdschrift Foto geïnterviewd over hun keuze om ook in kleur te gaan fotografen. Hoewel documentaire fotografen in de Verenigde Staten de kleurenfotografie al in de jaren zeventig hadden ontdekt, werd deze stap toentertijd in Nederland nog tamelijk opmerkelijk gevonden. Aarsman had in dat jaar zijn boek Hollandse Taferelen gepubliceerd en Hannes Wallrafen werkte in Colombia aan zijn door Gabriel Gárcia Márquez geïnspireerde foto’s. Aarsman was het meest uitgesproken in zijn bekering tot de kleurenfotografie. Deze voldeed aan zijn groeiende behoefte om zo onnadrukkelijk mogelijk te fotograferen. “In een goede kleurenfoto bevinden zich geen overheersende kleurvlakken. Achteraf moet je vergeten zijn dat je naar een kleurenfoto hebt gekeken,” zei hij in het interview. Feitelijk is deze uitspraak ook goed van toepassing op het werk van Taco Anema. Die begon in dezelfde periode zijn portretten steeds minder te stileren en paste kleur op een genuanceerde en vanzelfsprekende manier in zijn foto’s toe. Anema deelde met Hannes Wallrafen het vermogen om fantasie en werkelijkheid zinvol en aansprekend te combineren. Voor beiden gold dat zij het individu vaak ondergeschikt maakten aan het verbeelden van een idee over de groep als geheel. De keuze voor kleur of zwart-wit was een intuïtieve die afhing van het onderwerp.

In 1992 vroeg de afdeling Nederlandse Geschiedenis van het Rijksmuseum of Anema wilde inschrijven op de documentaire foto-opdracht van 1994, met als onderwerp het honderdjarige bestaan van de sociaaldemocratie. Het museum stond een tweeledige uitwerking van het onderwerp voor ogen. Enerzijds bestond de opdracht uit een klassieke reportage waarin een aantal personen zouden worden gevolgd die zich op verschillend niveau inzetten voor de sociaaldemocratische politiek. Anderzijds wilde het museum diverse prominente socialisten laten portretteren in hun eigen omgeving. Terwijl Bert Verhoeff voor de eerste opdracht werd benaderd, kreeg Anema de laatste invalshoek voorgelegd. In een brief aan Wim Vroom, het hoofd van de afdeling geschiedenis van het Rijksmuseum en de drijvende kracht achter de opdracht, bracht Anema zijn opvatting over portretfotografie helder naar voren en formuleerde hij de inhoudelijke implicaties van de opdracht: “Omdat het in de portretfotografie om meer gaat dan alleen een afbeelding van een persoon en omdat altijd de visie van de fotograaf doorklinkt in de manier waarop hij portretteert, vraagt U mij in feite naar hoe ik aankijk tegen mensen die de sociaaldemocratie vertegenwoordigen. Dat is iets wat ik nu nog niet zo goed weet. Wordt de sociaaldemocratie gemaakt door mensen die thuis met hun voeten bij de haard warme chocolademelk drinken of wordt zij bevochten op straat en beslist in koningsdrama’s op partijcongressen? Fotografeer je nu de mens achter de sociaaldemocraat of wordt de sociaaldemocraat vereeuwigd als acteur in een historisch drama?” Hij pleitte voor optimale vrijheid in de uitvoering van zijn visie omdat hij alleen zo in staat was om een kleine groep representanten van de sociaaldemocratie te laten fungeren als symbool voor het geheel.

De portretten zijn in nauwe samenwerking met de geselecteerde politici ontstaan. In lange gesprekken probeerde Taco te achterhalen waar ‘het rode gevoel’ vandaan kwam. Ook maakte hij hen deelgenoot van het creatieve proces doordat ze zelf mochten bepalen waar, hoe en met wie ze gefotografeerd wilden worden. Op die manier wilde hij bewerkstelligen dat de foto’s de drijfveren van de personen in kwestie zouden weerspiegelen. Anema stelde zichzelf als doel dat alle opnamen zoveel mogelijk zouden verschillen en dat de foto’s geen geënsceneerde verbeelding van de voorgesprekken werden. De foto’s moesten het resultaat zijn van de confrontatie tussen hem en de geportretteerde persoon, waarin niet zozeer het verhaal als wel een emotie werd verbeeld. Dit leverde bijvoorbeeld een prachtig, intiem portret op van oud-minister van defensie Henk Vredeling. Hij wilde graag gefotografeerd worden in een situatie die voor hem een beslissende periode tijdens zijn onderduikperiode in de Tweede Wereldoorlog verbeeldde. Tot lichte verbazing van Anema wilden veel PvdA’ers met hun familie of gezin gefotografeerd worden. Deze keuze had hij eerder verwacht van christendemocraten, die het gezin als hoeksteen van de samenleving propageren, dan van socialisten.

Het gezin vormt het onderwerp van Anema’s grootste fotoproject tot nu toe. Tussen 2002 en 2009 portretteerde hij honderd Nederlandse gezinnen en presenteerde die in een boek en in een tentoonstelling onder de titel Honderd Hollandse Huishoudens. In de expositie liet hij een kleine selectie van de foto’s zien op monumentaal formaat om de beeldende kwaliteit optimaal tot zijn recht te laten komen. De manier waarop hij het thema visueel heeft uitgewerkt sluit prachtig aan bij een lange traditie in de beeldende kunst. Het boek, waarin alle honderd portretten zijn opgenomen, heeft een meer wetenschappelijk karakter doordat de foto’s zijn gecombineerd met relevante statistieken van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Taco Anema herkent in het gezin een duurzame samenlevingsvorm die tegelijkertijd langzaam aan verandering onderhevig is. Het lijkt een behoudend instituut, maar zoals op de foto’s goed zichtbaar is, manifesteert zich de sterk veranderde samenstelling van de Nederlandse bevolking zich bij uitstek in de huiskamer. Om een gevarieerd beeld te kunnen geven heeft Anema het hele land bereisd. Uit praktisch oogpunt was het echter onmogelijk om een representatieve doorsnede van de bevolking voor de camera te krijgen.

De gezinnen zijn thuis geportretteerd in de ruimte waar iedereen bij elkaar komt, meestal in de keuken, zit- of eetkamer. Het interieur geeft informatie over de welstand, levenswijze en sociale klasse van de families. Alle gezinsleden poseren, en iedereen – baby’s en huisdieren uitgezonderd – is zich daarvan bewust. Ze weten dat de fotograaf naar hen kijkt en dat uiteindelijk onbekenden naar hen zullen kijken. Die kennis gebruikt Taco om de spanning in het beeld te verhogen. Hij leunt zwaar op de situatie die hij aantreft, maar zet die tegelijkertijd naar zijn hand. Terwijl hij zijn camera installeert en met de mensen praat, observeert hij de onderlinge verhoudingen en de plek die iedereen in de ruimte inneemt. Zo komt hij tot een vanzelfsprekende compositie, waarin niettemin elk gebaar is geregisseerd. Om de harmonie in het beeld te waarborgen, zijn alle elementen – mensen, interieur, kleuren en vorm – gelijkwaardig. Hoewel Anema het beeld regisseert ziet hij het maken van de foto als een gezamenlijk proces waarbij het succes afhangt van zijn eigen fantasie en die van de gezinsleden. Hij is zelf indirect aanwezig in elk beeld, doordat er bijna altijd een paar mensen recht in de camera kijken. Daarmee geeft hij de kijker ook de gelegenheid de huiskamer als het ware in te stappen. In de portretten voor Honderd Hollands Huishoudens heeft Anema met succes de ‘glazen wand’ laten verdwijnen die in formele portretten vaak wel tussen fotograaf en geportretteerden bestaat. Bij het vinden van gezinnen was hij heel erg afhankelijk van persoonlijke contacten, waardoor hij aanvankelijk vooral hoogopgeleide, blanke Amsterdamse gezinnen voor de camera kreeg. Uiteindelijk lukte het hem om wat meer verspreid over het land te fotograferen en ook allochtone gezinnen voor de camera te krijgen.

Taco Anema beschouwt zichzelf nog altijd als een ‘documentair’ fotograaf: “ik fotografeer het liefst mensen. Ik wil van de mensen die ik fotografeer iets vertellen aan de toeschouwers. De vorm waarin probeer ik steeds te variëren.” In de loop der jaren is zijn benadering steeds losser geworden. Zijn gestileerde portretten uit de jaren tachtig hebben plaats gemaakt voor een vanzelfsprekende, informele en ingetogen stijl. Anema laat het decor, de belichting en de attributen meer van het toeval afhangen dan in de vroege portretseries het geval was. Ensceneren en regisseren doet hij nog steeds, maar dat is minder nadrukkelijk te zien, omdat hij op locatie gebruik maakt van het beschikbare (dag)licht, de onverwachte momenten en de onbewuste lichaamstaal van zijn modellen. Taco Anema maakt portretten die niet zozeer de persoonlijkheid van een individu verbeelden, als wel diens rol in een bepaalde groep, als lid van een sociaal verband, illustreren. Hij streeft naar composities die veelzeggend zijn over de betekenis en identiteit van de betreffende groep in de maatschappij. In zijn foto’s geeft hij een algemeen sfeerbeeld waarin het accent ligt op de samenwerking met de betrokken personen. Zoals hij in 2009 tegen Het Parool zei: “De belangrijkste drijfveer is: mezelf in een situatie manoeuvreren waarin ik me prettig voel. Het is ontzettend leuk om in drie uur met volstrekte vreemden een mooie foto te maken, waarbij hun inbreng minstens zo belangrijk is als de mijne.”

Documentatie

Primaire bibliografie

(eigen publicaties: tekst, eventueel met foto’s, maar ook fotoboeken e.d.)

Taco Anema e.a. (samenstelling), Mijn moeder vindt het ook. De bewapening, het antimilitarisme en de vredesbeweging in beeld, Amsterdam (SUA) 1982 (met foto’s).

Taco Anema, De dubbelzinnigheid, in Skrien (mei/juni 1983) 127, p. 17-19.

Taco Anema (foto’s), De dames van de retirade, in Plaatwerk 1 (november/december 1983) 4, p. 3-6.

Joke en Mieke vn der Wey (tekst) en Taco Anema (foto’s), Meisjes boven de 30, in Plaatwerk 2 (juli 1985) 11, p. 25-31.

Taco Anema, Haute-Couture, in Plaatwerk 3 (december 1986) 17, omslag, p. 4-13.

Taco Anema, Holland Festival, Amsterdam/Den Haag (Focus/SDU) 1988.

Nicole Baartman (tekst) en Taco Anema (foto’s), Kastsucces, in de Volkskrant 3 november 1990 t/m 29 juni 1991.

Nicole Baartman (tekst) en Taco Anema (foto’s), Blikveld, in de Volkskrant 14 maart t/m 30 mei 1992.

Paulien Terreehorst (tekst) en Taco Anema (foto’s), Het seizoen. Een modeboek, Amsterdam (Nijgh & Van Ditmar) 1993.

Taco Anema en Bert Verhoeff (foto’s) en Max van Weezel (tekst), De rode loper. De Partij van de Arbeid honderd jaar later, Eindhoven/Amsterdam (Lecturis/De Verbeelding) 1994.

Felix van der Laar (tekst) en Taco Anema (foto’s), Amsterdam woont hier… . Volkshuisvesting en stadsvernieuwing tussen 1972 en 1994, Amsterdam (Stedelijke Woningdienst Amsterdam) 1994.

Taco Anema e.a. (red.), GKf 50. Fotografie 1945-1995, Amsterdam (De Verbeelding) 1995.

Miriam Bestebreurtje (tekst), Foto’s Taco Anema [uitgave t.g.v. de tentoonstelling Monumentale Achteloosheid], Amsterdam 1997.

Jan Heijn (tekst), Taco Anema en Michel Szulc Krzyzanowski (foto’s), World of energy, Amsterdam (De Verbeelding) 2000.

Taco Anema en Louis Zaal, Ik heb geen behoefte om ‘het kwaad’ uit te drukken, in Taco Anema e.a. (tekst), Vojta Dukát. A slice of time, Den Haag (Stroom haags centrum voor beeldende kunst) 2001, p. 113-114.

Gijs Potters e.a. (red.) en Taco Anema (foto’s), Neil Wilkin. Seeds of change, Leerdam (Uitgeverij Glaswerk) 2001.

Anneke van Steijn (eindred.), Taco Anema, Hans van der Meer en Bert Verhoeff (foto’s), Communicatie, Amstelveen (Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen) 2001 (serie : Grafisch Nederland, Kerstnummer 2001).

Taco Anema, Tales of water. A child’s view, New York (Umbrage editions) 2006.

Taco Anema en Anne Stienstra, A journey to Cuba, Amsterdam (Anema-Stienstra) 2007.

Taco Anema (foto’s) en Fred Feddes (essay), Honderd Hollandse huishoudens 2002-2009 = A hundred Dutch households, 2002-2009, Amsterdam (De Verbeelding) 2009.

Taco Anema, dSL, Amsterdam (Familievereniging de Savorin Lohman) 2010.

(foto’s in boeken, tijdschriften en ander drukwerk)

Paul Babeliowsky e.a. (foto’s), Even geduld deze straat is gekraakt, Amsterdam (Uitgeverij Lont) 1980.

Paul Babeliowsky e.a., Het feest dat Wiegel wilde, Wageningen (De Uytbuyt) 1980, omslag achterzijde, p. 6, 13.

Joop Blom e.a, De Vondelstraat. Verslagen van Radio Stad, 29 februari-3 maart 1980, Amsterdam (Van Gennep) 1980, p. 125, 152.

Jan Willem Dingemanse e.a. (red.), Jongerenstrijdboek Amsterdam-Noord, Amsterdam (Vereniging tienerwerkersoverleg Amsterdam-Noord) 1980.

Taco Anema e.a. (foto’s), Daarom geen kernenergie. Vragen en antwoorden, Nijmegen (Stoomgroep Nijmegen) 1981, geh. herz. uitg.

Vrij Nederland 4 april 1981.

Vrij Nederland 11 juli 1981.

De Groene Amsterdammer 30 december 1981.

Stedelijk jaarverslag Amsterdam 1981, p. 99.

Lisette Bros e.a. (red.), … of geweld zal worden gebruikt. Repressie in Nederland, Nijmegen (De Haktol) z.j. [1983], p. 37, 85.

Flip ten Cate e.a. (red.), Kruisraketten ongewenst. Voor en na 29 oktober 1983, Amersfoort/Amsterdam (Horstink/Mets) 1983.

Stedelijk jaarverslag Amsterdam 1983, p. 72, 81, 83, 86, 96.

Plaatwerk 3 (maart 1987) 18, p. 8.

Hans Aarsman, Denken is moeilijk, niet denken in moeilijker. Elf serieuze fotografen en de aanloopstrook, z.p. (Riba-pers) 1988.

Titus Yocarini (tekst), Total Design 25 jaar, Amsterdam (Total Design) 1988.

Catalogus tent. Geliefde personen, Plaatwerk 4 (maart 1988) 22/23, p. 58-59.

Het Parool 30 maart 1988.

Jaarverslag Randstad Holding bv. 1988.

Toneel Teatraal 109 (oktober 1988) 8, p. 102-103 (= Nederlands Theaterboek 37 (1987-1988)).

Ton Heijdra, De Pijp. Monument van een wijk, Amsterdam (René de Millano) 1989, afb. 109.

Rudy Kousbroek (tekst), 66 Zelfportretten van Nederlandse fotografen, Amsterdam (Nicolaas Henneman Stichting) 1989, afb. 57.

Taco Anema (foto’s), Amsterdam Centraal, in Het Parool 25 maart 1989, p. 43.

NRC Handelsblad 12 april 1989.

Holland Herald 24 (oktober 1989) 10, p. 40.

Elsevier 46 (16 juni 1990) 24, p. 51.

Modus. Over mensen, mode en het leven (december 1990) 0, p. 94-95.

NRC Handelsblad 22 augustus 1991.

Anoniem, Elegantie in Elektronica. Philips corparate brochure, Eindhoven (Philips Electronics b.v.) 1992.

NRC Handelsblad 2 december 1992.

Het Parool 24 juni 1993.

Brabants Dagblad 8 maart 1994.

Catalogus tent. GKf. Vijftig jaren van toekomst, Groningen (Stichting Aurora Borealis) 1995, ongepag.

Heleen van Galen (eindred.), Collecties, Amsterdam (Vossiuspers AUB) 1995, p. 18, 24, 30, 36, 40, 50, 60, 68, 72, 78, 82, 90, 94, 102, 108 (serie: Jaarboek 1995 van de Universiteit van Amsterdam).

Frank Govers, Mijn leven in mode, Amsterdam (Forum) 1995, p. 58.

Mirjam Hoijtink (tekst) en Taco Anema (foto’s), In het teken van Satyridae/The sign of Satyridae, Amsterdam (De Brink) 1995.

Keetje E. Sluyterman, Driekwart eeuw CSM. Cash flow, strategie en mensen, Diemen (CSM) 1995.

Het Parool 14 oktober 1995.

Jaarverslag 1995 F. van Lanschot Bankiers.

Leo Adriaenssen, Een dwarse buurt : het herscheppingsverhaal van de Staatsliedenbuurt en Frederik Hendrikbuurt in 1971-1996, Amsterdam (Wijkcentrum Staatslieden-Hugo de Grootbuurt) 1996, p. 95.

Co Vleeshouwer (samenstelling), Oog op A-drieënzeventig. Verslag van een audiovisueel project, Utrecht (Stichting Beeldende Amateurkunst) 1996, achterflap.

Antoinette van Schendelen, Natuur en ruimtelijke ordening in Nederland. Een symbiotische relatie, Rotterdam (NAi Uitgevers) 1997, p. 285-286.

Igor Stravinsky, The Rake’s Progress, Rotterdam (Onafhankelijk Toneel) 1997.

Het Parool 27 februari 1998.

Brabants Dagblad 12 mei 1998.

Edgar Vos en Mischa de Vreede, Maak me mooi. Het leven van Edgar Vos zoals verteld aan Mischa de Vreede, Breda (De Geus) 1999, p. 171.

Het Parool 15 juni 1999.

Het Financieele Dagblad 13 november 1999.

Het Financieele Dagblad 15 december 1999.

Martha Bakker e.a. (red.), Amsterdam in de tweede Gouden Eeuw, Bussum/Amsterdam (THOTH/Genootschap Amstelodanum) 2000, p. 93.

Onno Blom, Zolang de voorraad strekt. De literaire boekenweekgeschenken, gevolgd door een overzicht van alle boekenweekgeschenken sinds 1932, Amsterdam (Stichting CPNB) 2000, p. 8.

Brabants Dagblad 24 mei 2000.

Brabants Dagblad 6 juni 2000.

Ludo Permentier en Ewoud Sanders, Beeld van een taal, Den Haag/Antwerpen (Nederlandse Taalunie/Sdu Uitgevers/Standaard Uitgeverij) 2000, p. 84, 87.

Nederlands Theaterjaarboek 51 (2001-2002), p. 355.

Peter-Paul de Baar e.a., De Amstel, Amsterdam (Lubberhuizen) 2002, p. 66-67, 119.

NRC Handelsblad 4 januari 2002.

VPRO-gids 10 augustus 2002.

Gert Staal (tekst), Beppe Kessler. De omkering, Amsterdam (Kessler) 2003.

Het Parool 15 februari 2003.

De Telegraaf 23 november 2004.

Jaarverslag 2005. Rijksmuseum Amsterdam, p. 30.

Martin Bossenbroek e.a (red.), Het geheugen van Nederland. De twintigste eeuw in 101 markante beelden, Amsterdam/Den Haag (Bakker/Koninklijke Bibliotheek/Het Geheugen van Nederland) 2006, p. 205.

Jaarverslag 2006. Rijksmuseum Amsterdam, p. 17.

Jaarverslag 2007. Rijksmuseum Amsterdam, p. 31.

HP/De Tijd (12 maart 2010) 10, p. 41.

in Trouw:

17 april 1984.

24 oktober 1984.

13 februari 1985.

27 maart 1985.

17 april 1985.

8 mei 1985.

15 mei 1985.

21 mei 1985.

22 mei 1985.

12 juni 1985.

31 juli 1992.

8 april 1993.

15 april 1995.

3 november 1995.

6 februari 1998.

15 januari 1999.

5 oktober 2000.

25 oktober 2003.

20 november 2004.

in de Volkskrant:

6 april 1985, Het vervolg, p. 7.

10 oktober 1985.

25 oktober 1985.

1 november 1985.

8 november 1985.

15 november 1985.

16 januari 1987.

30 januari 1987.

28 maart 1987.

5 juni 1987, Kunstbijlage, p. 23.

12 juni 1987, Kunstbijlage.

19 juni 1987, Kunstbijlage.

26 juni 1987, Kunstbijlage.

14 april 1995.

24 juni 1995.

21 februari 1996.

7 juni 1996.

4 oktober 1996.

7 maart 1997.

14 november 1997.

24 februari 1998.

19 juni 1998.

12 februari 1999.

18 juni 1999.

18 september 1999.

11 augustus 2000.

28 september 2001.

24 december 2002.

4 november 2004.

Opdrachten

(na het jaar staat vermeld de opdrachtgever en tussen haakjes het onderwerp en/of het doel waarvoor de foto’s zijn gemaakt)

1984 Amsterdams Fonds voor de Kunst (De wereld van de Haute Couture).

1986 Gemeente Leiden (opdracht samen met andere fotografen: De Verbeelding van Leiden).

1987 Holland Festival (Portretten deelnemende groepen aan Holland Festival).

1988 Provincie Utrecht (Kunstenaarsportretten).

1988 Randstad Uitzendbureau bv (opdracht samen met andere fotografen: “Werk”).

1989 Vereniging van Beeldend Kunstenaars Loods 6, Amsterdam (opdracht samen met Eduard Berman: Atelierportretten voormalig KNSM complex).

1991 Amsterdam Uit Buro (30 persoonlijkheden uit de Nederlandse kunstwereld).

1991 Stichting Beeldende Kunst Utrecht (opdracht samen met Han Singels: Visies op beeldende kunstbeoefening amateurs).

1994 Rijksmuseum Amsterdam, afdeling Nederlandse Geschiedenis (opdracht samen met Bert Verhoeff: De Rode Droom. Honderd jaar Sociaal-Democratie).

1998 Amsterdams Fonds voor de Kunst (Amsterdam als Financieel Centrum).

2009 Familie De Savornin Lohman (Portretteren van de juristenfamilie De Savornin Lohman).

2010 CPNB (groepsportret van 75 Nederlandse schrijvers ter gelegenheid van de 75 ste Boekenweek).

Secundaire bibliografie

(publicaties over de fotograaf en/of zijn werk)

Catalogus tent. Geen commentaar. Fotografen als ooggetuigen van agressie en geweld, Amsterdam Nederlandse Kunststichting) 1982, ongepag.

Miryam en Herman, Taco Anema en het portret, in Herman, Zwart op wit. Nieuwsfotografie in de media, Amsterdam (Lont en Raket) z.j. [1984], p. 95-99 (met foto’s).

Ad Petersen e.a. (tekst), Wat Amsterdam betreft …/As far as Amsterdam goes …, Amsterdam (Stedelijk Museum) z.j. [1985], p. 114-115.

Anneke van Veen, Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1983-1985, Fodor. Tweemaandelijks tijdschrift voor beeldende kunst in Amsterdam 5 (mei/juni 1986) 3, p. 3-4.

Mariëtte Haveman, Reportagefotografie: het belang van de stad (1985), in Fodor. Tweemaandelijks tijdschrift voor beeldende kunst in Amsterdam 5 (mei/juni 1986) 3, p. 5-10, 14-15 (met foto’s).

Anoniem, Biografieën, in Fodor 5 (mei/juni 1986) 3, p. 42.

Willem Ellenbroek, Amsterdam in vijftien beeldverhalen. Gemeentearchief laat foto-opdrachten zien, in de Volkskrant 1 mei 1986.

(Vouwblad) Ietse Meij, Foto’s: Taco Anema. De wereld van de Nederlandse Haute Couture, Den Haag (Haags Gemeentemuseum) 1987.

Herman Hoeneveld, Maken van een groepsportret is zeker geen kinderwerk, in Het Parool 10 februari 1987.

Hripsimé Visser, Documentaire en monumentale foto-opdrachten in Nederland na 1945, in Perspektief (juni 1987) 28/29, p. 116.

Anoniem, Haute Couture foto’s in Kostuummuseum, in Haagsche Courant 26 juni 1987.

Pauline Terreehorst, Eline Vere in de paskamer, in de Volkskrant 27 juni 1987.

Anoniem, Modefoto’s in Gemeentemuseum, in Het Binnenhof 29 juni 1987.

Bas Roodnat, De wereld van Taco Anema, in NRC Handelsblad 21 juli 1987.

Heidi Sonneborn, De wereld van de Nederlandse Haute Couture. Expositie van Taco Anema, in Nieuwe Revu (7 augustus 1987) 33, p. 70-71 (met foto’s).

Afra Botman, ‘beeldschoon, echt bééldig’, in Trouw 8 augustus 1987.

Rini Scheffers, Stichting Konfrontatie organiseert. Het portret (een discussie), in Reflexions (september/oktober 1987) 34, p. 4.

Folder tent. Het andere gebouw, Amsterdam (De Moor) 3 t/m 24 september 1987.

Mirjam van Dun, De fantastische vertellingen van Taco Anema, in Focus 74 (december 1987) 12, p. 36-43.

Frits Bruins en Linda Rodenburg (red.), De verbeelding van Leiden, Leiden (Spruyt, Van Mantgem & De Does Informatief) 1988, p. 7-8, 74-79 (met foto’s).

M.W.M. Haker e.a. (samenstelling), Op deze plek heeft een gedicht gestaan, Utrecht/Antwerpen (Veen Reflex/Provincie Utrecht) 1988, p. 52-67 (met foto’s).

Rini Scheffers, Het portret en de mythe. Inleiding tot de discussie, in Foto 43 (januari/februari 1988) 1/2, p. 44-52.

Rolf Bos, Liefje, lach eens tegen het vogeltje, in de Volkskrant 12 maart 1988, Vervolgens, p. 3.

Anoniem, ‘De verbeelding van Leiden’, in Leidsch Dagblad 21 mei 1988.

Rolf Bos, Een gaatje voor de fotograaf, in de Volkskrant 27 mei 1988.

Leo Divendal, Taco Anema organiseerde groepsportretten. Boek en tentoonstelling over Holland Festival fotografie, in Haarlems Dagblad 16 juni 1988.

Willem Ellenbroek, Anema maakt groepen in festival tot figuranten in eigen fantasie, in de Volkskrant 18 juni 1988.

Joke Tromp, Het Holland Festival van Taco Anema, in Nieuwe Revu (23 juni 1988) 26, p. 38-41 (met foto’s).

H.H., Wat zei de art-director ook weer, in Het Parool 5 juli 1988.

Herman Selier, Scherpe beelden uit ruw materiaal, in NRC Handelsblad 8 juli 1988.

Wim Jansen, Hoe moeilijk is niet nadenken?, in Trouw 9 juli 1988.

Ellen Kok, Sociaal-fotografen geobsedeerd door groepsportretten. Nieuwe trend leidt niet overal tot even mooie resultaten, in Utrechts Nieuwsblad/NZC 15 juli 1988.

TH [= Ton Hendriks], Holland Festival/Taco Anema, in Perspektief (december 1988) 34, p. 57-58.

Anoniem, Trofee voor overgeslagen fotografen, in de Volkskrant 9 december 1988.

Catalogus Amsterdam koopt kunst. Gemeentelijke kunstaankopen= Amsterdam buys art. Municipal Art Aquisitions 1988, Amsterdam (Museum Fodor i.s.m. afdeling kunstzaken van de Gemeente Amsterdam) 1989, p. 5.

Rijksaankopen 1988. Werk van hedendaagse beeldende kunstenaars, Den Haag (Rijksdienst Beeldende Kunst/SDU) 1989, p. 44.

Catalogus Foto Biennale Enschede 1989. Engelse en Nederlandse fotografie = English and Dutch photography, Enschede (Stichting Foto Biennale Enschede) 1989, p. 42-43, 60-61.

Alphons B. ter Brake, Expositie Gerard Kuster schildert emotionele schoonheid van ‘Rilke’. De bus reist nu van Amsterdam naar Enschede, in Twentse Courant 18 januari 1989.

Huub Jansen, Taco Anema: Telkens nieuwe gebieden verkennen, in Fotoprof 6 (februari 1989), p. 10-13 (met foto’s).

Jan Heringa, Origineel in kleur? Drie Nederlandse fotografen in de USVA, in NS 9 oktober 1989.

Flip Bool en Herman Hoeneveld (tekst), Fotografen aan het werk voor Randstad, Diemen (Randstad Uitzendbureau) 1990, ongepag. (met foto’s).

Lisette Pelsers, Zó werkt professioneel fotograaf als Taco Anema, in Twentse Courant 16 mei 1990.

Peggie Breitbarth, Stille getuigenissen van een werkplek in de KNSM-loods, Dagblad Tubantia 22 mei 1990.

Ingeborg Leijerzapf e.a. (tekst), Het beslissende beeld. Hoogtepunten uit de Nederlandse fotografie van de 20e eeuw, Amsterdam (BIS) 1991, p. 73, 178.

Anoniem, De opening van het culturele seizoen: Uitmarkt, in NRC Handelsblad 22 augustus 1991.

Maartje van den Heuvel en Anneke van Veen (samenstelling), Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1972-1991 / Leontine Coelewij, Haro Plantenga en Anneke van Veen (samenstelling), Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1989-1991, Amsterdam (Gemeentearchief Amsterdam) 1992, ongepag.

Linda Roodenburg, Fotowerk. Fotografie in opdracht 1986-1992, Rotterdam (Uitgeverij 010) 1992, p. 149-150, 152, 154, 160-161.

Anoniem, Een andere vorm van creativiteit, in Feestelijk Zakendoen (1992) 1, p. 155.

Anoniem, Kijkdozen op de Dam, in Trouw 16 september 1992.

Monique Lancée (tekst), Momentum, Taco Anema, Kim Zwarts, John Baggen/Marc Schols, Korrie Besems, Born (NedCar) 1992.

Paul Arnoldussen, Honderd jaar SDAP in Beurs van Berlage, in Het Parool 31 maart 1993.

Peter Charpentier en Herman Hoeneveld, Industriefotografie: meer dan het fotograferen van machines, in P/F Professionele Fotografie (1993) 9, p. 17-18.

Anoniem, Taco Anema verbeeldt amateurkunst, in Focus 81 (januari 1994) 1, p. 36-43 (met foto’s).

Yvonne van Eekelen, Een grammatica voor de taal van de mode, in Trouw 8 januari 1994.

Anoniem, Gasfabriek decor van verstilde foto’s, in Het Parool 9 juni 1994.

Arend Evenhuis, Licht en tijd zijn gestold in Westergasfabriek, in Trouw 16 juni 1994.

Anoniem, Schuim en As, in Gooi- en Eemlander 20 juli 1994.

Anoniem, Rijksmuseum: voorlopig geen foto-opdracht, in NRC Handelsblad 7 oktober 1994.

Anoniem, Taco Anema bij Fotoforum, in Amersfoortse Courant 27 oktober 1994.

Roel Sandvoort, De fotografen van de sociaal-democratie, in PRO december 1994.

Willem de Hair, ‘Vertel papa maar dat ik heel boos op hem ben’, in Trouw 8 december 1994.

Anoniem, De rode loper – de PvdA 100 jaar later, in De Journalist 16 december 1994, p. 30.

Jan Tromp, ‘Wij zoeken de zweetkamertjes’, in deVolkskrant 19 december 1994 (met foto’s).

Anoniem, De ‘verbluffende informaliteit’ van 100 jaar sociaal-democratie, in Trouw 20 december 1994.

Eddie Marsman, Boeken, in NRC Handelsblad 24 december 1994.

M. Thijsen, Metaforen van het begrip bedrijfsfotoboek, in Het Financieele Dagblad 10 juni 1995.

M. Thijsen, The image of politics de verbeelding van de politiek in fotografie, in Het Financieele Dagblad 29 september 1995.

Anita Lowenhardt, De rode droom van de 101 jaar oude sociaal-democratie, in Trouw 12 oktober 1995.

Charles Lennartz, Vriendenclubje van weleer nu verzamelplaats van topfotografen, gebonden kunstenfederatie bestaat halve eeuw, in De Limburger 14 oktober 1995.

Anoniem, Billboard, in Dagblad van Noord-Limburg 30 oktober 1995.

Jan Koekebakker (eindred.), Werk. De Randstad fotocollectie 1988-1995/Work. The Randstad Collection of Photographs 1988-1995, Amsterdam (Randstad Holding) 1996, p. 16-17, 87, 114.

M. Thijsen, Collectie Randstad van schaftlokaal tot bedrijfscultuur, in Het Financieele Dagblad 20 januari 1996.

R.M. Smits, Jaarverslagen bekroond om vorm en communicatiekracht, in Het Financieele Dagblad 3 oktober 1996.

Y. Brentjens, De passie van ‘angry old men’in Galerie Ra, in Het Financieele Dagblad 26 oktober 1996.

Anoniem, Capilux Alblas prijs naar Dukat, in Het Parool 23 januari 1997.

Guusje Bendeler, Leontine van den Boom en Mart Hulspas (samenstelling), Nat en Droog, Nederland met andere ogen bekeken, Amsterdam (Architecture & Natura) 1998.

Hans Rooseboom, Expositie fotograaf Michel Szulc-Krzyzanowski, in Eindhovens Dagblad 26 februari 1998.

Eddie Marsman, Het ‘Kunstwerk Nederland’, in NRC Handelsblad 20 mei 1998.

Rob Berends, Luctor et Emergo. Weersgesteldheid als motor van Rijkswaterstaat, in Het Financieele Dagblad 4 juli 1998.

The Straw that Breaks The Camel’s Back, Den Haag (Ministerie van VROM) 2000.

Mirelle Thijsen, Humanistische fotografie en het geluk van de alledaagsheid. Het Nederlandse bedrijfsfotoboek 1945-1965 [proefschrift], Amsterdam (Universiteit Utrecht) 2000, p. 178.

Els Brenninkmeijer, Beelden van energie, in Haagsche Courant 16 juni 2000.

Edie Peters, Energie zonder gedachten, in de Volkskrant 17 juni 2000.

Els Brenninkmeijer, Beelden van energie in Haagse Museon, in Dagblad van Almere 24 juni 2000.

Wout Berger e.a. (foto’s) en Toon Tellegen e.a. (gedichten), Beeld versus woord, Zwolle (Waanders) 2001, p. 3, 28-35.

Jaap Lieverse, Geworstel met de moderniteit. Kerstnummer Grafisch Nederland dit jaar gewijd aan ‘communicatie’, in Het Financieele Dagblad 15 december 2001.

Hub. Hubben, Wassen, boenen en borstelen, in de Volkskrant 28 december 2001.

Mirelle Thijsen, Het bedrijfsfotoboek 1945-1965. Professionalisering van fotografen in Nederland, Rotterdam (Uitgeverij 010) 2002, p. 204.

Herman Hoeneveld, Communicatie. Kerstnummer Grafisch Nederland 2001, in P/F Professionele Fotografie (2002) 1, p. 72-74.

Henny de Lange, Als fotograaf ben ik nu passé, in Trouw 18 maart 2004.

Merel Bem, Liefdevolle objectiviteit, in de Volkskrant 22 september 2004.

Merel Bem, Maandaggesloten, in de Volkskrant 13 oktober 2004.

Jet Baruch e.a., Document Nederland. Nederland gefotografeerd 1975-2005. Een keuze uit 30 jaar documentaire foto-opdrachten van het Rijksmuseum, Zwolle (Uitgeverij Waanders bv.) 2005, p. 311-317 (met foto’s).

Catalogus tent. Made in Holland, Naarden (Stichting FotoFestival Naarden) 2005, p. 23, 56-57, 101 (met foto’s).

Pieter van Leeuwen, Taco Anema. Portfolio, in Foto+ (juni 2005) 6, omslag, p. 19-22 (met foto’s).

Robin Bruinsma, ‘Leusdens’ boek naar Mexico, in AD/Amersfoortse Courant 15 maart 2006.

Anne Berk, Paradijs in de polder, in Het Financieele Dagblad 27 mei 2006.

Anoniem, De avonden, in NRC Handelsblad 24 januari 2007.

Paul Römer, Wereld van energie, in Focus 87 (juni 2006) 6, p. 20-24.

Fabian Takx, De identiteitsfotograaf. Portfolio Taco Anema, in Credits (2009) 1, p. 38-49 (met foto’s.

Pim Milo, Thuis, in P/F Professionele Fotografie (2009) 2, p. 14-19 (met foto’s).

Jos Bloemkolk, ‘Het beslissende moment bestaat niet’, in Het Parool 25 februari 2009.

Sasja Kooistra, Elk gebaar regisseren, in de Volkskrant 5 maart 2009.

Rianne van Dijck, Poseren of niet, in FD Persoonlijk 14 maart 2009

Esther Boersma, Kleurrijke staalkaart gezin, in Amsterdams Stadsblad 15 maart 2009 (idem, in Aalsmeerder Courant 18 maart 2009).

Bertjan ter Braak, Moderne familie op de kiek gezet, in De Telegraaf 24 maart 2009.

Karin Duking, Familieportretten, in Museumtijdschrift (april/mei 2009) 3, p. 26-28.

Marijke Hilhorst, Hollandse huishoudens, in Elsevier 65 (11 april 2009) 15, p. 69.

Anoniem, Familie Wiersma boeit fotografen, in De Bunschoter 17 april 2009.

Lidmaatschappen

GKf 1984-2000 (bestuur GKf 1994-1997).

Bestuur Amsterdams Fonds voor de Kunst 1990-1993.

Bestuur Maria Austria Stichting, 1994-heden.

Commissie Individuele Subsidies, Fonds voor Beeldende Kunst, Vormgeving en Bouwkunst 1995-1998.

Commissie Documentaire Foto-opdrachten Noord Holland 1997.

Jury Capi-Lux Alblas Prijs 1997.

Commissie Fotografie, Amsterdams Fonds voor de Kunst 2001-2003.

Commissie Aankopen Fotografie, Stedelijk Museum 2003.

Jury Fotoprijs 2005 Verbond van Verzekeraars.

Onderscheidingen

2010 Best verzorgde boeken 2009, uitgaven Special Interest (voor Honderd Hollandse huishoudens 2002-2009).

Tentoonstellingen

1982 (g) Amsterdam, Nederlandse Kunststichting, ‘Geen Kommentaar’. Fotografen als ooggetuigen van agressie en geweld (reizende tentoonstelling).

1984 (e) Amsterdam, De Moor, Taco Anema.

1984 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Wat Amsterdam betreft

1985 (g) Amsterdam, Museum Fodor, Amsterdam koopt kunst. Gemeenteaankopen 1984.

1986 (g) Amsterdam, Museum Fodor, Foto’s voor de stad (Foto ’86).

1986 (g) Amsterdam Stedelijk Museum, 100 Meter in het Stedelijk (GKf).

1986 (e) Deventer, Kunstuitkijk, Taco Anema foto’s. Haut Couture. Amsterdam modestad 1984.

1986 (e) Enkhuizen, Galerie ’t Weeshuis.

1987 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Het Portret.

1987 (e) Amsterdam, Galerie Hollandse Hoogte, Groepsportretten. Taco Anema in kleur.

1987 (g) Amsterdam, RAI, Camara/Profotobeurs.

1987 (e) Den Haag, Haags Gemeentemuseum (ruimte Nederlands Kostuummuseum), Taco Anema – Foto’s. De wereld van de Nederlandse Haute Couture.

1988 (e) Amsterdam, Galerie Hollandse Hoogte, Groepsportretten van het Holland Festival 1987.

1988 (e) Amsterdam, Muziektheater, Holland Festival.

1988 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Geliefde Personen. Foto’s van de GKf. Beroepsvereniging van fotografen.

1988 (g) Leiden, De Waag, De verbeelding van Leiden.

1988 (g) Rotterdam, Perspektief, centrum voor fotografie, Portretten voor de media.

1989 (g) Amsterdam, De Moor, Het andere gebouw [een fotografisch totaalprojekt in De Moor].

1989 (g) Amsterdam, De Verbeelding, [kleine tentoonstelling van zelfportretten van Nederlandse fotografen].

1989 (g) Enschede, Rijksmuseum Twenthe, Foto Biennale Enschede.

1989 (g) Groningen, USVA, Origineel in kleur.

1989 (g) Utrecht, Centraal Museum, Op deze plek heeft een gedicht gestaan.

1990 (g) Amsterdam, De Moor, Mijn belangrijkste foto van 1989.

1990 (g) Amsterdam, De Moor, 20 Jaar De Moor. Jubileumexpositie.

1990 (e) Enschede, Fotogalerie Objektief, Taco Anema.

1991 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, Het beslissende beeld. Hoogtepunten uit de Nederlandse fotografie van de 20e eeuw (Collectie Stichting Dutch Photography).

1991 (e) Amsterdam, Muziektheater/Stadhuis [buitenzijde], [zwart-wit portretten van artiesten].

1991 (g) Zwolle, Librije hedendaagse kunst, De beeldende foto.

1992 (g) Amsterdam, Beurs van Berlage, Foto in Opdracht.

1992 (g) Amsterdam, De Moor, Kijkdozen op de dam, 8 foto-installaties in miniatuur.

1992 (e) Eindhoven, Galerie Pennings, Taco Anema.

1992/1993 (g) Maastricht, Gouvernementsgebouw, Momentum.

1993/1994 (g) Vlaardingen, Visserijmuseum, Vis-à-vis.

1994 (e) Amersfoort, Het Klokhuis, De Werkelijkheid van Taco Anema.

1994 (e) Amsterdam, Westergasfabriek, Visie op de Westergasfabriek – 10 fotografen in 100 foto’s.

1994 (g) Rotterdam, Nederlands Foto Instituut, Hallo Rotterdam.

1994 (g) Rotterdam, Witte Withstraat, Binnenstebuiten.

1995 (g) Amersfoort Elleboogkerk, Hollandse Lichten. Wonen, werken en recreëren in het Nederland van de jaren ’90.

1995 (g) Amsterdam, Amsterdams Centrum voor Fotografie, Maak een foto waar de compositie overheerst.

1995 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, De Rode Droom.

1995 (g) Groningen, Der Aa-Kerk, GKf. Vijftig jaren van toekomst (Fotomanifestatie Noorderlicht).

1995 (g) Rotterdam, Nederlands Foto Instituut, Lichtjaren 50 jaar GKf-fotografie.

1995 (e) Rotterdam, Nederlands Foto Instituut, Rode Lopers, gezichtsbepalende leden van de SDAP en de PvdA. Portretten door Taco Anema

1996 (g) Groningen, Galery Art Show 96.

1996 (g) Heerlen, Oog op A73.

1996 (g) Stuttgart, Kunsthaus, Festival der Niederlande.

1997 (e) Amsterdam, Amsterdams Centrum voor Fotografie, Monumentale achteloosheid.

1999 (e) Amsterdam, Galerie Jos Art, 63 Samenraapsels.

2000 (g) Den Haag, Museon, Wereld van Energie.

2000 (g) Hannover, Weltausstellung [Nederlands Paviljoen].

2003 (g) Amsterdam, Amsterdams Historisch Museum, Zwart-wit kleur, 1000 foto’s van Amsterdam 1945-nu.

2003/2004 Amsterdam, Melkweg Galerie, AnimalFarm.

2004 (g) Amsterdam, Amsterdams Centrum voor Fotografie, Roots. Wij blijven hier.

2004 (g) Amsterdam, Witterdanwit, Het Open Boek.

2004 (g) Málaga, Centro de Arte Contemporáneo de Málaga, The Rhetorics of Work – Randstad Photocollection.

2005 (g) Amsterdam, Nikki Broos Portret Galerie, 17 Fotografen, 17 Zelfportretten.

2005 (e) Naarden, Commeniusmuseum, Honderd Hollandse Huishoudens (Made in Holland, Epson Fotofestival Naarden)

2006 (g) De Rijp, Kunst op kamers.

2009 (g) Amsterdam, AFC Amsterdams Centrum voor Fotografie, Work in Progress: De keuze.

2009 (e) Amsterdam, Huis Marseille Museum voor Fotografie, Hollandse Huishoudens.

2009 (e) Leiden, Fotogalerie De Kleine Klub, Honderd Hollandse Huishoudens.

2010 (g) Leiden, Galerie LUMC, Familiezaken.

2010 (g) Amsterdam, Huis Marseille Museum voor Fotografie, [digitaal?] analoog!.

Radioprogramma’s

1995 (6 juli) Schuim en as, met o.a. een portret van de fotograaf Taco Anema (NCRV).

1995 (4 november) Ophef en ventier, met als gasten o.a. Taco Anema (VARA).

2007 (24 januari) De avonden, waarin Taco Anema vertelt over zijn laatste boek Tales of Wate. A Childs view (VPRO).

2007 (29 januari) Kunststof, waarin Taco Anema vertelt over zijn laatste boek Tales of Wate. A Childs view (NPS).

2009 (12 maart) Desmet Live, waarin Jurgen Maas praat met Taco Anema over Honderd Hollandse huishoudens (IKON).

2009 (19 maart) De avonden, waarin Floortje Smit praat met Taco Anema over zijn foto’s van Nederlandse huishoudens, te zien in Huis Marseille in Amsterdam (VPRO).

Bronnen

Amsterdam, Taco Anema.

Den Haag, Rijksdienst voor Kunsthistorische Documentatie (afd. Persdocumentatie).

Leiden, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden, bibliotheek en documentatiebestand.

Leusden, Jan Wingender (collectie nederlands fotoboek).

Collecties

Amsterdam, Huis Marseille Museum voor Fotografie.

Amsterdam, Instituut Collectie Nederland.

Amsterdam, Randstad.

Amsterdam, Rijksmuseum.

Amsterdam, Stadsarchief.

Amsterdam, Stedelijk Museum.

Auteursrechten

De auteursrechten op het fotografisch oeuvre van Taco Anema berusten bij Taco Anema te Amsterdam.