Fotolexicon, 23e jaargang, nr. 38 (september 2006) (nl)

Corinne Noordenbos

Ingeborg Th. Leijerzapf

Marie-Christine de Vries

Extract

Corinne Noordenbos is in de jaren zeventig als fotografe begonnen in de traditie van sociaal-documentaire fotografie. In de jaren tachtig kregen haar vooral uit series opgebouwde fotografieprojecten het karakter van autonoom werk. Belangrijke thema’s in haar oeuvre zijn relaties tussen mensen binnen het gezin, de buurt en het werk, de positie van de vrouw en de medische zorg. Noordenbos heeft vele bestuursfuncties in fotografische instellingen vervuld en geeft sinds begin jaren tachtig les aan fotografie-studenten. Zowel aan de Hoge School voor de Kunsten in Utrecht als aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag is zij als (hoofd)docent verantwoordelijk voor de afstudeerrichtingen Fotografie.

Biografie

.

1950

Corinne Noordenbos wordt op 10 januari geboren in Amsterdam als derde kind en tweede dochter van neurochirurg William Noordenbos en Cox van Heemskerck van Beest.

1963-‘67

Corinne volgt een middelbare schoolopleiding aan het Montessori Lyceum in Amsterdam en behaalt in 1967 haar MMS-diploma.

1967-‘68

Zij werkt als au pair in Parijs en maakt daar onder meer een fotoreportage van de Mei-revolutie.

1968-‘73

Noordenbos doorloopt de opleiding voor fotografie aan de Rietveld Academie in Amsterdam. Tijdens haar opleiding loopt zij stage bij fotograaf Kryn Taconis aan het Conestoga College in Canada en bij fotograaf Hans Pelgrom in Amsterdam.

Eén van haar eindexamenprojecten is het begin van de serie, waarvan de titel later zal luiden: De Jordaan – Mensen maken de Wijk.

1973-‘76

Zij werkt in 1973 en 1974 als assistente bij fotograaf Peter Ruting. Via Ruting komt zij in 1974 in contact met Lorenzo Merlo, die in maart de Canon Photo Gallery opricht in de Reestraat in Amsterdam. Naast haar beroepspraktijk gaat Noordenbos parttime als assistente en als plaatsvervanger in de Gallery werken.

Zij wordt freelance medewerker bij het tijdschrift Avenue.

1974-‘90

Noordenbos krijgt opdrachten van onder meer Avenue, Viva, Margriet, Opzij, De Tijd, De Humanist, Panorama, Nieuwe Revu, uitgeverij Contact, uitgeverij Sara, uitgeverij Querido, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Ministerie van Sociale Zaken, Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking, Gemeente Amsterdam, Tropenmuseum in Amsterdam en Stichting Amazone in Amsterdam.

1976-‘77

Noordenbos vertrekt op eigen gelegenheid een jaar naar Suriname om daar te gaan fotograferen.

1977-‘80

Zij doet een vervolgstudie aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, afdeling Visuele Communicatie.

1980-‘81

Om haar opleiding te completeren volgt zij een cursus lesbevoegdheid CPDB (Creatieve Pedagogische Didaktische Bijscholing Audio-Visueel) en behaalt het diploma.

1981-‘86

Noordenbos werkt bij het Cultureel Centrum De Moor (het latere Amsterdams Centrum voor Fotografie) in de Bethaniënstraat in Amsterdam. Als stafmedewerker en coördinator van de Fotowerkplaats is zij verantwoordelijk voor het fotografiebeleid en de uitvoering daarvan, bestaande uit een dokaservice (600 leden), aanbod van cursussen en werkgroepen (120 deelnemers) en een open werkplaats. Zij heeft de leiding bij de uitvoering van fototentoonstellingen en publicaties.

1982-‘90

Noordenbos is bestuurslid van de beroepsvereniging van fotografen: de GKf. Het bestuur waarin zij zitting neemt, staat aanvankelijk onder voorzitterschap van Frans de la Cousine.

Samen met Jan van Veen vormt Noordenbos enige tijd het zogenoemde crisisbestuur.

Zij is vier jaar lang secretaris van het dagelijks bestuur van de GKf.

1983-‘84

Zij is lid van de Kunstraad van Amsterdam.

1984

Een projectgroep van de GKf stelt in samenwerking met de Federatie van Kunstenaarsverenigingen de beleidsnota ‘Fotografie belicht’ op ten behoeve van het bevorderen en verbeteren van het overheidsbeleid op het gebied van fotografie in Nederland. Noordenbos maakt deel uit van deze projectgroep.

De Canon Photo Gallery bestaat tien jaar en viert dit met een tentoonstelling, waarvoor Lorenzo Merlo negentien vrouwelijke fotografen uitnodigt. Noordenbos, Bertien van Manen, Marrie Bot en Catrien Ariëns behoren tot de uitgenodigde fotografen.

1984-‘86

Als medewerker (op afroep) van het Institute of Social Studies in Den Haag, vakgroep Women and Development, is Noordenbos belast met het praktijkgedeelte van het vak Massamedia van hoogleraar Cees Hamelink. Binnen dit programma worden studenten uit de derde wereld opgeleid om fotografie te gebruiken in hun eigen werksituatie.

1985

Corinne Noordenbos verslaat als freelance fotograaf met journaliste Renate Dorrestein van het tijdschrift Opzij de Wereldvrouwenconferentie van de Verenigde Naties in Nairobi, Kenia. Zij fotografeert daar ook voor het Ministerie van WVC, voor de Universiteit van Amsterdam, voor Opzij en voor Novib. Novib geeft Noordenbos opdracht om uit deze foto’s een selectie samen te stellen voor een reizende tentoonstelling door Nederland.

In opdracht van uitgeverij Sara maakt Noordenbos een serie portretten van Nederlandse schrijfsters.

1985-‘86

Noordenbos is bestuurslid van de Stichting Amsterdam Foto, ter voorbereiding van de fotomanifestatie Foto ’86.

1985-heden

Noordenbos is verbonden aan de Hogeschool voor de Kunsten (HKU) in Utrecht.

Binnen de op te richten afdeling Audiovisueel ontwikkelt zij tussen 1985 en 1989 het curriculum fotografie als afstudeervak. Van 1990 tot 1997 is zij als docent fotografie van de Docentenopleiding van de HKU belast met het ontwikkelen van een leerlijn fotografie als apart afstudeervak binnen de beeldende vakken van de opleiding. Sedert 1998 geeft zij leiding aan de bachelorafdeling Fotografie en als docent documentaire fotografie is zij sinds 2000 verantwoordelijk voor de leerlijn documentaire fotografie van de gehele bacheloropleiding van de HKU.

1986

Corinne Noordenbos wordt moeder van zoon Joris.

1988-‘89

Als stafmedewerker van de Cultureel Centrum De Moor te Amsterdam is zij belast met het opzetten en coördineren van de ‘Nederlands Vlag’, een alternatief circuit van fototentoonstellingen tijdens de fotomanifestatie Foto ’89 in Amsterdam.

1988-‘92

In Almere maakt zij de serie Moderne Madonna’s. In de jaren 1989 tot en met 1991 ontvangt zij voor de productie van deze serie subsidie van de gemeente Amsterdam.

1989-‘94

Noordenbos is bestuurslid van De Moor.

1990

In opdracht van de Federatie van Instellingen voor de Ongehuwde Moeder (Fiom), een welzijnsorganisatie op het gebied van kinderen krijgen/kinderloosheid, maakt Noordenbos, in het kader van het zestigjarig jubileum van deze organisatie, de installatie Wat verzwegen is blijft ongezien. Zij ontvangt voor de daaruit voortkomende boekpublicatie (Ongehuwde moederzorg in Nederland) en tentoonstelling een subsidie van het Ministerie van WVC.

1990-‘92

Op voordracht van het Ministerie van WVC is Corinne Noordenbos lid van een projectgroep die de haalbaarheid onderzoekt voor de oprichting van een Nederlands Foto Instituut in Rotterdam.

1990-‘99

Noordenbos is lid van de Adviesraad voor het bestuur van de Fotobond BNAFV.

1992

Met subsidie van de Amsterdamse Kunstraad voert zij de opdracht Kijkdozen op de Dam uit voor Stichting De Moor.

1993

Zij begint aan een serie over Alzheimer patiënten: De Alzheimers.

In opdracht van stadsdeelraad Amsterdam Zuid-Oost en Werkgroep Bijlmermonument maakt zij een tweedimensionaal fotomonument, ter gelegenheid van de eerste herdenking van de vliegtuigramp in de Bijlmermeer. Noordenbos onderzoekt voor deze opdracht de tradities van het rouwen binnen de verschillende culturen in de Bijlmermeer. Het fotomonument moet het rouwproces voor iedere bevolkingsgroep vertegenwoordigen. Het project wordt gepubliceerd in een boek, getiteld Een groeiend monument.

1994

De fotoserie In Klein Verband is het resultaat van een foto-opdracht van het Tropenmuseum in Amsterdam, in het kader van het Jaar van het Gezin van de Verenigde Naties.

1994-2003

Noordenbos is bestuurslid van het Nederlands Foto Instituut in Rotterdam.

1995-‘99

In 1995 begint zij te werken aan een serie over de wijk waarin zij woont: de buurt rond het Concertgebouw in Amsterdam. Om een vervolg van De Concertgebouwbuurt mogelijk te maken, krijgt Noordenbos van 1997 tot 1999 een subsidie van het Fonds Anna Cornelis.

1996

In het kader van een project over de toekomst van het design, Voorbij het Object, krijgt Noordenbos een opdracht van het design tijdschrift Items. Zij voert deze opdracht uit met subsidie van de Mondriaanstichting.

1998-heden

Zij is jurylid van de Berenschot Fotografie Prijs, een door Organisatiebureau Berenschot ingestelde stimuleringsprijs voor fotografen. Na twee uitreikingen heeft het organisatiebureau geen nieuwe initiatieven meer genomen, maar de prijs is niet officieel opgeheven.

2002-‘03

Een nieuw project, de portretserie Maturare over premature baby’s, gaat van start.

2002-‘05

Tussen 2002 en 2004 ontwikkelt Noordenbos voor de HKU een curriculumprogramma, gericht op de theorie en praktijk van documentaire fotografie, gecombineerd met sociologie.

Zij werkt mee aan een onderzoek onder leiding van Helen Westgeest, lector aan de HKU, naar vergelijkbare researchmethoden van sociologen en documentaire fotografen ter voorbereiding van een leerboek voor documentaire fotografen.

2004-‘06

In 2004 ontvangt Noordenbos een subsidie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om de serie Maturare voort te zetten.

Ten behoeve van het schrijven van een leerboek over documentaire fotografie voor toekomstige fotografen onderzoekt Noordenbos samen met Bart Sorgedrager (documentair fotograaf) en Ineke Teijmant (stadssocioloog van de Universiteit van Amsterdam) de onderzoeksmethoden van de sociologie die fotografen gebruiken. In september 2004 worden de eerste resultaten van dit onderzoek door de HKU gepubliceerd onder de titel The Reflexive Zone/De reflexieve zone.

2005-heden

Naast haar docentschap aan de HKU is Noordenbos hoofd van de afdeling Visuele Communicatie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten (KABK) in Den Haag.

Beschouwing

De mens is de voornaamste inspiratiebron voor Corinne Noordenbos, met name de vrouw en hoe zij zich verhoudt tot haar omgeving en haar cultuur. Tegelijkertijd is dit onderdeel van een groter onderzoeksveld. Zij is geïnteresseerd in familiebanden in het algemeen en de moeder-kind relatie in het bijzonder. De laatste jaren komt daar de belangstelling bij voor onderwerpen die aan medische zorg zijn gerelateerd.

In vrijwel al haar fotoprojecten komen verwijzingen naar religie, cultuur en historie voor. Hoewel Noordenbos niet religieus is opgevoed, boeit religie haar in relatie tot de kunstgeschiedenis. Bij het gebruiken van historische connotaties ging het aanvankelijk om een collectief verleden, maar gaandeweg wordt die verwijzing toegespitst op haar persoonlijke geschiedenis.

Op het Montessori Lyceum in Amsterdam werd Corinne Noordenbos’ interesse in kunst gewekt. Gestimuleerd door haar ouders besloot zij een kunstzinnige opleiding te volgen. Zij kon echter nog geen toelatingsexamen doen aan een kunstacademie, omdat zij geen werk kon laten zien. Om ervaring op te doen ging zij een jaar als au pair naar Parijs. Daar was zij ooggetuige van de Mei-revolutie van 1968 en fotografeerde de gebeurtenissen. Deze foto’s gaven haar samen met nog ander werk toegang tot de Rietveld Academie in Amsterdam. Tijdens haar opleiding ontwikkelde de fotojournalistiek zich in Europa tot een maatschappelijk geëngageerde documentaire fotografie. Aan de Rietveld Academie kreeg Noordenbos les van Hans Katan, Jaap d’Oliveira, Jan Versnel, Pieter de Groot en Cees Heemskerk. Er heerste op dat moment ontevredenheid bij de studenten over de aard van de opleiding; het discussiepunt was of deze vaktechnisch gericht of juist kunstzinnig moest zijn. Dit leidde uiteindelijk tot een studentenopstand, waaraan Noordenbos actief meedeed. De Gebonden Kunstenfederatie fotografen (GKf) werd gevraagd zich te buigen over de structuur van de opleiding en daardoor kwam Corinne Noordenbos in contact met Ad Windig en Carel Blazer. Liever dan actie voeren wilde Noordenbos weer fotograferen en daarom vertrok zij op advies van Blazer naar Canada om stage te lopen bij Kryn Taconis. Taconis was een documentaire fotograaf die met zijn picture stories in de jaren vijftig bekendheid had gekregen.

Als eindexamenproject aan de Rietveldacademie in 1973 maakte Corinne Noordenbos de serie De Jordaan – Mensen maken de Wijk.

Noordenbos leerde de Amsterdamse volkswijk de Jordaan en de gesloten gemeenschap die de bewoners vormden kennen, toen zij stage liep bij Hans Pelgrom op de Rozengracht, midden in de Jordaan. In die tijd kreeg zij foto’s van de Amerikaanse fotograaf Bruce Davidson onder ogen. In zijn boek East 100th Street laat deze fotograaf zijn straat in New York, Harlem, zien. Hij toont daarin aan dat de zwarte bewoners van de straat een hogere levensstandaard hebben en zich met grotere waardigheid laten fotograferen dan de blanken, de Latino’s en andere typen bewoners. Dit boek gaf Noordenbos inspiratie om een ‘portret’ te maken van de bewoners van de Jordaan. Vanuit de overtuiging dat een buitenstaander een dergelijke serie niet kan maken, verhuisde zij naar deze wijk. Noordenbos nam als ‘uitvalsbasis’ het buurtcafé Rooie Nelis in de Laurierstraat. Via de barjuffrouw en de vaste klanten kwam zij in contact met de buurtbewoners die haar onderwerp werden.

In deze serie Mensen maken de Wijk onderzocht Noordenbos hoe mensen functioneren in hun eigen omgeving en hoe zij deze omgeving tot hun persoonlijke leefwereld maken. Door de manier waarop Noordenbos de Jordaan-bewoners in beeld bracht, toonde zij wat hen bond of gemeenschappelijk hadden. De geportretteerden waren van verschillende leeftijd en hadden waarschijnlijk hun hele leven in deze buurt gewoond. De interieurs waarin zij werden geportretteerd leken onderling inwisselbaar.

Uit dit eindexamenwerk kwamen de eerste opdrachten van Avenue voort, waaronder een serie over kleine mensen uit Friesland. Het betrof hier mensen die over het algemeen worden aangeduid met de term ‘dwerg’. De redactie van Avenue koos Noordenbos uit voor deze opdracht, omdat in haar werk parallellen met het ‘freak’-genre van Diana Arbus werden gezien. Een verwijzing naar het werk van Bruce Davison, die in de jaren vijftig dwergen fotografeerde, had meer voor de hand gelegen, gezien de invloed die Davison eerder had op Noordenbos’ Jordaan-serie.

Een volgende opdracht kreeg Noordenbos van Tom d’Angremond voor het maken van foto’s die de indruk zouden geven van film stills bij zijn documentaire film over Belgische muziek. Noordenbos en alle medewerkers, onder wie volkszanger en beeldhouwer Walter de Buck, troffen elkaar in Gent, de stad waar de oorsprong lag van de Vlaamse volksmuziek en waar de opnamen zouden plaatsvinden. Zowel de wijk waar gefilmd werd, als de ‘filmgemeenschap’ waarvan Noordenbos deel uitmaakte, vertoonden parallellen met de Jordaan.

In het eerste jaar na haar opleiding aan de Rietveld Academie werkte Noordenbos als assistente bij studio- en reclamefotograaf Peter Ruting. In zijn atelier ontmoette Noordenbos de in Nederland werkende Italiaanse fotograaf Lorenzo Merlo. Merlo trof voorbereidingen voor de oprichting van een fotogalerie in Amsterdam. Hij toonde interesse om De Jordaan – Mensen maken de Wijk te exposeren in zijn galerie, maar hij wilde meer foto’s laten zien en gaf daarom opdracht tot een tweede reeks met dit thema. De eerste reeks is een serie van steeds twee portretten van dezelfde persoon, de tweede reeks bestaat uit enkele portretten zonder ‘pendant’.

De kennismaking met Merlo leidde ertoe dat Noordenbos in maart 1974 in dienst trad bij de Canon Photo Gallery aan de Reestraat, als assistente en plaatsvervanger. Zij was verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken van de Gallery en onderhield de contacten met bezoekers, fotografen en klanten. Naast het werk voor de Gallery nam zij foto-opdrachten aan van tijdschriften, ministeries, gemeenten en particulieren.

In 1976 vertrok Noordenbos naar Suriname. Zij deed dit op eigen initiatief, maar zij had van tevoren freelance opdrachten geregeld voor onder meer Avenue en voor het Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking. In het oerwoud bestudeerde zij enkele gezinnen en fotografeerde ter plekke een dag uit het leven van een bosnegermeisje en een dag uit het leven van indianenkinderen. Uit deze opnamen samengestelde diaseries zijn gebruikt in het basisonderwijs (via het Tropenmuseum als uitgiftecentrum) en gepubliceerd in het tijdschrift SamSam. Later heeft Noordenbos een gedeelte van haar foto’s uit dat project kunnen verkopen aan de Nederlandse Kunst Stichting.

In Suriname maakte zij series portretten en landschappen en een reeks die ingaat op de rituelen en dagelijkse bezigheden van een vrouw uit een primitieve stam. In dit laatste project laat zij een voorbeeld zien van de manier waarop bij de inheemse stammen de rol van de vrouw historisch was bepaald in een leefwijze die in de westerse wereld al lang niet meer bestond.

Vanaf 1977 volgde Corinne Noordenbos een driejarige postacademische opleiding Visuele Communicatie aan de Rijksakademie in Amsterdam. Medestudenten waren onder meer Hans Aarsman, Harrie Meijer en Cary Markerink. Noordenbos was zijdelings betrokken bij de opzet van het tijdschrift Plaatwerk, een tijdschrift voor sociaal-documentaire fotografie dat in 1980 voor het eerst uitkwam als uitgave van de Rijksakademie. Noordenbos wilde graag meedenken over de vorm en inhoud van het tijdschrift, maar geen deel uitmaken van de redactie. Na enkele, onregelmatig uitgekomen nummers, werd het tijdschrift vanaf 1983 voortgezet door uitgeverij Fragment.

Aanvankelijk liet Noordenbos zich in haar onderwerpkeuze inspireren door wat zich in haar omgeving afspeelde, maar haar thema’s spitsten zich al snel toe op de positie van de vrouw in de maatschappij. De tweede feministische golf was in 1967 begonnen, het jaar waarin Joke Smit (1933-1981) haar boek Het onbehagen bij de Vrouw (De Gids) publiceerde. Het jaar daarop richtte Smit, samen met Hedy d’Ancona, de emancipatieorganisatie Man Vrouw Maatschappij op. Het doel van de organisatie was een gelijke behandeling van mannen en vrouwen. De ideeën van Smit en d’Ancona vonden weerklank. In 1977 werd Stichting Amazone in Amsterdam opgericht, waar activiteiten werden georganiseerd voor en door vrouwen. Amazone opende ook een galerie waar vrouwelijke kunstenaars hun werk konden tonen. Noordenbos kwam via opdrachtwerk in aanraking met de vrouwenemancipatie en kreeg in die beweging bekendheid als fotografe, waardoor meer opdrachten volgden. Vanuit haar positie als vrouwelijke fotograaf en vanwege de maatschappelijke context waarin haar foto’s werden geplaatst, kreeg haar werk een feministisch stempel. Dit was een bijkomstigheid die Noordenbos niet zocht maar ook niet uit de weg ging. Door de regelmatige ontmoetingen met mensen uit de vrouwenbeweging werd Noordenbos gemotiveerd om ook haar eigen standpunt te bepalen. Om haar engagement richting te geven nam zij opdrachten aan die het vrouwenvraagstuk onder de aandacht van een breder publiek zouden brengen.

Een van haar projecten had een alleenstaande kunstenares en haar kind tot onderwerp: Een dag uit het leven van kunstenares Marlies Appel (1981). Het werk betrof een serie van negen foto’s over een gemiddelde doordeweekse dag van de kunstenares. De serie werd getoond op de fototentoonstelling Vrouwen in Beeld met werk van negen Nederlandse fotografen bij Stichting Amazone in 1981 en speelde een rol in het boek Vrij Spel. Nederlandse kunst 1970-1990 (1993).

In 1983 maakte Noordenbos enkele reportages in opdracht van het feministisch tijdschrift Opzij. Op eigen initiatief maakte zij een reportage getiteld Vrouw en Arbeid Wat levert werk op ? Ook nam zij als fotoverslaggeefster deel aan het congres Rode Vrouwen. In 1985 werd zij benaderd voor een serie portretten van schrijfsters door feministische uitgeverij Sara. Zij fotografeerde daarvoor onder meer Renate Dorrestein en Marion Bloem, twee schrijfsters die bekendheid kregen door hun feministische standpunten. De portretten die uit deze opdracht voortkwamen, werden, in combinatie met essays, gepubliceerd in het boek Wie weegt de woorden. De auteur en haar werk.

Noordenbos’ interesse in de vrouwenbeweging en in de positie van de vrouw in de maatschappij, resulteerde in 1985 in het maken van fotoreportages tijdens de VN Vrouwenconferentie in Nairobi. Zij nam daartoe een uitnodiging aan van het Internationaal Informatiecentrum en Archief van de Vrouwenbeweging (IIAV). Het feit dat zij de eerste fotograaf was die een accreditatie kreeg, maakte het voor andere opdrachtgevers, waaronder Novib, aantrekkelijk haar te vragen ook voor hen te fotograferen. Tijdens dit project in Nairobi maakte zij, net als in Suriname, ook een portretserie. Een aantal foto’s van de Nairobi-conferentie werd getoond op de tentoonstelling A Priori fotografie, bij Galerie Makkom in 1986. Het Nairobi-project werd een succes, hoewel Noordenbos in eerste instantie weinig vertrouwen had in haar kundigheid op het gebied van fotojournalistiek.

In verschillende werken probeerde Noordenbos de onderliggende spanningen en relaties binnen een gezin te openbaren. Voor de Federatie van Instellingen voor de Ongehuwde Moeder (Fiom) maakte zij in 1990 een bijdrage voor hun jubileumtentoonstelling Wat verzwegen is blijft ongezien, over de problematiek en de gevolgen van seksueel misbruik en incest. In dit project gaat zij in op de schaduwzijde van familiair samenleven, in dit geval incest, en de underdogpositie van de vrouw. Voor deze opdracht maakte Noordenbos een installatie-kunstwerk, een unicum in haar oeuvre. Het werk bestond uit witte platen met citaten waarop met een diaprojector een beeld te bekijken was. Nergens was een beeld direct zichtbaar, of het moest het beeld zijn van de installatie zelf. In de serie Een groeiend monument uit 1993 fotografeerde Noordenbos de rouwriten van verschillende culturen in de Bijlmermeer. Deze rouwriten zijn religieus en cultureel bepaald en tonen de verschillen en overeenkomsten tussen culturen. Noordenbos gaf dit beladen onderwerp op integere wijze vorm door geen mensen in beeld te brengen maar alleen voorwerpen die een functie hebben binnen die riten.

In 1994 nam Noordenbos een opdracht aan van het Tropenmuseum om de betekenis van de familie vast te leggen, in het kader van het door de Verenigde Naties uitgeroepen Jaar van het Gezin. Hiervoor benaderde Noordenbos een pleeggezin, waar zij geruime tijd als huisgenoot het dagelijks leven observeerde. Voor de vormgeving en techniek van deze serie In Klein Verband werd zij geïnspireerd door de Engelse fotograaf Martin Parr: een documentaire aanpak met een snapshot-uitstraling, waarbij een combinatie van daglicht en flitslicht werd gebruikt. In een foto waarop het hele gezin met pleegkinderen wordt afgebeeld, is met behulp van flitslicht de nadruk gelegd op een jong meisje met een spierwit geitje op de arm. Door de vervreemdende uitstraling dringt zich de gedachte aan het Lam Gods op.

Tussen het maken van de Nairobi-serie en de reeks Moderne Madonna’s (1988) werd Noordenbos moeder. De verandering van haar eigen positie als vrouw is terug te zien in haar werk. De rol van de vrouw als moeder is het thema van de portretten die zij maakt van vrouwen die ‘in de polder zijn weggestopt’. In eerste instantie heeft Noordenbos naar een omgeving gezocht waarin alles nieuw was, van de bebouwing en de bewoners tot de aanplant. In de gloednieuwe, uit de grond gestampte stad Almere vond zij de jonge gezinnen met kleine kinderen die zij zocht. Alles leek te verwijzen naar ‘een nieuw begin’, een gegeven dat sterke parallellen toonde met Noordenbos’ eigen leven.

De religieuze verwijzing in Moderne Madonna’s is niet te negeren. De titel van het werk maakt dat al onmogelijk. Voor de beeldvorm heeft Noordenbos gekeken naar afbeeldingen van historische Madonna-taferelen, zoals zij die in de jaren tachtig zag in het Uffizzi museum in Florence. De vrouwen en kinderen in Moderne Madonna’s zijn voornamelijk ‘maagdelijk wit’ gekleed en zijn geplaatst tegen een diep gekleurde achtergrond met hoge horizon, tijdloos en modern tegelijk. Noordenbos gebruikte een flits met sterker licht dan het natuurlijke daglicht om haar onderwerpen een mystieke uitstraling te geven. In dezelfde periode fotografeerde Michele Talens in verschillende Europese landen moeders met kinderen, die zij in 1990 onder de titel De Pietà publiceerde in het eerste nummer van het tijdschrift Madame de Vue, de opvolger van Plaatwerk. Ook in de serie van Talens is de associatie met religie en verleden nadrukkelijk aanwezig. De series van Noordenbos en van Talens zijn onafhankelijk van elkaar tot stand gekomen.

Bij Corinne Noordenbos’ moeder werd in 1988 de ziekte van Alzheimer geconstateerd. Enkele jaren daarna besloot Noordenbos de patiënten van het verpleeghuis Slotervaart, waar haar moeder woonde, te gaan fotograferen. De wisseling van rol bij moeder en dochter – de moeder als een kind, de dochter als een moeder – inspireerde haar tot de serie De Alzheimers. Elke foto toont een sterk ingekaderd gezicht van een oude man of vrouw. Naast het frontaal opgenomen gezicht is in enkele gevallen een stuk hals, de oren of een deel van het haar te zien. Noordenbos gebruikt in deze serie licht dat spierwit lijkt. De gezichten krijgen er een perkamentachtig witte uitstraling door. De weinige kleurrijke details trekken daardoor de aandacht. Een gouden tand, knalrode lipstift of een handpalm voor de mond worden belangrijk. Het contact dat Noordenbos met behulp van de camera zoekt met de patiënten, onder wie haar moeder, is uitermate persoonlijk. Het is de enige nog resterende manier waarop Noordenbos kan tonen dat er achter iedere Alzheimer patiënt een heel leven en een eigen karakter schuilgaat. Noordenbos confronteert haar kijkers door projecten als De Alzheimers en Maturare met onderwerpen die zich binnen de beslotenheid van de medische zorg bevinden. Zij maakt ze voor een groter publiek dan betrokken zorgverleners en familieleden zichtbaar, waardoor zij onderdeel worden van een maatschappelijk bewustzijn en niet genegeerd kunnen worden.

Noordenbos begon in 1995 aan een serie over haar eigen wijk in Amsterdam, De Concertgebouwbuurt. In dit project onderzoekt zij hoe verschillende culturen naast elkaar leven en hoe mensen van verschillende herkomst hun gezamenlijke omgeving persoonlijk vormgeven. In vergelijking met De Jordaan – Mensen maken de Wijk, waarin juist mensen van dezelfde cultuur de coherentie van de buurt bepaalden, laat Noordenbos in De Concertgebouwbuurt zien hoe mensen van diverse pluimage samenhang weten te creëren.

De serie wordt opgebouwd uit verschillende ‘subseries’: design, portretten en straattaferelen. Tot op heden werkt zij met tussenpozen aan dit project, waarvan gedeelten al zijn geëxposeerd. In 1996 werd er een tentoonstelling in de Melkweg Galerie aan gewijd, onder de titel Werk in wording: de Concertgebouwbuurt. In datzelfde jaar werd een gedeelte van de serie gebruikt voor een opdracht van het tijdschrift Items, in het kader van een project over de toekomst van design.

Het oeuvre van Corinne Noordenbos bestaat vanaf haar eindexamen aan de Rietveld Academie uit projecten die zijn opgebouwd uit series. Noordenbos werkt in series die door herhalende en contrasterende elementen het onderwerp uitdiepen. Nagenoeg al haar werk van vóór de serie Moderne Madonna’s was zwart-wit. Een van de weinige uitzonderingen in de ‘zwart-wit periode’, zijn de reportages van Suriname, waar zij voor het eerst kleur gebruikte, omdat het Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking diaseries wenste. Haar eerste werk, De Jordaan Mensen maken de Wijk, drukte Noordenbos af in een grove korreltechniek in zwart-wit op goedkoop papier. Daardoor creëerde zij een sfeer die doet denken aan oude krantenfoto’s. Dezelfde techniek gebruikte zij voor de serie over Vlaamse Volksmuziek en de reeks Kleine mensen in Friesland. In de serie voor het boek Ongehuwde moederzorg in Nederland uit 1990 plaatste zij historische foto’s die betrekking hadden op het onderwerp naast haar eigen hedendaagse ‘reproducties’. De laatste grote serie die nog geheel in zwart-wit is gemaakt, is het project voor de VN Vrouwenconferentie in Nairobi in 1985. De Alzheimers is geheel in kleur gemaakt; aanvankelijk was Noordenbos met zwart-wit-fotografie begonnen maar dat vond zij voor dit doel te esthetisch. Noordenbos werkt vooral met middenformaat en technische camera’s en voor diaseries met kleinbeeld.

Na de Rijksakademie werd Corinne Noordenbos lid van de beroepsvereniging GKf, waarvan zij in de periode 1982 tot 1990 bestuurslid is geweest. Vanaf de jaren tachtig werd Noordenbos veelvuldig gevraagd om plaats te nemen in verschillende commissies, besturen en jury’s. Zij gaf en geeft daaraan ook meestal gehoor. Zij vindt het van groot belang om een bijdrage te leveren aan de opbouw van de infrastructuur voor fotografie in Nederland. Vanaf 1981 werkte zij bij het Cultureel Centrum De Moor (het latere Amsterdams Centrum voor Fotografie), waar zij betrokken was bij de organisatie van tentoonstellingen en publicaties en les gaf aan cursisten. In 1989 werd zij bestuurslid van De Moor. Zij zette vanuit die instelling een alternatief circuit op van fototentoonstellingen tijdens de fotomanifestatie Foto ’89, in het kader van de viering van 150 jaar fotografie. Twee jaar later werd zij lid van de Adviesraad voor het bestuur van de Bond van Nederlandse Amateur Fotografen Verenigingen (BNAFV) waarin zij tot 1999 actief bleef. Daarnaast was zij van 1990 tot 1992 lid van de werkgroep die de oprichting van het Nederlands Foto Instituut (NFI) in Rotterdam voorbereidde en van 1994 tot 2003 maakte zij deel uit van het bestuur van dit instituut.

Corinne Noordenbos vond het fotografenvak solistisch en had behoefte om met andere mensen te werken. Daarom ging zij in op vele verzoeken om les te geven. Zij completeerde haar opleiding begin jaren tachtig met een cursus lesbevoegdheid CPDB (Creatieve Pedagogische Didactische Bijscholing Audio-Visueel). In 1985 begon zij les te geven aan de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht (HKU), aanvankelijk aan de afdeling Audiovisueel later aan de afdeling Fotografische Vormgeving en de Lerarenopleiding. De HKU is wat docentschappen betreft haar belangrijkste werkgever. Zij was daar tussen 1990 en 1997 onder meer belast met het ontwikkelen van een leerlijn fotografie als apart afstudeervak binnen de beeldende vakken van de docentenopleiding. Daarna had zij de leiding bij de coördinatie en de organisatie van het onderwijs, de opzet en uitvoering van nieuw beleid ten aanzien van didactiek, het aantrekken van gastsprekers en contacten onderhouden met het beroepsveld. Sedert 2000 is zij als docent documentaire fotografie van de gehele bachelor-opleiding ‘Photography’ van de HKU verantwoordelijk voor de leerlijn documentaire fotografie. Daarnaast is zij initiator van de ontwikkeling van het theorie/praktijk-programma, waarin bijvoorbeeld sociologie aan documentaire fotografie gekoppeld wordt. Als hoofd Visuele Communicatie aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten (KABK) in Den Haag is Noordenbos sedert 2005 belast met het ontwikkelen en invoeren van een nieuw curriculum van twee dag- en avondopleidingen in fotografie en het uitzetten van nieuw beleid binnen de Academie als geheel.

Naast haar docentschappen aan de HKU en de KABK geeft zij workshops op creativiteitscentra, volkshogescholen, basisscholen en vormingscentra, mentor- en deskundigheidstrainingen in de culturele sector, en is zij coach van individuele beroeps- en amateurfotografen. Zowel in eigen land als in het buitenland gaf zij voordrachten en leidde zij forums, waaronder Mois de la Photo Montreal, European Cultural Foundation, Rietveld Academie, Academie of Arts Farnham (Engeland), London School of Polytechnics John Cass (Engeland), Stichting Sinus, Steunpunt Beeldende Kunst Gelderland, Fotobond BNAF en Centrum voor amateurkunst Noord-Brabant.

Corinne Noordenbos laat haar stem horen in besturen van instellingen, in jury’s van fotografieprijzen en in het onderwijs. Door deze centrale positie op organisatorisch niveau ten aanzien van beleid, tentoonstellingen en opleidingen oefent zij gedegen invloed uit op de Nederlandse fotografische infrastructuur.

Als fotografe heeft zij zich in het publieke domein evenmin onbetuigd gelaten door zich met haar werk te mengen in maatschappelijke vraagstukken als vrouwenemancipatie, gezinsproblematiek en medische zorg. Noordenbos’ fotoseries over de Jordaan, de Concertgebouwbuurt en de feministisch getinte projecten zijn niet alleen boeiende tijdsdocumenten waarin denkbeelden uit de betreffende periode vertegenwoordigd zijn, maar vormen ook belangrijke bijdragen aan de hedendaagse ‘fotocollectie Nederland’. Enkele foto’s uit haar projecten als Moderne Madonna’s en De Alzheimers zijn inmiddels iconen geworden.

Documentatie

Primaire bibliografie

(eigen publicaties: tekst, eventueel met foto’s, maar ook fotoboeken e.d.)

Corinne Noordenbos, Jimi en Teipke, Den Haag (Voorlichtingsdienst Ontwikkelingssamenwerking) 1977.

Corinne Noordenbos (foto’s), [Opzij foto: Surinaamse foto’s van Corinne Noordenbos], in Opzij 7 (juni 1979) 6, p. 30-31.

Corinne Noordenbos e.a. (tekst en prod.), Themanummer portretten, Amsterdam (De Moor) 1983.

Corinne Noordenbos (foto’s), Met het feminisme het land in, in Opzij 11 (juni 1983) 6, p. 52-53.

Annemiek Hoogenboom e.a., Trefpunt Nairobi. Gesprekken met Zubeida Ahmad, Lourdes Arizpe, Ekbal Baraka, [etc], Amsterdam (Jan Mets) 1985.

Anja Meulenbelt (samenstelling), Wie weegt de woorden. De auteur en haar werk, Amsterdam (Feministische Uitgeverij Sara) 1985.

Corinne Noordenbos (foto’s), Nieuws/Geen nieuws, in Plaatwerk (januari 1985) 9, p. 32-36.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (26 april 1985), p. 24.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (3 mei 1985), p. 59.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (10 mei 1985), p. 31.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (17 mei 1985), p. 19.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (31 mei 1985), p. 16.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (14 juni 1985), p. 21.

Corinne Noordenbos, Anderzijds [visuele column], in De Tijd 11 (28 juni 1985), p. 21.

Corinne Noordenbos, Forum ’85, Nairobi, in Opzij 13 (september 1985) 9, p. 70-71 (met foto’s).

Corinne Noordenbos, [zonder titel], in Catalogus tent. A priori fotografie, Amsterdam (Stichting Makkom) 1986, p. 72-73.

Ernest Hueting en Rob Neij (tekst) en Corinne Noordenbos (fotoresearch en fotografie), Ongehuwde moederzorg in Nederland, Zutphen (Walburg Pers) 1990.

(Brochure) Vrouw en werk, Amsterdam (ILICO) juni 1990.

Laurine ter Keurst (eindred.), Allochtone en autochtone vrouwen en arbeidsvoorzieningen. Beleidsaanbevelingen voor het RBA, z.p. [Delft etc] (Vereniging voor Vrouwenemancipatie Stimulering Zuid-Holland etc.) oktober 1990.

(Brochure) The creative expression. Programme. Executive Performance Training, Amsterdam 1992.

Hannie Geugjes en Corinne Noordenbos, Pluspunten. Jong en oud samen aan het werk, z.p./Den Bosch ( Nationaal Comité Jaar van de Ouderen-Nederland/Unie KBO) z.j. [1993].

Corinne Noordebos, Nederland, in Brochure tent. Tropenmuseum. World of love. Eén wereld, vier gezinnen, Amsterdam (Tropenmuseum) 1994, ongepag. (met foto’s) (idem, in Foto 49 (oktober 1994) 10, p. 47-50).

Max Bruinsma (tekst) en Corinne Noordenbos (foto’s), Voorbij het object, in Items 15 (december 1996) 7/8, p. 57-63.

Corinne Noordenbos, Bart Sorgedrager en Ineke Teijmant, A trained eye sees more/Een geschoold oog ziet meer, in Anke Coumans en Helen Westgeest (red.), The Reflexive Zone. Research into theory in practice/De Reflexieve Zone. Onderzoek naar theorie in praktijk, Utrecht (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Faculteit Beeldende Kunst en Vormgeving) 2004, p. 44-54.

Corinne Noordenbos, Bart Sorgedrager en Ineke Teijmant, A trained eye sees more. Theory in practice: photography/Een geschoold oog ziet meer. Theorie in praktijk: fotografie, in Anke Coumans en Helen Westgeest (red.), The Reflexive Zone. Research into theory in practice/De Reflexieve Zone. Onderzoek naar theorie in praktijk, Utrecht (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Faciliteit Beeldende Kunst en Vormgeving) 2004, p. 55-68.

(foto’s in boeken, tijdschriften en ander drukwerk)

Elegance vanaf 1974.

Involvement. A quarterly from Browndale juli/augustus 1974, p. 37.

Het Parool 7 november 1974.

Het Parool 9 november 1974.

Jules B. Farber, Groot Amsterdam boek, Bussum (Unieboek) 1975, p. 72, 75, 77, 105-106, 115, 143, 173.

Verenigde Noord-Hollandse Dagbladen 25 januari 1975.

Panorama vanaf 1976.

Het aanzien van 1976. Twaalf maanden wereldnieuws in beeld, p. 28.

Viva vanaf 1977.

[themanummer indianen], SamSam (februari 1978) 2, p. 4-7, 24-27.

Opzij vanaf 1979.

Topodl [Griekenland] 1979, p. 12-14.

Catalogus tent. Het Portret door 35 Nederlandse fotografen, Amsterdam (Canon Photo Gallery) 1980, ongepag.

Plaatwerk (januari 1980) o-nummer, p. 20-24.

Nederlands theater- en televisiejaarboek (1980/1981) 30, p. 56.

Tentoonstellingen van de Nederlandse Kunststichting, 1981, Amsterdam (Nederlandse Kunststichting) 1981.

Margriet vanaf 1981.

Partner vanaf 1981.

Nieuwe Revu vanaf 1982.

People 1982.

De Humanist vanaf 1983.

Babs Luijken (samenstelling en red.), Gesprekken met Mary Zeldenrust, Weesp (De Haan) 1984, omslag.

Noor van Crevel e.a. (red.), Onder vrouwen, Amsterdam (Virginia) 1984, ongepag.

Anneke Pijnappel (eindred.), Amstelpark 84. Beeldhouwkunst. 12 mei-2 sept. 1984, Amstelpark Amsterdam, Zuiderkerk, Amsterdam, z.p. 1984, p. 20.

Club vanaf 1984.

Hervormd Nederland vanaf 1984.

Mensen van nu, vanaf 1984.

Ouders van nu, vanaf 1984.

Tina vanaf 1984.

de Volkskrant 21 januari 1984.

Vrij Nederland 21 januari 1984.

de Volkskrant 19 mei 1984.

Vrij Nederland 19 mei 1984.

De Telegraaf 22 mei 1984.

Onderweg vanaf 1985.

Sarafaan [literair-cultureel tijdschrift] vanaf 1985.

Bondig [uitgave van Voedingsbonden F.N.V.] 17juni 1985.

Renate Dorrestein, De geest van Cornwall, in De Tijd 11 (2 augustus 1985) 47, p. 44-51.

Sociaal totaal 1986. Begroting 1986 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Den Haag 1986, p. 6-7.

Op Gelijke Voet. Informatie over het emancipatiebeleid van de rijksoverheid vanaf 7 (1986).

Samenspel zomer 1986.

Beter bevallen [uitgave van de Stichting Beter Bevallen] 3 juni 1986, p. 21.

Inez van Dulleman, I Viva Mexico, Amsterdam (Querido) 1988, omslag.

Catalogus tent. Geliefde personen, Plaatwerk (maart 1988) 22/23, p. 20-21.

Renate Dorrestein, Het wonder van Nairobi, in De Tijd 15 (7 oktober 1988) 40, p. 70-75.

Brochure tent. De Fotoruil, Amsterdam (Stedelijk Museum) 1989, p. 4.

Joke Smit e.a., Wat is er met de vrouwenbeweging gebeurd. De Joke Smit-lezingen, Amsterdam (Nijgh & Van Ditmar) 1989, omslag, p. 57, 77, 93, 113.

Playboy (mei 1989) 5, p. 31.

BZZLETIN (mei/juni 1989) 166/167, omslag.

Joop van den Berg (red.), In Indië geweest. Maria Dermoût, H.J. Friedericy, Beb Vuyk, Den Haag/Amsterdam (Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum/Querido) 1990, p. 119 (serie: Schrijversprentenboek, 30).

Rineke van Houten, Tussen Ayacucho en Zierikzee. 25 Jaar medefinanciering, Oegstgeest (Gemeenschappelijk Overleg Medefinanciering) 1990, omslag, p. 39.

PAIN 42 (1990), p. 256.

de Volkskrant 8 november 1990, p. 9.

Renate Dorrestein, Een nacht om te vliegeren, Amsterdam (Contact) 1991, 4de dr., omslag (achterzijde).

Renate Dorrestein, Het Hemelse Gerecht, Amsterdam (Contact) 1991, omslag (achterzijde).

Iris Dik e.a., Een groeiend monument. Verslag van een onderzoek/A growing monument. A report of an inquiry, Amsterdam (Artoteek Zuid Oost) 1993, ongepag.

Willemijn Stokvis en Kitty Zijlmans (red.), Vrij spel. Nederlandse kunst 1970-1990, Amsterdam (Meulenhoff) 1993, p. 245.

Willem Velema en Jolanda Dreijklufft, Sporen en stippellijntjes. De Avéro Centraal Beheer Groep in perspectief, Naarden (AVCB) 1993, p. 169.

Het Parool 14 juni 1993.

Margot Fretz en Liesbeth Jans (samenstelling en red.), Pennen en penselen. Een ontmoeting, Amersfoort (Herman Molendijk Stichting/Centrum Beeldende Kunst) 1994, p. 58.

Gera Vos, Hoe gaat Nederland naar Beijing? Internationaal emancipatiebeleid 1975-1995, Amsterdam (Instituut voor Publiek en Politiek) 1994, p. 22.

Trouw 22 september 1994, p. 2.

Algemeen Dagblad 30 september 1994, p. 27.

Catalogus tent. GKf. Vijftig jaren van toekomst, Groningen (Stichting Aurora Borealis) 1995, ongepag.

Wim Melis (red.), Common Lives. Gewoon, leven [uitgave ter gelegenheid van de gelijknamige tentoonstelling van de fotomanifestatie Noorderlicht 1995, gepresenteerd van 7 oktober t /m 5 november 1995, in de Der Aa-kerk in Groningen], Groningen (Stichting Aurora Borealis) 1995, p. 61-63.

Arthur Worthmann, Van Mourik Vermeulen architecten, 1955-1995, Den Haag (Van Mourik Vermeulen) 1995.

Bulkboek 24 (1996) 234, p. 55.

Catalogus tent. Momentopname. Caldic Collectie, Rotterdam 1996, Rotterdam (Caldic Collectie) 1996, p. 176-177.

Trouw 4 oktober 1997, p. 17.

Catalogus tent. Encontros da Imagem, Braga (Governo Civil de Braga Encontros de Imagem) 2000, ongepag.

Gerrit Komrij, Vrouwen van Nederland, Amsterdam (Voetnoot) 2001, p. 81.

Miriam Bestebreurtje, Dicht op de huid. De GKf gezien door Miriam Bestebeurtje, in Hollands Licht (2001) 2, p. 13.

L’Insensé Photo (2003) 3, p. 108-109.

Herman Moscoviter e.a. (tekst), 50 jaar Van Mourik Vermeulen archietecten, z.p. [Den Haag] (Van Mourik Vermeulen architecten) 2005.

in Avenue:

(november 1974) 11, p. 104, 106.

(december 1974) 12, p. 86.

(januari 1975) 1, p. 130-135.

(september 1975) 9, p. 96-99.

(april 1976) 4, p. 88-89.

(mei 1976) 5, p. 122-124.

(juni 1976) 6, p. 96-97, 99.

(juli 1976) 7, p. 84-85.

(maart 1977) 3, p. 148-151.

(april 1977) 4, p. 153, 155-156.

(december 1978) 12, p.105.

(juni 1979) 6, p. 52-54.

(augustus 1979) 8, p. 72-73, 75.

Opdrachtgevers 1974-1990, o.a.:

Amazone

Avenue

Gemeente Amsterdam

De Humanist

Margriet

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking

Ministerie van Sociale Zaken

Nieuwe Revu

Opzij

Panorama

Tropenmuseum

De Tijd

Uitgeverij Contact

Uitgeverij Querido

Uitgeverij Sara

Viva

Secundaire bibliografie

(publicaties over de fotograaf en/of haar werk)

Anoniem, Corinne Noordenbos. Fotografen en hun werk, in Foto 29 (november 1974) 11, p. 26-29 (met foto’s).

Bas Roodnat, Foto. Portretten & Antiek, in NRC Handelsblad 2 november 1974.

Catalogus tent. Foto ’84, Amsterdam (Stichting Amsterdam Foto) 1984, p. 110.

Catalogus tent. Negentien vrouwelijke fotografen. Tien jaar Canon Photo Gallery, Foto 39 (mei 1984) 5, Special, p. 3, 18.

Bas Roodnat, Zoveel vrouwen, zoveel foto’s in de Canon-galerie, in NRC Handelsblad 22 mei 1984.

Corine Spoor, ‘Kijk maar eens uit je doppen’. Corinne Noordebos en ‘Anderzijds’, in De Tijd 11 (26 april 1985), p. 23.

Anoniem, Werelden, in Bondig 17 (juni 1985) 174, p. 19-24 (met foto’s).

Adriaan Monshouwer en Joop Swart (hoofdred.), De wereld van KLM in 24 uur. Een foto-documentaire ter gelegenheid van het zeventigjarig bestaan van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij nv, Amstelveen (Koninklijke Luchtvaart Maatschappij) 1989, p. 87, 89, 187, 258 (met foto’s).

Wilco Kalbfleisch, Moderne Madonna. Corinne Noordenbos geeft moeder en kind een ereplaats, in Focus 76 (december 1989) 12, p. 29-33 (met foto’s).

Monique Snoeijen, Acht grote dozen met een gat erin, in Het Parool 7 september 1992.

(Brochure) Lezingen voorjaar 1993. Fotografie. Film/video, Utrecht (Centrum voor Audiovisuele Vorming en Produktie) 1993, ongepag.

Peter Sierksma, ‘Mensen uit verre landen afbeelden als ellendig en arm is zo gemakzuchtig’, in Trouw 12 november 1993, Media, p. 1-2.

Catalogus tent. Who’s looking at the family, Londen (Barbican Art Gallery) 1994, 98-100, 120.

Jolan Douwes, De moderne Maria is een moeder in Almere met afgekloven nagels. Tentoonstelling in Amazone over de Prima Donna, in Trouw 20 januari 1994.

Flora Stiemer, Vrouwen en hun Madonna, in Algemeen Dagblad 26 januari 1994, p. 11.

Bianca Stigter, Iedereen kan Maria zijn en dus heeft ze haar gezicht verloren, in NRC Handelsblad 4 februari 1994, p. 7.

Warna Oosterbaan, Hedendaagse families op de foto. Er is niets meer te vieren, in NRC Handelsblad 8 juli 1994, p. 2.

Anoniem, World of love, in Trouw 1 oktober 1994.

Taco Anema e.a. (red.), 50 Jaar fotografie GKf 1945-1995, Amsterdam (De Verbeelding) 1995, p. 159, 196.

Flora Stiemer, Tragiek onder een plafond vol engelen, in Algemeen Dagblad 26 oktober 1995.

Ingrid Harms, In het gezichtsveld. Portret van de ziekte van Alzheimer, in Vrij Nederland (28 oktober 1995) 43, p. 46-47.

Mirjam Westen, Fotograferen vanuit het hart, in Opzij 23 (november 1995) 11, p. 94.

Anoniem, Fotograaf heeft zwakke status, in Algemeen Dagblad 8 november 1995, p. 27

Anoniem, [zonder titel], in Trouw I1 november 1995, p. 17.

Rolf Bos, Ook elitefotografen moeten bikken, in de Volkskrant 14 november 1995.

Herman Hoeneveld, Corinne Noordenbos, in P/F (1996) 8, p. 43-50 (met foto’s).

Anoniem, Corinne Noordenbos. Melkweg Galerie 14 november-16 december, in Focus 83 (november 1996) 11, p. 29-34.

Anoniem, Werk in wording, in Het Parool 14 november 1996, Uitgaanskrant, p. 15.

Anoniem, Noordenbos, in de Volkskrant 14 november 1996.

ACF. Amsterdams Centrum voor Fotografie. Fotoschool programma 1997-1998, p. 3, 12, 21-22.

Catalogus tent. Human conditions intimate portraits/Conditions humaines portraits intimes, Rotterdam (Nederlands Foto Instituut) 1999, p. 6, 8, 78-85 (met foto’s).

Catalogus Le Mois de la Photo à Montréal 1999. Le souci du document/Concern for the document, Montréal (VOX) 1999.

Maartje Somers, De mens achter de bloemetjesjurk, in Het Parool 27 november 1999, p. 24.

Catalogus tent. Photo España 2002. Femininos, Ayuntamiento de Madrid 2002, ongepag.

Veilingcatalogus Sotheby’s. Photographs from the Bert Hartkamp collection, 11 november 2002, Amsterdam (Sotheby’s) 2002.

Ellen Kok e.a. (samenstelling), GKf. Fotografen 2003-2004, Amsterdam (GKf, beroepsvereniging voor fotografen) 2004, p. 140-143 (met foto’s).

Merel Bem, Liefdevolle objectiviteit, in de Volkskrant 22 september 2004.

Lidmaatschappen

GKf, 1981-heden, bestuurlid van 1982-1990.

Kunstraad, 1983-1984.

Jury t.b.v. Stipendiumcommissie extra WVC-gelden Beeldende Kunst voor Gemeente Amterdam, 1984.

Bestuur Stichting Amsterdam Foto, 1985-1986.

Jury PF-prijs, 1986.

Bestuur Stichting Cultureel Centrum De Moor, 1989-1994.

Werkgroep ter voorbereiding van de oprichting van Nederlands Foto Instituut, 1990-1992.

Adviesraad voor bestuur van BNAFV, 1990-1999.

Bestuur Nederlands Foto Instituut, 1994-2003.

Jury Berenschot Fotografie Prijs, 1998-heden.

Tentoonstellingen

1974 (e) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Corinne Noordenbos. mensen maken de wijk. de Jordaan 1973-74.

1980 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Het Portret door 35 Nederlandse fotografen.

1980 (g) Amsterdam, Nederlandse Kunststichting, Zoeken-Zien.

1981 (g) Amsterdam, Galerie Amazone, Vrouwen in Beeld.

1982 (g) Amsterdam, Galerie Amazone, Kunst voor de Feestdagen.

1983 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Kijken in de tijd. 50 Fotografen in het Stedelijk (GKf).

1984 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, 19 Vrouwelijke Nederlandse hedendaagse fotografen (Foto ’84).

1985 (e) Amsterdam, Uitgeverij Sara, Schrijfstersportretten (reizende tentoonstelling door Nederland).

1986 (e) Nairobi 1985 (reizende Novibtentoonstelling door Nederland).

1986 (g) Amsterdam, Stichting Makkom, A priori fotografie.

1988 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Geliefde personen (GKf).

1989 (e) Amsterdam, De Moderne Boekhandel, [Moderne Madonna’s] (tent. i.k.v 150 jaar fotografie).

1989 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, Foto ’89.

1989 (g) Amsterdam, De Moor, De beste foto van 1988.

1989 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, De Fotoruil (GKf).

1989 (g) Utrecht, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, Docenten van de afdeling Fotografische Vormgeving.

1989 (g) Amsterdam, IIAV (Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging), [aangekocht werk].

1989 (g) Amsterdam, hangars Schiphol, KLM 70 jaar door 70 fotografen.

1989 (g) Amsterdam, ‘Focus on Photography’ Galerie, De wereld van KLM in 24 uur.

1990 (e) Amsterdam, Artis, 60 jaar Fiom (reizende tentoonstelling langs Fiomvestigingen).

1990 (e) Amsterdam, Artis, Wat verzwegen is blijft ongezien.

1990 (g) Amsterdam, IIAV, Nairobi 1985.

1990 (e) Amsterdam, De Moor, [jubileumtentoonstelling t.g.v. 20-jarig bestaan].

1990 (g) Amsterdam, De Moor, De beste foto van 1989.

1990 (e) Amsterdam, IIAV, [foto’s Wereld Vrouwen Conferentie in Nairobi].

1990 (g) Groningen, Der Aa-Kerk, [kunstmanifestatie] .

1990 (g) Groningen, USVA Fotogalerie, Dubbeldruk (GKf) (fotomanifestatie Noorderlicht).

1990 (g) Groningen, De Moor, De Moor 20 jaar. Jubileumexpositie [o.a. De serie Moderne Madonna’s van Corinne Noordenbos].

1990 (e) Hoorn, Galerie de Achterstraat.

1991 (g) Amsterdam, De Moor, De beste foto van 1990.

1991 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Nederland O Nederland (GKf).

1992 (g) Amsterdam, Galerie Amazone, Weerzien.

1992 (g) Amsterdam, De Dam, Kijkdozen op de Dam [tentoonstelling van acht fotografen van Fotografie-Centrum De Moor].

1993 (g) Amsterdam, Artoteek Zuid Oost, Een groeiend monument [tentoonstelling n.a.v. Bijlmerramp].

1993 (e) Amsterdam, Galerie Amazone, Wat verzwegen is blijft ongezien.

1994 (g) Amsterdam, Galerie Amazone, Prima Donna, moderne Maria-verbeeldingen.

1994 (g) Londen, Barbican Art Gallery, Who’s looking at the Family.

1994 (e) York, Impressions Gallery, [tentoonstelling i.k.v. festival ‘Women Pholographers ] .

1994/1995 (g) Amsterdam, Tropenmuseum, World of Love.

1995 (g) Amersfoort, Fotoforum.

1995 (g) Groningen, Der Aa-kerk, Common Lives . Gewoon, leven (fotomanifestatie Noorderlicht).

1995 (g) Groningen, Der Aa-kerk, Vijftig Jaren van Toekomst (GKf) (fotomanifestatie Noorderlicht).

1995 (g) Keulen, Art Cologne [kunstmanifestatie].

1995 (g) Rotterdam, Galerie Cokkie Snoei, Tina Barney – Corinne Noordenbos.

1996 (e) Amsterdam, Melkweg Galerie, Werk in wording: de Concertgebouwbuurt.

1996 (g) Rotterdam, Caldic (Blaak 22), Momentopname (Caldiccollectie).

1998 (e) Amsterdam, Open Atelier.

1999 (g) Montréal, La Condition Humaine (Mois de la Photo).

2000 (g) Amsterdam, Rai, KunstRai.

2000 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, De best verzorgde boeken van 1999.

2000 (g) Braga, Encontros da Imagem.

2000 (g) Madrid, Sala del Canal Isabel 11, De la condición humana retratos intimos.

2000 (g) Rotterdam, Nederlands Foto Instituut, Conditions humaines, portraits intimes.

2000 (g) Utrecht, Hogeschool van Utrecht.

2000/2001 (g) Madrid, Casa Isabel Segundo, Human Conditions/Intimate Portraits.

2001 (g) Almere, De Paviljoens, Portretten van Burgermeesters.

2001 (g) Naarden, Bastion Oranje, Dicht op de huid (Fotofestival Naarden).

2002 (g) Madrid, PhotoEspaña 2002.

2002 (e) Nijmegen, CBK [Oude Haven 102], Portretten door Corinne Noordenbos.

2003 (g) Amsterdam, AFC Amsterdams Centrum voor Fotografie, What ever happened to Robert Frank ?

2004 (g) Rotterdam, Galerie Cokkie Snoei, Corinne Noordenbos – Maturare/Phoebe Maas – Private Intimicy.

2004 (g) Amsterdam, AFC Amsterdams Centrum voor Fotografie.

Bronnen

Amsterdam, Corinne Noordenbos, documentatie en mondelinge informatie.

Leiden, Studie en Documentatie Centrum voor Fotografie, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden.

Leusden, Jan Wingender (collectie nederlands fotoboek).

Collecties

Almere, Kunstuitleen Almere.

Amsterdam, Gemeentearchief Amsterdam.

Amsterdam, Instituut Collectie Nederland.

Leiden, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden.

Rotterdam, Caldic Collection.

Sittard, Museum Het Domein.

Auteursrechten

De auteursrechten op het fotografisch oeuvre van Corinne Noordenbos berusten bij Corinne Noordenbos te Amsterdam.