Eddy Posthuma de Boer
Martin Harlaar
Extract
De Amsterdammer Eddy Posthuma de Boer geldt als een van de meest bereisde fotografen van Nederland. Bij het grote publiek is hij vooral bekend geworden door de reisreportages die hij eind jaren zestig, begin jaren zeventig voor het glossy tijdschrift Avenue maakte. Hoewel hij heel veel in kleur heeft gewerkt, is de zwartwitfotografie zijn grote liefde. Kleurenfotografie neemt naar zijn mening de dramatiek weg.
Uit zijn foto’s spreekt een grote betrokkenheid bij mensen en vooral bij kinderen. Hij maakte ontelbare portretten. Verder verzamelt hij met zijn camera ‘objets trouvés’, de meest uiteenlopende, vaak merkwaardige en amusante onderwerpen.
Biografie
1931 |
Op 30 mei wordt Eduard (Eddy) Posthuma de Boer in Amsterdam geboren. Hij is de zoon van Jacob Posthuma de Boer, filiaalhouder van een kruidenierswinkel van Van Amerongen en Anna Hali. Eddy heeft een oudere broer, Ferdy (geboren in 1930; hij wordt later schilder/musicus). |
ca. 1942 |
Eddy krijgt de beschikking over zijn eerste camera, een Kodak-boxje, waarmee hij foto’s in de buurt maakt. Hij leert zelf ontwikkelen en afdrukken. |
1948-‘50 |
Nadat hij de MULO heeft afgemaakt volgt hij een schriftelijke cursus fotografie aan de Fotovakschool in Den Haag en doet hij praktijkervaring op bij de fotodienst van het ANP. |
1951-‘53 |
Eddy Posthuma de Boer werkt als assistent van de fotograaf Godfried de Groot in Amsterdam. |
1953 |
Hij gaat aan de slag als zelfstandig fotograaf en werkt samen met Dirk de Herder onder de naam Co-Photo. Zij vestigen zich in de Rustenburgerstraat 80 in Amsterdam. |
1954 |
Dirk de Herder en Eddy Posthuma de Boer beëindigen hun samenwerking. |
Eddy blijft in de Rustenburgerstraat 80 werken en wonen. Hij krijgt enkele fotolessen van Cor van Weele. |
|
1955-’58 |
Edo Spier (fotoredacteur van Het Parool), die hij leert kennen in het uitgaansleven op het Leidseplein in Amsterdam, bezorgt hem werk bij Het Parool. |
1956-‘68 |
Dankzij een introductie door de tekenaar Opland (Rob Wout) gaat Posthuma de Boer voor de Volkskrant werken. Tijdens zijn werk voor deze krant, dan nog op de Nieuwezijds Voorburgwal gevestigd, maakt hij kennis met Imre Rona, oprichter en eigenaar van het eveneens op de Nieuwezijds Voorburgwal gevestigde fotopersbureau ABC Press. |
1959-‘66 |
Voor ABC Press maakt Posthuma de Boer diverse reportages in binnen- en buitenland. |
1959-‘68 |
Voor uitgeverij De Bezige Bij maakt hij schrijversportretten en fotografeert hij het Boekenbal. |
1961 |
Eddy Posthuma de Boer trouwt met zangeres Henriëtte Klautz. |
Zijn eerste fotoboek, Stad van mijn bed, verschijnt. |
|
Uit de serie foto’s die hij het voorafgaande jaar in opdracht van ABC Press in Moskou maakte, stelt hij zijn eerste eenmanstentoonstelling Man in Moskou samen. |
|
1967-‘85 |
Voor de televisie- en radiogids van de KRO (eerst KRO-gids geheten, later Studio) maakt hij reportages in binnen- en buitenland. |
1967-‘90 |
Voor Avenue maakt hij met onder anderen schrijver Cees Nooteboom en met kunsthistoricus Emile Meyer vele reisreportages. |
1968 |
Dochter Tessa wordt geboren. |
Hij ontvangt de Prix de Joke voor het boek Carnaval, een selectie van foto’s die hij in de periode 1960-’67 voor de Volkskrant over het carnaval maakte. |
|
Met Cees Nooteboom gaat hij in mei naar Parijs om daar de onrust onder studenten en arbeiders vast te leggen. |
|
1971 |
Dochter Eva wordt geboren. |
1972 |
Voor zijn reisreportages in Avenue ontvangt Posthuma de Boer de Lucas Ooms-prijs in de categorie ‘Visuele Journalistiek’. |
1973-‘74 |
Hij maakt foto’s in opdracht van de Historisch-Topografische Atlas van het Gemeentearchief Amsterdam. |
1975 |
Samen met Bert Nienhuis krijgt hij een foto-opdracht van het Rijksmuseum met als thema ‘Werkloosheid in Nederland’. |
1975-‘81 |
Hij fotografeert voor Het Wiel, een tijdschrift voor woonwagenbewoners. |
1978 |
In de tentoonstelling Post Colonial Photographs, die in de Canon Photo Gallery in Amsterdam wordt gehouden, is een selectie te zien uit de foto’s die hij sinds 1965 in de Derde Wereld maakt. |
vanaf 1981 |
Hij fotografeert in binnen- en vooral buitenland voor ‘in-flight magazines’ die worden uitgegeven door de luchtvaartmaatschappijen KLM en Sabena. |
vanaf 1994 |
In het kader van een door hem bedacht project fotografeert hij systematisch in diverse landen van de wereld kinderen en de vaak moeilijke omstandigheden waaronder zij moeten leven. |
1996 |
De Beyerd in Breda organiseert de tentoonstelling Voor het oog van de wereld, een keuze uit de foto’s van Eddy Posthuma de Boer. Tegelijkertijd verschijnt een boek met dezelfde titel. |
Beschouwing
Eddy Posthuma de Boer is een gepassioneerd kijker, die niet op zoek is naar grote gebeurtenissen, maar naar het kleine drama, de ontroering en het geluk in het leven van elk mens, van alle dag en van alle tijden. Hij bezit een groot empathisch vermogen, dat is terug te vinden in de foto’s die hij tijdens zijn vele ontmoetingen maakt. Waar ter wereld de foto’s ook zijn gemaakt, altijd herkennen wij als toeschouwer iets van onszelf en ons eigen leven in de geportretteerden, of het nu de mannen en vrouwen zijn die met de fiets op weg zijn naar hun werk (Amsterdam 1957), de landarbeider met het vele malen herstelde hemd (Peru 1972) of het zwaar gehandicapte kind in een tehuis (Karachi 1995).
Eddy Posthuma de Boer heeft oog en compassie voor de zwakkeren in de samenleving. Hij portretteert hen in de eerste plaats als individu en niet als slachtoffer.
Eddy Posthuma de Boer groeide op in een progressief middenstandsgezin in de pas gebouwde Stadionbuurt in Amsterdam-Zuid. Zijn vader Jacob Posthuma de Boer, anarchist en geheelonthouder, had na de Eerste Wereldoorlog, op zoek naar een betere toekomst, het Friese platteland verlaten en was naar Amsterdam getrokken, waar hij aan de Marathonweg filiaalhouder werd van een kruidenierswinkel van Van Amerongen. Een paar weken voor de negende verjaardag van Eddy Posthuma de Boer brak de Tweede Wereldoorlog uit. De vijf jaar die volgden, zouden grote invloed op hem hebben. In 1984 zei hij daarover: “Mijn hele puberteit heeft zich in de oorlog afgespeeld en dat is er volgens mij de oorzaak van geweest, dat ik een grote vrijheidsdrang heb. In de oorlog hoefden we niet naar school. Je speelde op straat met alles wat je vond. Daarna wilde ik niet meer terug in de burgerlijke sfeer van die buurt. Maar ik ben geen vrijbuiter geworden, mijn karakter is altijd introvert gebleven.”
Toen hij een jaar of twaalf was, kreeg Eddy Posthuma de Boer zijn eerste camera: een Kodak-boxje. Hij troggelde zijn vader een pak lucifers af en ruilde het voor de camera. Zijn broer Ferdy herinnerde zich vele jaren later: “Eddy maakte al foto’s in de oorlog, op papierfilm; ook het ontwikkelen en afdrukken deed hij zelf, op ons kamertje, gordijnen dicht en een oranje lampje aan. Ik weet nog dat ik verbaasd keek naar de beelden die opkwamen onder dat water. Hij heeft toen (na de oorlog) veel foto’s gemaakt van auto-ongelukken bij ons op de hoek, en van mensen te voet op weg naar het Olympisch Stadion. Grijze mannen met hoeden op. Later ook muzikanten met Django-snorretjes.” Veel van die vroege foto’s zijn verloren gegaan. Eddy Posthuma de Boer doet daar niet moeilijk over. Dat stelde volgens hem helemaal niets voor en had niets met fotografie te maken. Tot eind jaren veertig was vooral het kijken belangrijk; kijken naar architectuur, naar winkels, briefjes op de ramen, vormgeving van drukwerk, de typografie van Piet Zwart, films en tentoonstellingen met foto’s van Eva Besnyö, Cas Oorthuys, Carel Blazer en anderen. Vooral de foto’s van Besnyö inspireerden hem. “Kracht uitstralende foto’s, dwingende composities, inhoudelijk en esthetisch perfect,” aldus Eddy Posthuma de Boer.
Na de MULO volgde hij een schriftelijke cursus fotografie aan de Fotovakschool in Den Haag, met enkele dagen practicum per jaar. Voordat hij zich in 1953 als zelfstandig fotograaf vestigde, deed hij praktijkervaring op bij de fotodienst van het Algemeen Nederlands Persbureau (het eerste jaar voornamelijk asbakken legen en foto’s glanzen) en bij de fotografen Godfried de Groot en Alfred Rau. Van Godfried de Groot, een degelijk en vooraanstaand, maar weinig vernieuwend portretfotograaf, leerde hij veel over het gebruik van licht om personen zo goed mogelijk uit te laten komen. Posthuma de Boer zou in zijn loopbaan veel mensen portretteren, maar anders dan De Groot fotografeerde hij nooit in een studio en had hij een sterke voorkeur voor natuurlijk licht. “Ik gebruik nooit flitslicht, omdat ik er niets van begrijp.”
In 1957, vier jaar nadat hij professioneel was gaan fotograferen, werd hij aangenomen als lid van de GKf, waarvan onder anderen ook de door hem zo bewonderde Eva Besnyö deel uitmaakte. Een paar jaar later werd Posthuma de Boer echter geroyeerd; hij was te arm om de contributie te betalen. Toen hij in de loop van de tijd genoeg ging verdienen om het lidmaatschap van de GKf wel te kunnen betalen, hoefde het wat hem betreft niet meer.
Uitgezonderd de foto’s van de ‘objets trouvés’, kenmerken de zwartwitfoto’s van Posthuma de Boer zich door een grote aandacht voor inhoud en functionele esthetiek. Esthetiek om de esthetiek spreekt hem niet aan, maar een inhoudelijk goede foto kan niet zonder esthetiek. Een goed gecomponeerde foto heeft nu eenmaal meer zeggingskracht. Het zoeken naar een goede compositie, een mooie vlakverdeling en een uitgekiend witgrijs evenwicht is voor een belangrijk deel een onbewust proces: “Bij mijzelf stel ik vast dat ik een absoluut compositiegevoel heb. Als ik een foto maak, dan kadreer ik dat instant, meteen, tot een compositie. Dat zie ik pas later als die foto gemaakt is. Dan denk ik, hoe kan dat nou, dat je al tijdens het fotograferen al die dingen van de klassieke compositieleer, zoals de gulden snede en diagonalen, in je foto verwerkt. Waarom je dat hebt, kan ik niet verklaren, dat is waarschijnlijk een natuurgevoel, je talent. Ik herken het ook meteen bij anderen.” Eddy Posthuma de Boer besteedt veel aandacht aan licht. Als assistent van Godfried de Groot leerde hij hoe belangrijk licht is om iemand te portretteren, maar het waren naar zijn zeggen vooral de schilderijen van Johannes Vermeer die hem deden inzien hoe essentieel de rol van licht is.
Toen Eddy Posthuma de Boer zich in 1953 als freelance fotograaf vestigde, koos hij bewust voor de serieuze persfotografie. Hij begon met fotojournalistiek voor de dagbladen: het nieuws van de straat. Het beschouwende karakter van de weekbladjournalistiek interesseerde hem niet zo. “Bladen als Margriet, Panorama, Libelle, daar werkte je niet voor, dat was beneden je stand als persfotograaf. Die bladen maakten reportages over het huishouden en klederdrachten. Daar deed je niet aan mee.” Later is hij juist de dagbladjournalistiek oppervlakkig gaan vinden. In de periode 1953-73 werkte hij onder andere voor Het Parool, Algemeen Handelsblad, Paris Match, Time-Life, Haagse Post en de Volkskrant. Hij was actief op allerlei deelterreinen van de persfotografie, hoewel niet altijd even succesvol. Zo bleek hij niet voor sportfotograaf in de wieg gelegd te zijn: “Ik ben een zeer slecht sportfotograaf. Ik heb nog nooit een doelpunt gefotografeerd, omdat ik verbijsterd ben door de daverende klap waarmee de bal in ‘t net wordt geschoten. Dat gaat zo ontzettend snel, dat ik vergeet om te fotograferen. Ik ben een beetje secundair reagerend. Dat speelt me in de journalistiek wel ‘s parten.” In het parlement voelde hij zich meer op zijn plaats. Terwijl andere fotografen met hun Speed Graphic camera snel de belangrijkste spreker vastlegden en dan verdwenen, bleef Posthuma de Boer met zijn Leica IIIc urenlang rondhangen.
In 1959 kwam hij in contact met Imre Rona, die begin jaren dertig uit Hongarije naar Nederland was geëmigreerd en in Amsterdam het fotopersbureau ABC Press Service had opgericht (de naam werd later verkort tot ABC Press). In de jaren 1959-’66 maakte Eddy Posthuma de Boer voor ABC Press diverse reportages, waaronder een aantal in het buitenland (1959: Zwitserland; 1960: Moskou; 1962: Brussel). Bij ABC Press werd de basis voor zijn reisfotografie gelegd, maar hij dankte naar eigen zeggen nog veel meer aan Imre Rona: journalistieke vakkennis, het gevoel voor goede foto’s en veel levenswijsheid.
Vanaf de tweede helft van de jaren zestig deed Eddy Posthuma de Boer steeds minder aan dagbladjournalistiek. In 1967 ging hij voor Avenue en Studio, het omroepblad van de KRO, werken. Voor beide tijdschriften maakte hij buitenlandse reportages; voor Avenue reisreportages samen met de schrijver Cees Nooteboom en de kunsthistoricus Emile Meyer en voor Studio meer geëngageerde, fotojournalistieke reportages. Met het reizen ging een jongensdroom in vervulling. Hij ziet de journalistiek als een alibi om overal rond te kijken. Maar het is wat Eddy Posthuma de Boer betreft niet reizen om het reizen; voorwaarde om op reis te gaan, is dat hij zijn camera’s mee mag nemen. In het boek Beeld in zicht brengt hij zijn gedrevenheid om te reizen onder woorden. Hij ervaart het als een euforie om naar onbekende plaatsen te gaan, erover te lezen, te zien wat hij er kan vinden. Hij is heel nieuwsgierig naar alles en vindt dat een optimistisch gevoel. Dat optimistische, euforische gevoel dat vooraf gaat aan zijn reizen verdwijnt tijdens die reizen vaak naar de achtergrond. De omstandigheden waarin de massa van de mensen in ontwikkelingslanden leeft, geven daar over het algemeen ook weinig aanleiding toe. De betrokkenheid die hij met deze mensen voelt, verklaart hij in een interview, dat zijn opdrachtgever Studio in februari 1984 publiceerde, uit zijn persoonlijke achtergrond: “Mijn solidariteit met mensen uit de Derde Wereld, ja, hoe ontstaat zoiets. Dat is ook wel een beetje mijn opvoeding geweest. Mijn vader was een heel betrokken socialist uit het begin van deze eeuw, de tijd van Troelstra en Domela Nieuwenhuis. Een strijdbare tijd, dat moest ook wel. Die betrokkenheid heb ik van mijn vader, maar anders. De Tweede Wereldoorlog is er tussendoor gekomen, en het hele dekolonisatie-proces. Al die dingen hebben mijn betrokkenheid bepaald.”
Begin jaren tachtig gaat hij ook op stap voor de luchtvaartmaatschappijen KLM en Sabena. Voor het KLM-blad Holland Herald en de Sabena-bladen Sphere en Sabena Revue maakt hij voornamelijk journalistieke reisreportages in kleur. Maar op al zijn reizen maakt hij ook zijn eigen foto’s, want “.. .waar ik ook heen gestuurd word, het is mijn reis. Ik fotografeer wat ik interessant vind. Dat staat voorop en dan laat ik de opdracht mooi meelopen.” En die eigen foto’s zijn vanzelfsprekend in zwart-wit.
Een deel van Eddy Posthuma de Boers vrije werk bestaat uit ‘verzamelingen’ van merkwaardige en amusante zaken die hij op zijn ontdekkingstochten door binnen- en buitenland tegenkomt. De kracht van deze foto’s ligt over het algemeen niet in de individuele foto, maar in de verzameling, in de veelheid. Het aantal verzamelingen dat hij in de loop van de jaren van deze ‘objets trouvés’ heeft aangelegd is onmogelijk te tellen en moeilijk te beschrijven: vreemde opschriften, reclames en winkelnamen, schrijffouten, aan de grond gekluisterde voorwerpen die met vliegen te maken hebben, kappers, damesjassen met luipaardprint, de naam Victoria, varkens, kranten lezende mensen, trappen die doodlopen enz. “Het is een hebbelijkheid van me. Ik heb er inmiddels hele voorraadkamers van. Als ik ergens ben, weet ik meteen, knip, dat past daarbij en, knip, dat daar. Misschien heeft het ook wel met het onderzoeken van de werkelijkheid te maken, maar voor mij is dat soort dingen in de eerste plaats dolle pret. Je ziet zoveel, er is zoveel te fotograferen, de wereld en de werkelijkheid zijn zo onuitputtelijk, er zit zoveel inspirerends in en er is ook zoveel mis mee, dat ik voorlopig nog lang niet ben uitgefotografeerd.” Een klein deel van zijn omvangrijke verzameling ‘verzamelingen’ is sinds begin jaren zestig in boekvorm verschenen (onder andere In ‘t nest met de rest, Klein Gedenkboek van Liefde en Haat, Foreign Affairs en Photo Libretto).
Eddy Posthuma de Boer heeft niet de illusie, dat hij met zijn geëngageerde fotografie de wereld kan veranderen. Hij ziet de fotografie als een medium dat bij uitstek geschikt is om mensen te informeren over de omstandigheden waarin andere mensen gedwongen zijn te leven. Sinds jaar en dag probeert hij met zijn fotografie de kwetsbaren een gezicht te geven. Vooral kinderen hebben daarbij steeds zijn aandacht.
Begin jaren negentig werd hij tijdens een bezoek aan het Joods Historisch Museum geconfronteerd met zijn eigen jeugd. Hij liep toen al rond met het idee voor een fotoproject over het leven van de jeugd van nu. In 1996 vertelde hij in een interview van Hugo Camps in Elsevier over dit samenkomen van verleden en heden: “…In 1943 zat ik in de zesde klas in Amsterdam-Zuid. We leefden van razzia naar razzia. Op een zondagochtend werd er bij ons thuis aangebeld. Mannen in uniform, op zoek naar joden. Ze haalden het hele huis overhoop. Als ik dan ‘s maandags op school kwam, zaten er niet tweeëndertig leerlingen in mijn klas, maar vierentwintig. Die acht waren weg. Dat is een paar keer gebeurd. Bij mij in de bank zat een jongetje. Zijn tweelingbroertje zat een bank voor ons. Op een maandagochtend waren ze ook weg. Ik had gezien hoe ze weggevoerd werden. Ik liep met mijn broertje naar het Olympiaplein. Alle trams waren leeg, een lange rij mensen stond te wachten om in die trams geduwd te worden. Opeens zag ik die twee jongetjes van mijn klas in de tram zitten. We hebben nog gezwaaid, toen waren ze weg. Een jaar of vijf geleden hoorde ik dat er een boek in de maak was waarin alle weggevoerde Nederlanders met name werden genoemd. Dat boek is hun graf. Ik ben naar het Joods Historisch Museum gegaan. Ik vond de namen van mijn twee vrienden: Harold en Paul Duizend, geboren in 1931, overleden op 2 juli 1943 in Sobibor. Ik had net dat project van die kinderen in nood bedacht. En daar, in het museum, wist ik: dit is een tijdsprong in mijn hoofd. De boog naar mijn jeugd is weer gespannen. Ik had het allemaal al eerder meegemaakt.” In het tweede deel van zijn boek Voor het oog van de wereld publiceerde Eddy Posthuma de Boer onder de titel ‘De Verworpenen’ een deel van de foto’s die hij in de periode 1994-’96 in het kader van zijn kinderproject maakte. Uit het eerste deel van het boek, waarin zijn foto’s uit de jaren 1961-’96 zijn opgenomen, blijkt dat het lot van kinderen hem eigenlijk zijn hele leven al bezighoudt.
Dankzij een subsidie van de Stichting Fonds Anna Cornelis kon hij daarna werken aan een vervolg van ‘De Verworpenen’. Dat vervolg gaat onder andere over kinderarbeid, HlV-positieve kinderen en discriminatie van zigeunerkinderen.
Nadat hij enkele jaren met een Kodak-boxje had gefotografeerd, kocht Eddy Posthuma de Boer een Contessa-Nettel, een balgcamera uit de jaren twintig voor 6×9 rolfïlm. Sinds 1953, toen hij zich als zelfstandig fotograaf vestigde, werkt hij vooral met kleinbeeldcamera’s (onder andere Leica IIIC, Leica M5, Nikkormat, Canon A1, Canon T90, Canon EOS5 en Canon EOS3). Daarnaast gebruikt hij, vooral voor portretten, soms camera’s met een groter formaat negatief (Hasselblad, Mamiya RB67).
Eind jaren zestig begon hij op verzoek van zijn opdrachtgevers in kleur te fotograferen. Ondertussen telt zijn archief honderdduizenden kleurendia’s. Kleurenfotografie heeft hij altijd als een fotografie met een geringere eeuwigheidswaarde beschouwd. Zijn grote liefde was en is de zwartwitfotografie. Hij heeft nooit een doka-assistent gehad en tot op de dag van vandaag doet hij vol overtuiging zelf al het werk in de donkere kamer, hoewel hij het niet als een onverdeeld genoegen ervaart. In 1984 vertelde hij daarover: “Ik vind het verblijf in de donkere kamer een fysieke ramp. Ik sta daar uren op mijn benen in het duister echt te zwoegen om een resultaat te bereiken. Je wipt van het ene been op het andere, vaak met hoofdpijn van het rare licht of de damp van de baden. Maar deze kwellingen worden weer tenietgedaan door de vreugde van het opkomende beeld. Op dat moment zie je de emoties pas goed, die je tijdens het fotograferen hebt moeten onderdrukken. Want je mag als fotograaf niet je tranen laten gaan op het moment datje fotografeert. Daarbij kan je in de donkere kamer, met veel vakmanschap en gevoel, bepaalde stemmingen in een zwart-wit afdruk brengen. Dat is een subtiele, fantastisch emotionele bezigheid, want dan komt er pas uit wat je met die foto hebt bedoeld.”
Eddy Posthuma de Boer is bereid lang in de doka te knokken om een resultaat te krijgen waarover hij tevreden is, maar de basis voor een goede foto wordt nog altijd tijdens het fotograferen gelegd. De evenwichtige beeldopbouw moet naar zijn mening buiten gebeuren en hij drukt in principe dan ook altijd het hele negatief af. Hij is tegen retoucheren, anders dan om kleine onvolkomenheden weg te werken. Hij streeft een eerlijke, niet-gemanipuleerde fotografie na.
De inhoudelijke en esthetische kwaliteit van Eddy Posthuma de Boers fotografie werd van meet af aan onderkend. Zijn foto’s zijn dan ook altijd in ruime mate gepubliceerd, zowel in kranten en tijdschriften als ook in fotoboeken en exposities. Aan erkenning door vakgenoten heeft het hem nooit ontbroken. Het grote publiek raakte, met name door zijn foto’s in Avenue, voornamelijk bekend met het werk waar hij zelf het minst mee had: de kleurenfotografie.
Boeken met keuzes uit zijn ‘verzamelingen’, zoals In ‘t nest met de rest en Photo Libretto vormen de ‘light verse’ van zijn fotografie. De grote kracht en de blijvende betekenis van het werk van Eddy Posthuma de Boer liggen zonder enige twijfel in zijn vrije, geëngageerde fotografie. Hij behoort met dat deel van zijn oeuvre tot de belangrijkste vertegenwoordigers van de sociaal-documentaire fotografie in Nederland van na de Tweede Wereldoorlog.
Documentatie
Primaire bibliografie
(eigen publicaties: tekst, eventueel met foto’s, maar ook fotoboeken e. d)
Jan Vrijman (tekst), Stad van mijn bed. Fragmenten uit: Amsterdam, Amsterdam z.j. [1961].
Bert Schierbeek (inl.), Kijkprikkels, Amsterdam (Proost & Brandt) 1958 (serie: Prikkels nr. 231).
Eddy Posthuma de Boer (idee en foto’s) en Pieter Groot (ontwerp), Keus in kunst druk, Amsterdam (Proost en Brandt) 1961 (serie: Prikkels nr. 252).
Eddy Posthuma de Boer, In ‘t nest met de rest, Amsterdam (Bezige Bij) 1965 (met foto’s) (serie: Geïllustreerde reuzenpocket 10).
Toon Hermans e.a. (tekst), Carnaval, Utrecht (Bruna&Zoon) z.j. [1967] (serie: Zwarte Beertjes, 1111).
Eddy Posthuma de Boer, In ‘t nest met de rest. [Tweede deel], Amsterdam (Bezige Bij) 1968 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer, Hollands Dagboek, [dagboek 19 t /m 25 september 1973], in NRC Handelsblad 29 september 1973.
Eddy en Henriëtte Posthuma de Boer, Amsterdam, Keulen (DuMont) 1974, (serie: Richtig reisen) (groot aantal herdrukken).
Olivier Vrooland en Eddy Posthuma de Boer, Postkoloniale fotografie van Eddy Posthuma de Boer, in Foto 33 (november 1978) n , p . 42-47 (met foto’s).
Jan Blokker (inl.), Klein gedenkboek van liefde en haat, Amsterdam (Kosmos) 1980.
Victoria. Een nieuwjaarsgeschenk van Cees Nooteboom, Eddy Posthuma de Boer, Thomas Rap en Guus Ros, Baarn (Rap) 1980.
Simon Vinkenoog en Cees Nooteboom (tekst), Beeld in zicht, Weesp (Moussault) 1984.
Robert van der Hilst e.a., Zeven hartstochten. De lievelingsplaatsen van reisfotografen, in Avenue (april 1985) 4, p. 91-101.
Eddy Posthuma de Boer (foto’s), Autoritratti, Amsterdam (in eigen beheer) 1988.
Ken Wilkie en Eddy Posthuma de Boer, Travel tales. Journeys around the world, Amsterdam (Multi Media International) 1989 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer, [Ken Wilkie (voorw.)], Foreign affairs [uitgave t.g.v. nieuwjaar 1990], z.p. [Amsterdam] [Osrich Press] 1990.
Henk Gerritsen, 32 Fotografen die hun persoonlijke voorkeur in beeld brengen oog in oog met fotograaf Henk Gerritsen, Zoetermeer (P/F Publishing) 1991, p. 28-29.
Ken Wilkie (inl.), Photo libretto, Amsterdam (Rap) 1991.
Fritzi ten Harmsen van der Beek, Eddy Posthuma de Boer, Thomas Rap en A. Roland Holst, Jagtlust [Geschenk voor vrienden en relaties van Eddy Posthuma de Boer en Uitgeverij Thomas Rap ter opluistering van de jaarwisseling 1992-1993], Amsterdam (Thomas Rap) 1992 (met foto’s).
Eddy en Tessa Posthuma de Boer, Album Amstel. Leven op twee oevers, in Vrij Nederland 54 (24 juli 1993) 29, p. 44-50 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer, Hugo Camps en Anthon Beeke, Voor het oog van de wereld, Amsterdam (Thomas Rap) 1996 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer (voorw.), Catalogus tent. Het geluk van de alledaagsheid, Amsterdam (Galerie Weesperzijde 30) 1998 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer, In ‘t nest met de rest [Derde deel], Amsterdam (Bas Lubberhuizen) 2001 (met foto’s).
Eddy Posthuma de Boer, Besos y brazos, Amsterdam (in eigen beheer) 2002.
(foto ‘s in boeken, tijdschriften en ander drukwerk)
(Brochure) De Botterikken. Venetiaanse comedie van Carlo Goldoni, Amsterdam (Nederlandse Comedie) z.j.
(Brochure) Euripides. De vrouwen van Troje, Amsterdam (Nederlandse Comedie) z.j.
(Programmaboekje) William Shakespeare. Wat U maar wilt of Driekoningenavond, Amsterdam (Nederlandse Comedie) z.j.
Wright Miller, De mensen in Rusland, Amsterdam (HJ. Paris) z.j., afb. 10, 12-14, 17-19, 21-23, 25-28, 32-34, 36-39, 49-50 en 52.
Foto 8 (december 1953) 12,p. 327.
Het Parool, bijlage PS 1955-1958.
Haagse Post 1957-1961.
de Volkskrant 1957-ca. 1971.
Peter Jaspers, Annemarieke. Naar het gelijknamige hoorspel, Baarn (Hollandia) 1958, omslag (serie: Annemarieke deel 1).
Peter Jaspers, De vier Heemskinderen, Baarn (Hollandia) 1959, omslag (serie: Annemarieke deel 2).
Joost A.M. Meerloo, Alle leven danst. Van primitieve dans tot rock ‘n’ roll en modern ballet, Amsterdam (De Brug/Djambatan) 1959, afb. 68.
Adriaan Morriën (samenstelling) en Eddy Posthuma de Boer (foto’s), Amsterdam, Leiden (Stafleu) z.j. [1959] (serie: Beeldende poëzie, 1).
Adriaan Morriën (samenstelling) en Eddy Posthuma de Boer (foto’s), Nederland, Leiden (Stafleu) z.j. [1959] (serie: Beeldende poëzie, 2).
Adriaan Morriën (samenstelling) en Eddy Posthuma de Boer (foto’s), Vlaanderen, Leiden (Stafleu) z.j. [1959] (serie: Beeldende poëzie, 3).
Photography Year Book 1959, afb. 132b, p. 221.
Programmaboekje Nederlands Dans Theater, Utrecht (Bruna) z.j. [ca. 1960], p. 49-64.
Forum (1959/1960) 12, afb. 10-11, 16, 23, 35, 47, 49.
Bibeb, Dans Theater, Utrecht (Bruna &Zoon) z.j. [1960], afb. 49-96 (serie: Zwarte beertjes, 258/259).
Uw kalender uit het hart van Amsterdam [kalender 1961], Amsterdam (Van de Geer) 1960.
Twen z.j. [1960] [1], p. 38-39, 41-43, 69 [integrale heruitgave Twen/Taboe, Amsterdam (Peter van der Velden) 1981].
[Tentoonstellingskrant] Dag Amsterdam, de stad en de mensen, het leven zoals het reilt en zeilt, neergelegd in een keurverzameling van 400 foto’s. […], Amsterdam (Het Parool) 1961, p. 9.
Ab van Ieperen, Nederlandse film en filmers ’65, Amsterdam (Filmers ’76) z.p. [1965] (idem, Filmers ’65, z.p. (Stichting Nederlandse Filmdagen/Uitgeverij Westers) 1983 (serie: Gouden Kalf reeks 2)).
Taboe z.j. [1961] [1], omslag, p. 14, 16-17, 47-52, 66-67, 69 [integrale heruitgave Twen/Taboe, Amsterdam (Peter van der Velden) 1981].
Taboe z.j. [1961] [2], p. 63, 78-79 [integrale heruitgave Twen/Taboe, Amsterdam (Peter van der Velden) 1981].
Taboe z.j. [1961] [3], p. 58-59, 61, 63-67 [integrale heruitgave Twen/Taboe, Amsterdam (Peter van der Velden) 1981].
Photography Year Book 1961, afb. 147, p. 231.
Han Hoekstra, Dag Amsterdam, Amsterdam (N.V. Het Parool) 1961, p. 25, 36, 49, 64, 106.
De Groene Amsterdammer 5 augustus 1961.
Jan G. Elburg e.a., De Verbinding, Den Haag (Centrale Directie van het Staatsbedrijf der PTT) 1962 (idem Engelse ed.: The connection).
(Programmaboekje) Holland Festival 1962. Andorra. Spel in twaalf beelden van Max Frisch, Amsterdam (Nederlandse Comedie) 1962.
Christian Oerlemans e.a. (tekst), PasToe fotopocket. Een boekje over meubelen, Utrecht (Ums-PasToe) 1962, p. 8-11, 52-55.
Wim Crouwel en Gérard Ifert, Design for industry. Een gedeelte van de tentoonstelling genaamd “Ontwerpen voor een drukkerij”, 16 nov. tot 15 dec. 1962, Amsterdam (Stedelijk Museum) 1962, ongepag. (serie: Catalogus Stedelijk Museum Amsterdam nr. 321).
Remco Campert e.a. (samenstelling), Boekje open, Baarn (De Boekerij) 1963.
Simon Vinkenoog (tekst), Het verhaal van Karel Appel. Een proeve van waarneming, Utrecht (Bruna & Zoon) 1963, afb. 1-4, 7.
Eldert Willems (samenstelllingen tekst), Nederland wordt groter, Amsterdam (De Bezige Bij) 1963, p. 16-17, 22.
Photography Year Book 1963, afb. 171-172.
Drukkersweekblad en Autolijn (1963) kerstnummer, p. 10-13, 24, 82-83.
Martin van Amerongen e.a. (tekst), De prinses die kiest een man, Amsterdam (Polak & Van Gennep) 1965.
Gerrit Borgers e.a. (samenstelling), De beweging van vijftig, Den Haag/ Amsterdam (Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum/De Bezige Bij) 1965, afb. 166 (serie: Schrijvers Prentenboek deel 10).
Publicaties van Time-Life 1965-1971.
Haagse Post 52 (16 oktober 1965) 2652, omslag.
Drukkersweekblad en Autolijn (1965) kerstnummer, afb. 236.
[Stedelijk Jaarverslag] Amsterdam ’65.
Remco Campert e.a. (tekst) en Eddy Posthuma de Boer (foto’s), De film Het gangstermeisje, Amsterdam (De Bezige Bij) 1966.
Otto Kuijk en Bart van Veen, Prinses Beatrix trouwt. Een documentaire in samenwerking met De Telegraaf en De Courant Nieuws van de Dag, Amsterdam etc. (Becht etc.) 1966.
Life 9 Juli 1966, p. 30-30A.
Life 11 juli 1966, p. 76-79.
Studio (KRO) 1967-1986.
Marijke Vetter en Marja Winters, Het grote Beatrix boek, Wageningen (Zomer en Keuning) z.j. [ca. 1967].
(Kalender) De Jong & Comp. Alle verzekeringen [kalender 1968], Amsterdam 1967.
Catalogus 2. Weltausstellung der Photographie. Die Frau, Hamburg (Gruner + Jahr) 1968, afb. 181.
Toon Hermans, Toonboek, Utrecht etc. (Bruna & Zoon) 1968.
Wim Hazeu en Cor Holst (red.) en Eddy Posthuma de Boer (foto’s), 40+. Literaire radio-portretten. Boekenweek 1969, z.p. (Vereeniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels/Commissie voor de Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek) 1969.
Gerard van ‘t Reve, De Avonden, Amsterdam (De Bezige Bij) 1969, omslag (serie: Literaire Reuzenpocket 22).
Algemeen Handelsblad 1969 (serie portretten).
Grafisch Nederland (1969) kerstnummer, p. 59, 65, 78, 81, 98, 100.
Art Directors Annual ’69, p. 10.
Emmy Huf (tekst), … ik wil nu warm vlees! Een jiddische-katholische komedie, Amsterdam/Assen (Born NV) 1970.
Ineke Jungschleger (tekst), Moeder, wat is er mis met deze planeet? Een dozijn populair-wetenschappelijke projekten van Theo Kley zoals verteld aan […], Amsterdam (Thomas Rap) z.j. [ca 1970], ongepag.
[themanummer Ed. Hoornik] De Gids 133 (1970) 3, nap. 204.
Karel Appel, Karel Appel over Karel Appel, Amsterdam (Triton Pers) 1971.
W. Woltz en Joost van de Woestijne (red.), Ons lieve leven. 100 Jaar Nederlandse krantefoto’s, Wageningen (L.J. Veen/Foton) 1972, p. 201.
Leidsch Dagblad 30 december 1972.
Mies Bouhuys e.a. (samenstelling), Ed. Hoornik, Den Haag/Amsterdam (Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum/De Bezige Bij) 1973, afb. 139, 152-153 (serie: Schrijvers Prentenboek deel 17).
Het Wiel. Maandblad voor woonwagenbewoners 1973-1985.
Mensen van nu (oktober 1974) 7, p. 54.
Gemeente Amsterdam Stedelijk Jaarverslag 1974, p. 21, 23-27, 30, 35-37, 45-47, 53-55, 59-65.
Wim lbo (tekst), 40 Jaar Wim Kan met Corry aan zijn zijde, Amsterdam (De Bezige Bij) 1976.
Theun de Vries, Dick Schaap en Siebe Rolle, Eene plaats van grooten omvang. 1876-1976 Honderd jaar IJmuiden en het Noordzeekanaal, IJmuiden (Vermande Zonen NV) 1976, afb. 643, 645, 650, 655, 657.
Jaarverslag PTT 1976, omslag, p. 4, 11, 16, 21, 24, 27, 30.
Jaarverslag Rijkspostspaarbank 1976, omslag, p. 7, 10, 15, 18, 22.
Sociaal Jaarverslag PTT 1976, omslag, p. 6, 11, 16, 20, 25, 30.
Han Peekel, 90 Jaar Carré, Bussum (Unieboek/De Gooise Uitgeverij) 1977.
Anoniem, Opdracht fotoserie over de verkiezingen, in NRC Handelsblad 14 januari 1977.
Mensen van nu (augustus 1978) 8, p. 44-47.
Catalogus tent. Nederlands Landschap, Amsterdam (Canon Photo Gallery) 1979, ongepag.
Mark Gabor, Woonboten. Wonen op het water overal ter wereld, Amsterdam (Meulenhoff/Landshoff) 1979, p. 108-121, 123-125.
Ingeborg Leijerzapf (tekst), Vijf jaar Canon Photo Gallery. Catalogus behorend bij de jubileumexpositie van 24 t /m 30 maart 1979 met werk van 15 hedendaagse Nederlandse fotografen, Amsterdam (Canon Photo Gallery) 1979, ongepag.
H.J.M.F. Lodewick, W.A.M, de Moor en K. Nieuwenhuijzen (tekst), Ik probeer mijn pen. Atlas van de Nederlandse letterkunde, Amsterdam (Bert Bakker) 1979, p. 147 (afb. 72), 188 (afb. 19), 191-192 (afb. 31-32, 35), 200 (afb. 65-66), 203 (afb. 75), 206 (afb. 88), 211 (afb. 111), 215 (afb. 126), 219 (afb. 143), 224 (afb. 164), 230-234 (afb. 19, 22, 25, 27, 33, 35, 37), 242 (afb. 64), 251 (afb. 100-101), 256-258 (afb. 2, 5, 6), 264 (afb. 1 ).
Catalogus tent. Het Portret door 35 Nederlandse fotografen, Amsterdam (Canon Photo Gallery) 1980, ongepag.
Wim lbo (tekst), Brieven aan jou. Een bundel herinneringen, Amsterdam/Antwerpen (Kosmos) 1980.
Keso Dekker (samenstelling), Hans van Manen + modern ballet in Nederland, Amsterdam (Bert Bakker) 1981, p. 40.
J.H. Schuilenga e.a. (red.), Honderd jaar telefoon. Geschiedenis van de openbare telefonie in Nederland 1881-1981, Den Haag (Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie) 1981, p. 246.
de Volkskrant 23 mei 1981.
Grafisch Nederland 1981.
Harry Mulisch, Symmetrie en andere verhalen, Utrecht (Knippenberg) 1982, omslag, p. 3, 19, 27, 35, 44 (serie: Bulkboek 11 (1982) 121).
Margriet (23 december 1983) 51, p. 4-7.
Sphere 1983-1991.
Piet Hein Honig (samenstelling), Acteurs- en kleinkunstenaarslexicon, Diepenveen/Heino (Acteurslexicon/Drukkerij Sono) 1984, p. 541.
Margriet (14-21 december 1984) 51, p. 16-21.
Annemarie Oster, Verder is er niet zoveel. Herinneringen aan mijn moeder, Amsterdam/Brussel (Thomas Rap) 1985, p. 156.
Guus Luijters (red.), Jan Cremer in beeld, Amsterdam (Loeb) 1985.
De Tijd 11 (31 mei 1985) 38, omslag.
Het Parool 2 november 1985.
Leon Clements en Ton de Vreede (samenstelling), Amnesty International 1961-1986. Lastpost van wereldformaat, Amsterdam (Amnesty International) 1986, p. 87-88.
Rinus Ferdinandusse, 24 Hours/Uur/Stunden Amsterdam. Photographed by Hans van den Bogaard, Ad van Denderen, Willem Diepraam, Bert Nienhuis, Eddy Posthuma de Boer, Han Singels, Amsterdam/Londen/Keulen (Meulenhoff/Landsdorff/Thames and Hudson/DuMont) 1986, p. 23, 30, 44, 64, 85, 91, 106-107, 116-117, 130.
Pierre Janssen, Het dagelijks leven. 100 jaar Albert Hein, Zaandam (Ahold) 1986.
Sabena Revu 1986-1991.
Coos Versteeg (tekst), Nederlands Dans Theater. Een revolutionaire geschiedenis, Amsterdam (Balans) 1987, p. 27-28, 30, 34.
Hans Aarsman, Denken is moeilijk, niet denken is moeilijker. Elf serieuze fotografen en de aanloopstrook, z.p. (Riba-pers) 1988.
J.J. Dankers en J. Verheul, Zekerheid in verandering. Nationale-Nederlanden 1963-1988, Maarssenbroek (Trendboek) 1988, p. 75.
Harm Botman (red.), Het beslissende moment. 150 jaar fotografie, in Panorama (22 juni 1989) 26, p. 23.
Jan Blokker (tekst), De kwadratuur van de kwatta reep. Zestig jaar Collectieve Propaganda voor het Nederlandse Boek, Amsterdam (Stichting CPNB) 1990, p. 131-132, 140, 144.
Spectrum Compact Studie Encyclopedie, Utrecht (Het Spectrum) 1990, [deel] 3, p. 845.
Spectrum Compact Studie Encyclopedie, Utrecht (Het Spectrum) 1990, [deel] 5, p. 1417.
ANWB Kampioen 105 (september 1990) 9, p. 16-19, 81.
Ken Wilkie (voorw.), Impossible flights, Amsterdam (in eigen beheer) 1991.
Ken Wilkie (tekst), Impossible flights. Lords of the wing, Amsterdam (Ostrich Press) 1991.
19NU 27 (maart 1991) 2.
[Uitnodigingskaart] Ferdi hortisculture, Enschede (Rijksmuseum Twente) 1992.
Willem F. Hermans (voorw.), Lezen en schrijvers. Foto’s van lezende schrijvers, Amsterdam (Penguin Books Netherlands) 1992, p. 54.
Elsevier 48 (juni 1992) 26/27, p. 85.
19NU 28 (juli 1992) 4, p. 2.
Sergio Derks ,Verleden tijd. Nederland in de jaren 1970-1990, Weesp (Roba BV) 1993.
Arnold Hitgrap, Coen Reidingk en Brett Tanner (tekst), Kwadraats groot literair lees kijk knutsel en doe vakantieboek, Utrecht (Kwadraat) 1993, p. 88.
Jan Vrijman e.a. (tekst), Groeneveld. Herinneringen aan een landhuis in Baarn 1946-1966, Amersfoort (Herman Molendijk Stichting/Centrum Beeldende Kunst) zj. [1993], p. 13, 31.
Catalogus tent. Leven in Nederland. Twintigjaar fotografie opdracht, Arnhem (Nederlands Openlucht Museum) 1994, p. 7-8.
Globe 1994-1995.
19NU 30 (juli 1994) 4, p. 23.
Annemarie Cottaar, Leo Lucassen en Wim Willems, Mensen van de reis. Woonwagenbewoners en zigeuners in Nederland (1868-1995), Zwolle (Waanders) 1995, p. 38, 67.
Lisa Kuitert en Mirjam Rotenstreich (samenstelling), De gevoelige plaat. Literair album, Amsterdam (Nijgh & Van Ditmar) 1995, p. 196, 233.
Hollands Licht (1995) 2, p. 22.
de Volkskrant 2 december 1995, Vervolg, p.7.
BNA Architecten 1996. Portfolio primitieve architectuur.
Youp van ‘t Hek (tekst), Dank U. Tweeënveertig foto’s betreffende dankbaarheid, Amsterdam (Thomas Rap) 1998, binnenzijden omslag.
Grasduinen 1998-1999.
Jaap van de Klomp (samenstelling), One night stand. Jazzconcerten in Nederland 1947-1967, Amsterdam (Windroos) 1999, p. 24, 41, 46, 71.
de Volkskrant 31 maart 1999, p. 13.
de Volkskrant 26 april 1999, p. 6.
Appelberichten (oktober/november/december 1999) 134.
de Volkskrant 21 oktober 1999.
Peter-Paul de Baar e.a., De Amstel, Amsterdam (Bas Lubberhuizen) 2002, p. 112, 127.
in Avenue 1967-1994, o.a.:
(november 1967) 11, p. 144-159.
(augustus 1968) 8, p. 48-61.
(september 1968) 9, p. 130-131.
(november 1968) 11, p. 98, 214, 222.
(maart 1969) 3, p. 88-101.
(juli 1969) 7, p. 56-69.
(mei 1970) 5, p. 58, 64.
(juni 1971) 6, p. 48.
(oktober 1971) 10, p. 59.
(mei 1972) 5, p. 24.
(juli 1972) 7, p. 46.
(april 1974) 4, p. 128.
(november 1974) 11, p. 174.
(februari 1975) 2, p. 94.
(maart 1975) 3, p. 126.
(mei 1975) 5, p. 31, 110.
(januari 1976) 1, p. 32.
(april 1976) 4, p. 191.
(juni 1976) 6, p. 86, 166.
(januari 1977) 1, p. 46, 54.
(februari 1977) 2, p. 88, 121.
(april 1977) 4, p. 193.
(juni 1977) 6, p. 94.
(juli 1977) 7, p. 30, 86.
(augustus 1977) 8, p. 116.
(oktober 1977) 10, p. 90.
(december 1977) 12, p. 21.
(mei 1978) 5, p. 203.
(juli 1978) 7, p. 7, 96.
(augustus 1978) 8, p. 74, 124.
(september 1978) 9, p. 182.
(oktober 1978) 10, p. 52.
(december 1978) 12, p. 261.
(januari 1979) 1, p. 34.
(februari 1979) 2, p. 23, 134.
(april 1979) 4, p. 8, 68.
(mei 1979) 5, p. 10.
(juni 1979) 6, p. 56, 163.
(juli 1979) 7, p. 8.
(augustus 1979) 8, p. 66.
(december 1979) 12, p. 112, 250.
(februari 1980) 2, p. 81.
(juni 1980) 6, p. 78, 163-165.
(augustus 1980) 8, omslag, p. 66, 86.
(oktober 1980) 10, p. 210.
(maart 1981) 3, p. 140.
(mei 1981) 5, p. 170.
(december 1981) 12, p. 48, 94, 139.
(september 1982) 9, p. 108.
(februari 1983) 2, p. 86-93.
(maart 1983) 3, p. 24-31.
(juli 1983) 7, p. 60-65.
(augustus 1983) 8, p. 16-17.
(september 1983) 9, p. 157, 159.
(oktober 1983) 10, p. 147, 153.
(november 1983) 11, p. 68.
(februari 1984) 2, p. 69-73.
(april 1984) 4, p. 91-93.
(augustus 1984) 8, p. 91-92.
(mei 1985) 5, p. 161.
(december 1985) 12, p. 200.
(juli 1986) 7, p. 66-77, 79, 81, 83.
(januari 1987) 1, p. 22-33.
(mei 1987) 5, p. 28-38.
(april 1988) 4, p. 22-31, 33, 37.
(januari 1989) 1, p. 21-34.
(december 1990) 12, p. 5051.
(juni 1991) 6, p. 94-105.
(juli 1991) 7, p. 81.
(juli 1992) 7.
(augustus 1992) 8, p. 17, 19-21, 24.
(januari 1994) 1, p. 70-80.
in Flying Dutchman:
3 (januari/februari 1984), 1, p. 42-45, 47.
4 (januari/februari 1985) 1, p. 47-50.
4 (maart/april 1985) 2, omslag, p. 12-19.
4 (mei/juni 1985) 3, p. 70-73, 75.
4 (september/oktober 1985) 5, p. 63-66.
10 (juni/juli 1991) 3, omslag, p. 14-23.
in Holland Herald 1979-1997 (frequent), 1998-heden (regelmatig), o.a.:
17 (1982) 2, p. 15, 33.
18 (1983) 5, omslag, p. 11
18 (1983) 6, p. 76.
18 (1983) 8, p. 42.
18 (1983) 11, p. 48.
19c (1984) 3, p. 15-18.
19 (1984) 5, omslag, p. 3, 20-21, 23-32.
19 (1984) 6, p. 70, 73.
19 (1984) 8, p. 27-29.
19 (1984) 10, omslag, p. 3, 22-27, 29, 31, 33, 35, 37-43, 45-49, 52-54, 57-59, 67.
19 (1984) 11, p. 55-57.
19(1984) 12, omslag, 14-15.
20 (april 1985) 4, p. 22-24, 56-59, 61.
20 (mei 1985) 5, p. 71, 80-81, 84.
20 (augustus 1985) 8, p. omslag, 14, 18-21, 24-25, 27.
Special edition for Holland Calling, z.j. [1986], p. 6, 10-12, 16-17.
21 (januari 1986) 1, p. 26, 30-31, 36, 38, 40, 42-43.
21 (oktober 1986) 10, p. 44-47, 49, 52-55, 57, 63-64.
22 (april 1987) 4, omslag, p. 12, 20-24, 26, 30, 32, 34.
23 (februari 1988) 2, p. 16-19.
24 (maart 1989) 3, special travel supplement, p. 2-4, 6-9, 11, 13-14.
24 (mei 1989) 5,p. 5, 21-22, 32-35, 37, 39, 41, 44.
24 (juni 1989) 6.
24 (september 1989) 9, p. 5, 43.
24 (december 1989) 12, special travel supplement, p. 3, 7, 11, 18, 20-21, 23, 25, 29, 31-35, 37.
25 (juni 1990) 6, p. 52-56, 58, 62-63.
26 (november 1991) 11, p. 3, 39.
in Vrij Nederland:
1 april 1980.
14 juni 1980.
28 juni 1980.
5 juli 1980.
21 januari 1981.
51 (14 april 1990).
In Zero:
2 (december 1980) 8, p. 20-21.
3 (april 1981) 2,p. 41.
3 (september 1981) 5, p. 89.
4 (september 1982) 5, p. 90, 92-93.
4 (winter 1982) 8, p. 10, 34, 36-37.
Secundaire bibliografie
{publicaties over de fotograaf)
J.J.H., Eddy Posthuma de Boer en Dick de Herder exposeren in “De Groene Kalebas” […], in Foto 8 (juli 1953) 7, p. 175.
L. v. Bn., Dick de Herder en Eddy Posthuma de Boer exposeerden te Amsterdam, in Foto 9 (juni 1954) 6, p. 162-163.
Peter Hunter, The GKf. A federation of photographers in Amsterdam, in Pholography 13 (oktober 1958) 10.
Anoniem, Wie wat waar, in Taboe z.j. [1961] [2], p. 8-9 [integrale heruitgave Twen/Taboe, Amsterdam (Peter van der Velden) 1981].
Kl., Tot 15 september fototentoonstelling van Eddy Posthuma de Boer te Hilversum, in Foto 16 (augustus 1961) 8, p. 420-423 (met foto’s).
Hille Kleinstra, Naar aanleiding van de tentoonstelling van Eddy Posthuma de Boer: een seconde is veel te lang, in Foto 17 (januari 1962) 1, p. 33-37 ( met foto’s).
Kl., Eddy Posthuma de Boer verzorgde enkele portretten van automobielen, in Foto 19 (september 1964) 9, p. 406-407 (met foto’s).
JvT, Eddy Posthuma de Boer: tegen mooikiekerij, in Vrij Nederland 8 augustus 1965.
P.L. van der Vliet, Een fotograaf in de Bonte Storm. Eddy Posthuma de Boer kiekte carnaval, in de Volkskrant 11 november 1967 (met foto’s).
Wiel, De foto’s van Eddy Posthuma, in De Gelderlander 24 februari 1968.
Anoniem, De achter-krant. Gekke Eddie, in De Nieuwe Linie 6 april 1968.
Jacques Meijer, Eddy Posthuma de Boer, in Fototribune 32 (maart 1970) 3, p. 20-31 (met foto’s).
Volkward E. Strauss, Eddy Posthuma de Boer, in Bild der Zeit (februari 1972) 2, p. 117-123 (met foto’s).
Willem K. Coumans, Eddy Posthuma de Boer en de oude schoenlapper op de hoek, in Foto 27 (februari 1972) 2, p. 28-33 (met foto’s).
Anoniem, Eén tegelijk en niet dringen s.v.p., in Vrij Nederland 19 februari 1972.
Anoniem, Jeugdtheater tussen bloemen. Holland Festival legt ‘koekoeksei’ op Floriade in Amsterdam, in Het Parool 1 juni 1972, p. 13.
Marja Roscam Abbing, De Eddy Posthuma de Boerstraat, in NRC Handelsblad 13 juli 1973.
Bas Roodnat, Het portret (3) waar Eddy Posthuma de Boer het eerst aan dacht, in NRC Handelsblad 7 juli 1976.
Catalogus tent. Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire fotoopdrachten 1971-1976, Amsterdam (Amsterdams Historisch Museum) 1977, ongepag.
Olivier Vrooland, Werkloosheid in Nederland. Tentoonstelling in Rijksmuseum in Foto 32 (september 1977) 9, p. 28-31.
Anoniem, [tentoonstelling Werkloosheid in Nederland nu], in Brabants Nieuwsblad 15 september 1977.
Piet van der Vliet, Eresaluut aan de fotografie, in de Volkskrant 1 november 1977.
Arjen Ronner, Werkloosheid in Nederland [ingezonden brief], in Foto 32 (december 1977) 12, p. 66.
Els Barents (red.), Fotografie in Nederland 1940-1975, Den Haag (Staatsuitgeverij) 1978, p. 71, losse biografie.
Anoniem, Post colonial photographs, in Reflexions 2 (augustus 1978) 8, omslag, p. 2-3.
Anoniem, Canon Gallery, in Foto 33 (september 1978) 9, p. 30.
Bas Roodnat, E. Posthuma de Boer toont foto’s uit koloniën van vroeger, in NRC Handelsblad 1 september 1978.
Anoniem, Postkoloniale foto’s in Canon Gallery, in de Volkskrant 9 september 1978.
Peter Dekkers, Vijftien Nederlandse fotografen exposeren. Canon Photo Gallery viert vijfjarig bestaan, in Trouw 27 maart 1979.
Aad Flapper, Te veel missers op fototentoonstelling, in Het Parool 19 juli 1979.
Lorenzo Merlo, New Dutch photography/Hedendaagse fotografie in Nederland. New Dutch Photography, Amsterdam/Antwerpen (Kosmos) 1980, p. 5, 7-8, 84-87.
Max Pam. Het moment. Eddy Posthuma de Boer. Foto’s met commentaar, genoteerd door Max Pam, in De Revisor 7 (1980) 3, p. 36-43.
Catalogus tent. De stad in zwart/wit. 5 Jaar Amsterdamse dokumentaire fotoopdrachten, Amsterdam (Museum Fodor) 1981, omslag, p. 11, 16, 22, 33,
35 (Skrien (juni 1981) 108, bijlage).
Marleen Kox, Verslag onderzoek fotoarchieven. (Samengesteld in opdracht van de Stichting Nederlands Foto-Archief), Amsterdam, juli 1981.
Emile Meijer, Tien in tweevoud, in Avenue (augustus 1981) 8, p. 50-57 (met foto’s).
Cor Jansma, De onmogelijke landschappen van Eddy Posthuma de Boer, in Avenue (november 1982) 11, p. 74-77 (met foto’s).
Catalogus tent. Zien en gezien worden. Fotografische zelfbespiegeling in Nederland van ca. 1840 tot heden, Nijmegen (Nijmeegs Museum ‘Commanderie van Sint-Jan’) 1983, p. 91-92.
Fred Jansz, Eddy Posthuma de Boer. De fotograaf is een onmisbare getuige van maatschappelijke veranderingen, in Foto 38 (augustus 1983) 8, p. 22-29 (met foto’s).
Catalogus Fotobiennale Enschede. Amerikaanse en Nederlandse fotografie, Enschede (Stichting Fotobiennale Enschede) 1984, p. 52,62-63.
Dick van de Pol (red.), Foto in vorm, Grafisch Nederland 1984, p. 15, 35.
Herman Post en Gerard Groen, Eddy Posthuma de Boer: ‘Wat je fotografeert dat ben je zelf’, in Studio (4-10 februari 1984) 5, p. 6-7, 36 (met foto’s).
Max van Rooy, Eddy Posthuma de Boer: ‘Wat wijn betreft heb ik geen ambities meer’, in NRC Handelsblad 25 augustus 1984.
Ben Haveman, Het Heilig Moeten van Eddy P., wereldfotograaf, in de Volkskrant 15 september 1984, Het Vervolg, p. 5.
Bas Roodnat, De beroepsgeheimen van een fotograaf. De collectie Eddy Posthuma de Boer, in NRC Handelsblad 21 september 1984, Cultureel Supplement, p. 2.
Remco Campert (inl.), Amsterdam 1950-1959 20 fotografen, Amsterdam (Fragment) 1985.
Catalogus tent. Foto ’86, Amsterdam (Staatsuitgeverij) 1986, p. 148.
Tineke Luijendijk en Louis Zweers, Parlementaire fotografie … van Colijn tot Lubbers, Den Haag (Staatsuitgeverij) 1987, p. 46-47, 56, 58-61, 70 (met foto’s).
Joop Swart, Picture story. Eddy Posthuma de Boer, in P/F-Professionele Fotografie (1987) 6, p. 59-66 (met foto’s).
Mattie Boom, Frans van Burkom en Jenny Smets (red.), Foto in omslag. Het Nederlandse documentaire fotoboek na 1945/Photography between covers. The Dutch documentary photobook after 1945, Amsterdam (Fragment) 1989, p. 35-36.
Adriaan Monshouwer en Joop Swart (hoofdred.), De wereld van de KLM in 24 uur, Amstelveen (Koninklijke Luchtvaart Maatschappij) 1989, p. 92-93, 96-99, 252, 259 (met foto’s).
Ken Wilkie, HH editor’s letter, in Holland Herald 24 (mei 1989) 5, p. 3.
Penny Fisher and Roderic Leigh, What makes them click?, in Holland Herald 24 (september 1989) 9, p. 17-27.
Catalogus tent. Op reportage. 25 jaar Avenue-reisfotografie, Amsterdam/Den Haag (Focus/SDU) 1990, p. 12, 16, 22, 26, 35, 63, 96 (met foto’s).
Ingeborg Leijerzapf e.a. (tekst), Het beslissende beeld. Hoogtepunten uit de Nederlandse fotografie van de 20e eeuw/The Decisive image. Dutch Photography from the 20th Century, Amsterdam (BIS) 1991, p. 95, 206.
Christian Oerlemans (tekst), En toen ging er een lampje branden… Het beste uit 25 jaar Nederlandse reclame en grafische vormgeving, Amsterdam (Stichting Art Directors Club Nederland 25 jaar) 1991, ongepag.
Daniël Koning en Willem Kuipers, In de omgang met dieren zitten alle stemmingen, in de Volkskrant 25 april 1992.
Anneke van Veen (red.), Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1972-1991 /Foto’s voor de stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1989-1991, Amsterdam (Gemeentearchief Amsterdam) 1992, ongepag., nr. 036, 042, 057.
Johan M. Swinnen, De paradox van de fotografie. Een kritische geschiedenis, z.p. (Hadewijch/Cantecleer) 1992, p. 183.
Catalogus International Photo-auction Amsterdam 1993. Sunday, 21 February 1993, Amsterdam (Canon Image Centre) 1993, ongepag., lot 169-171.
Veilingcatalogus. Dutch and Flemish Vintage Photographs 1860-1992. Glerum Auctioneers 23 mei 1993, Den Haag (Glerum) 193, lot 125.
Willem Ellenbroek, Opland 65 jaar oud en nog immer ‘een kind van zijn tijd’, in de Volkskrant 17 juli 1993.
Anoniem, Album Amstel. Leven op twee oevers. Foto’s Eddy en Tessa Posthuma de Boer, in Vrij Nederland 24-juli 1993, p. 44-50 (met foto’s).
Michel Maas, Niks om zelfs maar biologisch dynamisch van wakker te liggen, in de Volkskrant 20 mei 1994.
Bianca Stigter (inl.), Stilstaande beelden. Ondergang en opkomst van de fotografie, Amsterdam (Boekmanstudies/Van Gennep) 1995, p. 152, 154 (serie: Boekmanstudies. Kunst en beleid in Nederland 7).
Hugo Camps, ‘Ik ben betrokken bij het wel en wee van de wereld’. Het geweten van fotogaaf Eddy Posthuma de Boer, in Elsevier 52 (4 mei 1996) 18, p. 52-54.
Joyce Roodnat, Een papieren zak met benen. Aartsverteller Eddy Posthuma de Boer en zijn foto’s, in NRC Handelsblad 28 juni 1996, Cultureel supplement, p. 1.
Mirjam Keunen, Posthuma de Boer kijkt naar gewone mensen, in Algemeen Dagblad 5 juli 1996.
Willem Ellenbroek, Abcessen van macht en verwaandheid zichtbaar gemaakt. Eddy Posthuma de Boer fotografeert met zijn geweten, in de Volkskrant 6 juli 1996, Folio.
Eddie Marsman, Fotograferen met het geweten, in Leeuwarder Courant 6 december 1996.
Anoniem, (kort bericht over Kees Scherer Prijs, in de Volkskrant 28 februari 1997.
Anoniem, Posthuma de Boer in Comenius, in Leidsch Dagblad 7 mei 1997.
Mirelle Thijsen, Beelden als scherven in je ziel, in Het Financieele Dagblad 10 en 12 mei 1997, Kunstkroniek, p. 11.
Johan van der Keuken e.a. (tekst), Aventures d’un regard: films, photos, textes, z.j. [Parijs] (Cahiers du Cinéma) 1998, p. 94-95, 188.
Annejet van der Zijl, Jagtlust. Hoe in een Goois buitenhuis de wereld openging, Amsterdam (Meulenhoff) 1998, p. 51, 56, 60, 62, 104, 150, 159-160 (met foto’s) (serie: Meulenhoff editie 1691).
Anoniem, De verschillen tussen vader en dochter, in De Journalist 4 (1999) 17, p. 30-31.
Alexandra Besuijen, Met hart en ziel, in HP/De Tijd 11 (14 juli 2000) 28, p. 98-103 (met foto’s).
Kees Schaepman, De kleine wereld van Eddy Posthuma de Boer, in Vice Versa 35 (2001) 1, p. 21-28 (met foto’s).
Mirelle Thijsen, Het bedrijfsfotoboek 1945-1965. Professionalisering van fotografen in Nederland, Rotterdam (Uitgeverij 010) 2002, p. 40, 48, 50-52, 110, 113-115, 132, 163, 201, 208-209, 282 (serie: Beeldcultuur in Nederland 1).
Wim van Sinderen (red.), Fotografen in Nederland. Een anthologie 1852-2002, Amsterdam/Gent/Den Haag (Ludion/Fotomuseum Den Haag), 2002, p. 312-313.
Rosan Hollak, Verschoppelingen, in NRC Handelsblad M juni 2002, omslag, p. 38-50 (met foto’s).
Ilse van der Velden, De fotograaf als kunstenaar, in VPRO Gids (1 juni-7 juni 2002) 22, p. 18-19.
Anoniem, Kritiek uit Kenia op kinderfoto’s Posthuma de Boer, in NRC Handelsblad 18 juni 2002.
Anoniem, Weeshuis Kenia boos over foto’s, in de Volkskrant 18 juni 2002.
Lidmaatschap
GKf, 1957-ca. 1965.
Onderscheidingen
1968 Prix de Joke voor het boek Carnaval.
1968 Onderscheiding toegekend door de Art Directors Club Nederland, categorie Advertenties aan ontwerpen met fotobijdrage van Eddy Posthuma de Boer (opdrachtgever Amro Bank).
1972 Lucas Oomsprijs, in de categorie ‘visuele journalistiek’.
1997 Kees Scherer Prijs.
Tentoonstellingen
1951/1952 (g) Amsterdam, Arti et Amicitiae, Dertiende Nationale Kerstsalon van Fotografische Kunst (AAFV).
1952/1953 (g) Amsterdam, Arti et Amicitiae, Veertiende Nationale Kerstsalon van Fotografische Kunst (AAFV).
1953 (g) Amsterdam, De Groene Kalebas, Eddy Posthuma de Boer en Dirk de Herder.
1954 (g) Amsterdam, La maison du chat-qui-pelote, Dirk de Herder en Eddy Posthuma de Boer. Parijs, Stockholm en Amsterdam.
1958 (g) Leiden, Prentenkabinet van de Rijksuniversiteit Leiden, Foto’s GKf.
1961 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Dag Amsterdam.
1961 (g) Breda, De Beyerd, [Johan van der Keuken en Eddy Posthuma de Boer].
1961 (e) Hilversum, Steendrukkerij De Jong & Co., Man in Moskou. Foto’s van Eddy Posthuma de Boer.
1962 (e) Schiedam, Stedelijk Museum, Een seconde is veel te lang.
1968 (g) Den Bosch, De Moriaan, Eddy Posthuma de Boer. Foto ‘s van Carnaval.
1968 (g) Hamburg, 2. Weltausstellung der Photographie. Die Frau (reizende tentoonstelling: o.a. Amsterdam, Stedelijk Museum; Breda, De Beijerd Cultureel Centrum; Delft, Stedelijk Museum Het Prinsenhof; Eindhoven, Stedelijk Van Abbemuseum; Hilversum, Goois Museum; Schiedam, Stedelijk Museum; Zwolle, Bethlehem Kerk).
1971 (g) Leeuwarden, Fries Museum, De Vrouw.
1972 (g) Amsterdam, [tentoonstelling i.k.v. manifestatie Kind en leefmilieu] (Holland Festival).
1972 (g) Amsterdam, Kind en leefmilieu (Floriade).
1976 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum.
1977 (g) Amsterdam, Amsterdams Historisch Museum, Foto’s voor de stad.
1977 (g) Schrijven met licht (rondreizende diapresentatie).
1977 (g) Amsterdam, Rijksmuseum, Werkloosheid in Nederland nu [foto’s van Eddy Posthuma de Boer en Bert Nienhuis, resultaat van de Foto-opdracht 1975 van de afd. Nederlandse geschiedenis].
1978 (e) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Post Colonial Photographs.
1978/1979 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Fotografie in Nederland 1940-1975.
1979 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, [jubileumtentoonstelling].
1979 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Nederlands Landschap.
1979 (e) Luik, Image. Galerie de Photographies, Eddy Posthuma de Boer.
1980 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Het Portret.
1980 (e) Rotterdam, Perspektief, [postkoloniale fotografie van Eddy Posthuma de Boer].
1981 (g) Amsterdam, Museum Fodor, De stad in zwart/wit. Vijf jaar Amsterdamse dokumentaire foto-opdrachten.
1983/1984 (g) Nijmegen, Nijmeegs Museum ‘Commanderie van Sint-Jan’, Zien en gezien worden. Fotografische zelfbespiegeling in Nederland van ca. 1840 tot heden.
1984 (g) Enschede, Fotobiennale Enschede.
1884 (e) Amsterdam, Canon Photo Gallery, [foto’s uit het boek Beeld in zicht].
1985 (g) Amsterdam, Gemeentearchief, Amsterdam 1950-1959 20 fotografen.
1986 (g) Amsterdam, Focus on Photography, 24 Uur Amsterdam.
1987 (g) Den Haag, Haags Historisch Museum, Parlementaire fotografie… van Colijn tot Lubbers.
1990-1991 (g) Amsterdam, Canon Image Centre, Op reportage. 25 jaar Avenue-reisfotografie.
1991 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, Het beslissende beeld. Hoogtepunten uit de Nederlandse fotografie van de 20e eeuw.
1992 (g) Amsterdam, Museum Fodor, Foto ‘s voor de Stad. Amsterdamse documentaire foto-opdrachten 1972-1991.
1993 (g) Amsterdam, Cinetol, [foto’s van Eddy en Tessa Posthuma de Boer].
1993 (g) Naarden, [buitententoonstelling op vestingwallen), Fotofestival Naarden.
1994 (g) Arnhem, Nederlands Openluchtmuseum, Leven in Nederland. Twintig jaar fotografie in opdracht.
1995 (g) Amsterdam, Amsterdams Centrum voor Fotografie, De GKf fotografeert de jaren ’50.
1995 (g) Amsterdam, Galerie De Opsteker/Dorpskerk Durgerdam, Muziek in Kinshasa.
1996 (e) Amsterdam, Pro Picture/Pro Used, Amsterdam, stad van mijn bed.
1996 (e) Breda, De Beyerd, Voor het oog van de wereld, een keuze uit de foto’s van Eddy Posthuma de Boer.
1997 (e) Naarden, Comeniusmuseum, (FotoFestival Naarden).
1998 (e) Amsterdam, Galerie Weesperzijde 30, Het geluk van de alledaagsheid.
1999 (g) Amsterdam, Arti et Amicitiae, Foto.
2001 (g) Amsterdam, ABC Treehouse Gallery, 35 Fotografen van de Amsterdamse Fotografenavond.
2002 (g) Amsterdam, Huis Marseille, Twee fotografen, twee visies.
2002 (g) Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, Het Nederlandse bedrijfsfotoboek 1945-1965.
Radioprogramma’s
1995 (9 november) Een leven lang. Radio-interview met Petra van Hulsen (NPS).
1996 (30 september) Boven het Dal. Radio-interview (Humanistische Omroep Stichting).
2002/2003 (g) Den Haag, Fotomuseum Den Haag, Fotografen in Nederland 1852-2002.
Televisieprogramma’s
1984 (4 februari) De Bron (onderdeel: Met de rug naar de Gouden Koets) (RVU-Educatieve omroep).
2001 (1 juni) Hollands zicht. Documentaireserie over belangwekkende Nederlandse fotografen. Aflevering 1. Eddy Posthuma de Boer (AVRO).
Bronnen
Amsterdam, Eddy Posthuma de Boer
Leiden, Studie en Documentatie Centrum voor Fotografie, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden.
Leusden, Jan Wingender (collectie nederlands fotoboek).
Collecties
Amsterdam, Gemeentearchief.
Amsterdam, Stedelijk Museum.
Haarlem, Spaarnestad Fotoarchief.
Leiden, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden.
Velsen, Gemeentelijke Archiefdienst Velsen.
Auteursrechten
De auteursrechten op het fotografisch oeuvre van Eddy Posthuma de Boer berusten bij Eddy Posthuma de Boer te Amsterdam.