Wim (W.L.) Berssenbrugge
Johan Degewij
Extract
Wim Berssenbrugge is bekend geworden als deskundige op het gebied van stereofotografie en als reisfotograaf. Minder bekend is dat hij in de hongerwinter van 1944-1945 fotografeerde voor de spionagegroep van Freek Vlag. Direct na de oorlog verzorgde hij voor de KLM stereoprojecties over exotische reisbestemmingen en maakte hij foto’s voor een viertal boeken die in grote oplagen door Douwe Egberts werden uitgegeven. Daarna heeft Berssenbrugge zich, voornamelijk als freelance fotograaf maar ook enige tijd als vertegenwoordiger, bezig gehouden met commerciële toepassingen van reis- en stereofotografie. Hij heeft bovendien enkele uitvindingen op zijn naam staan.
Biografie
1918 |
Willem Lodewijk (Wim) Berssenbrugge wordt op 22 juni geboren te Rotterdam als zoon van Heinrich Joseph Ludwig (Louis) Berssenbrugge, eigenaar van een confectieatelier en later handelaar in manufacturen, geboren te Rotterdam op 29 maart 1876, en Francisca Maria Helena Anette Bloemen, geboren te Rotterdam op 23 april 1887. Hij heeft een zuster Lisette (1916). Zijn vader, het derde kind van het gezin Berssenbrügge-Warnken, waarvan het eerste kind de fotograaf Henri Berssenbrugge is, heeft zijn kinderen bij de burgerlijke stand als Berssenbrugge zonder Umlaut aangegeven. |
1919 |
Wims moeder overlijdt op 18 januari aan de Spaanse griep. |
1921 |
Zijn vader hertrouwt op 9 april in Tilburg met Johanna Martina (Jo) Arts, geboren op 12 juli 1888 in Tilburg. |
1922 |
Het gezin verhuist op 17 juli naar de Gentschestraat 90 (later genoemd Gentsestraat) in Scheveningen. |
1923 |
Wims halfbroer Louis Henri (Louk) wordt geboren. |
1925 |
Wims tweede halfbroer Henricus Johannes Maria (Hans) wordt geboren. |
1926 |
Zijn derde halfbroer Johannes Antonius Maria (Jan) wordt geboren. |
1938 |
Tijdens zijn middelbare schooltijd adverteert Wim Berssenbrugge voor zijn kleine bedrijfje aan huis: FIX FILM Film en Foto techniek Laboratorium. Hij noemt zichzelf technisch bedrijfsleider W. Berssenbrugge. |
1939 |
Hij behaalt het eindexamen HBS-B aan het katholieke Aloysiuscollege in Den Haag en het diploma Handelskennis van de Arnhemse school voor schriftelijk onderwijs. Hij begint met het schrijven van artikelen voor het tijdschrift Focus. |
1940 |
Berssenbrugge werkt bij fotohandel Hans Nieuwenhuis in de Van Hoytemastraat 53 te Den Haag en ontwerpt het prototype van een Leica tandemstereocamera. Tijdens het bombardement van Rotterdam, kort na het uitbreken van de oorlog in mei, brandt de manufacturenzaak van zijn vader af. |
1941 |
Hij werkt als laborant bij de N.V. van Leer Optische Industrie te Delft. |
1942-‘45 |
Tot oktober 1945 werkt hij als laborant bij N.V. Optische Industrie Oude Delft te Delft. |
1943 |
Het gezin Berssenbrugge wordt op 28 juli geëvacueerd en gaat aan de Laan van Meerdervoort nummer 27 wonen. De achtertuin grenst aan het neutrale gebied van het Vredespaleis. |
1944 |
In december raakt Berssenbrugge betrokken bij spionageactiviteiten van de verzetsgroep ‘G’, ook wel genoemd M.I.D.-groep, en krijgt documenten aangeleverd om fotografisch te reproduceren. Ook fotografeert hij V2-lanceringen en een wagen met vloeibare brandstof voor de raketten. De opnamen worden als microfoto’s afgedrukt: 105 negatieven op een 12×16 inch afdrukpapier en in luciferdoosjes, in zeepblokjes en in andere onschuldige artikelen naar Londen gesmokkeld. |
1945 |
Op 20 december keert het gezin terug naar de Gentschestraat 90 in Scheveningen. |
Berssenbrugges boek De natuurgetrouwe stereoscopische afbeelding. Een nieuw licht op enkele fundamentele problemen, betreffende driedimensionale fotografie en film komt uit bij uitgeverij H.L.Smit & Zn. in Hengelo. |
|
1946 |
Wim Berssenbrugge wordt op 20 augustus fotograaf bij de afdeling publiciteit van de KLM. |
1947 |
Op 1 september zegt hij zijn betrekking bij de KLM op en wordt freelance fotograaf. |
1948 |
Het boek Kleurenvlucht, waarvoor de meeste foto’s door Berssenbrugge zijn gemaakt, komt uit bij Douwe Egberts N.V. in Joure. |
1949 |
Het boek Naar de tropen met foto’s van Berssenbrugge komt uit bij Douwe Egberts N.V. in Joure. |
1950 |
Vader Louis Berssenbrugge sterft op 13 juni aan een hartstilstand. |
1951 |
Het boek Bali in kleuren komt uit bij Douwe Egberts N.V. in Joure. Wim Berssenbrugge heeft hiervoor alle foto’s gemaakt. |
1952 |
Het boek “Naar de West” met foto’s van Berssenbrugge komt uit bij Douwe Egberts N.V. in Joure. |
1954 |
Wim Berssenbrugge trouwt op 26 augustus met Trees Driessen (geboren in 1924). |
1955 |
Berssenbrugge gaat werken bij de View-Master fabriek in België, de Europese vestiging van het Amerikaanse bedrijf Sawyer’s. Hij wordt er ‘director of photography’. |
Het echtpaar Berssenbrugge-Driessen brengt vanaf 1955 jaarlijks de zomers door in de caravan in het noorden van Europa om foto’s te maken. Ook reizen zij de wereld over om landschappen en mensen in exotische plaatsen te fotograferen. |
|
1966 |
Berssenbrugge beëindigt zijn dienstverband bij View-Master en betrekt weer zijn woning in Scheveningen. Hij blijft veel freelance werk voor de KLM en voor View-Master doen. Hij wordt Nederlands vertegenwoordiger voor de Amerikaanse firma Xograph. |
jaren ‘80 |
Door de recessie vermindert Berssenbrugges inkomen sterk. |
1988 |
Zijn stiefmoeder, Jo Arts, overlijdt op 8 oktober in Scheveningen. |
1993 |
Zijn halfbroer Jan overlijdt op 10 januari in Scheveningen. |
1997 |
Zijn halfbroer Louk overlijdt op 26 februari in Voorburg. |
1999 |
In maart krijgt Wim Berssenbrugge een attaque en wordt bedlegerig. |
Beschouwing
Wim Berssenbrugge, door familie en vrienden Wil genoemd, is een beminnelijke en nuchtere persoon. Zijn grote technische aanleg heeft hij aangewend om problemen energiek en vasthoudend tot de bodem uit te diepen en zo is hij tot diverse uitvindingen gekomen. Daarbij nam hij meestal weinig van anderen aan. Hij beschikte over voldoende zakelijk instinct om zijn leven lang als freelance fotograaf en als vertegenwoordiger van Xograph een goed inkomen te verkrijgen. Met gepassioneerdheid fotografeerde hij op zijn vele reizen. Hij wilde vooral “technisch mooie plaatjes” maken waarbij het landschap en de mens daarin nadrukkelijk op de beschouwer overkomen. Dieperliggende sociologische aspecten achter zijn foto’s interesseerden hem minder.
Wim Berssenbrugge groeide op in een middenstandersmilieu in Scheveningen. Een jaar na zijn geboorte overleed zijn moeder en op zijn derde jaar hertrouwde vader met Jo Arts. Wim kreeg met haar een hechte moederband. Met zijn vader had hij een moeilijke relatie. In zijn jeugd kreeg Wim door een ongeval een kwetsuur aan zijn heup, waaraan hij in Leiden werd geopereerd. Met deze handicap sukkelde hij vele jaren. Hoewel hij door ziekte vele lessen heeft moeten missen, behaalde hij in 1939 toch zijn HBS-B diploma.
Als kind al toonde Wim Berssenbrugge zijn technische aanleg, bijvoorbeeld door mechanisch bewegende apparaten te maken en een grammofoonplatenspeler om te bouwen tot een opnameapparaat (om muziek in de plaat te graveren). Op jonge leeftijd raakte hij al geïnteresseerd in fotograferen, onder meer door de foto’s van zijn oom, de toen reeds bekende fotograaf Henri Berssenbrugge. Deze vond hem teveel in techniek geïnteresseerd en zag dat als een belemmering om een groot fotograaf te worden. Tijdens zijn middelbare schoolopleiding op het Aloysiuscollege kreeg Wim Berssenbrugge natuurkundeles van dr. J.J.M. van Santen met wie hij vele discussies over stereofotografie voerde. Hieruit groeide een levenslange vriendschappelijke band. Berssenbrugge werkte een jaar bij de manufacturenwinkel van zijn vader in Rotterdam en kocht van zijn inkomen een fototoestel. Hij moest bij klanten langs gaan, maar kwam daar vaak niet opdagen omdat hij schepen op de Maas aan het fotograferen was. Zijn vader liet hem bij de fotozaak van Hans Nieuwenhuis in de Van Hoytemastraat in Den Haag werken. Berssenbrugge maakte daar pasfoto’s voor persoonsbewijzen en repareerde fototoestellen. In het begin van de bezettingstijd werkte hij als fotolaborant korte tijd bij de N.V. van Leer Optische Industrie Delft en tussen 1942 en 1945 bij de N.V. Optische Industrie Oude Delft in Delft. In deze omgeving leerde hij veel over optiek.
Mede dankzij zijn natuurkundedocent dr. J.J.M. van Santen raakte Wim Berssenbrugge gefascineerd door de stereofotografïe. Hij experimenteerde aan het eind van de jaren dertig met de ‘anaglyphen’- methode, waarbij twee stereobeelden, respectievelijk rood en groen gekleurd, iets verschoven over elkaar op één foto werden afgedrukt. Door een bril waarin filters zijn gemonteerd die de kleuren rood en groen doorlaten, ziet men dan een stereobeeld. Bij projectie kan men met twee projectoren beide beelden over elkaar projecteren. Berssenbrugge was ontevreden over het resultaat omdat de kleurenfilters niet goed genoeg waren en het onderwerp grijs moest zijn. Daarom koos hij voor een methode waarbij polarisatiefilters in de bril of voor de twee projectoren werden geplaatst. In maart 1940 kwam hij in contact met generaal-majoor L.E.W. van Albada, deskundige op het gebied van de stereofotografie, die bij de Haagsche Amateur Fotografen Vereniging een voordracht met stereoprojectie gaf. Berssenbrugge bood enige zelfgemaakte stereodia’s aan die van Albada dankbaar gebruikte. Tussen hen ontstond een uitvoerige correspondentie tot september 1942. Van Albada, in principe theoreticus, was gefascineerd door de praktische aanpak van Berssenbrugge. Hij beschouwde hem als een nieuwe autoriteit op stereogebied in Nederland en stimuleerde hem waar hij kon. Berssenbrugge publiceerde in de jaren daarna met grote regelmaat over dit onderwerp.
Aan het eind van de jaren dertig kreeg Berssenbrugge behoefte om sneller stereofoto’s te kunnen maken en overdacht de mogelijkheden van het koppelen van zijn Leica camera aan een tweede exemplaar. Voor stereofotografie van bewegende objecten is het noodzakelijk om bij de opname de twee camera’s tegelijkertijd te kunnen bedienen. Samen met instrumentmaker Wismeijer in Leiden maakte hij in 1940 en 1941 gedetailleerde tekeningen om een octrooi te kunnen aanvragen. De twee Leica’s werden aan elkaar verbonden, beide sluiters werden tegelijk bediend en de objectieven en afstandmeters konden worden gekoppeld. In 1941 bezocht Berssenbrugge de Leitz fabriek in Wetzlar om over zijn octrooi te onderhandelen met Dr. Paul Wolff. Het Nederlands octrooi voor zijn ‘Inrichting voor het vereenigen van twee camera’s’ werd op 15 februari 1944 verleend onder nummer 56651. Berssenbrugge noemde zijn vinding ‘Leica tandem’. In 1949 werd onder nummer 853259 bij de Leitz fabriek een Duits octrooi verleend. In 1950 werd onder nummer 2529905 een Amerikaans octrooi verleend, waarbij Berssenbrugge een afkoopbedrag ontving. Een uitvoerig artikel over de camera werd in 1949 in het Amerikaanse blad Leica photography gepubliceerd, waarin deze als leverbare camera werd gepresenteerd. Volgens Berssenbrugge is deze camera echter nimmer geproduceerd.
Bij stereoprojecties is het handig om met een verlichte pijlaanwijzer een pijl in de ruimte te kunnen positioneren. Berssenbrugge ontwierp een kleine handprojector met daarin twee dia’s met afbeeldingen van dezelfde pijl. De twee beelden van de pijl werden of door gekruiste polarisatiefilters of door kleurfilters met complementaire kleuren in de ruimte geprojecteerd. Door het verschuiven van de twee pijldia’s kon de schijnbare afstand tussen waarnemer en beeld van de pijl in de ruimte worden gevarieerd, hetgeen bij stereofotografie een goed effect gaf. Op 7 november 1950 verkreeg Berssenbrugge een Amerikaans octrooi op deze vinding onder nummer 2528681.
Berssenbrugge heeft vooral in de jaren veertig diverse artikelen in Focus, Foto en in het Nederlands Jaarboek voor de Fotokunst gepubliceerd. Vanuit zakelijke overwegingen heeft hij er waarschijnlijk al in zijn functies bij de Optische Industrie Oude Delft en bij de KLM naar gestreefd om met zijn publicaties bekendheid te krijgen, daarmee anticiperend op een toekomst als freelance fotograaf. Zijn eerste artikel ging over een ‘kleurenkiekkijkkast’ en verscheen in Focus in 1939. In de oorlog publiceerde hij over stereofotografie en -projectie in het Nederlands Jaarboek voor de Fotokunst. Hierin behandelde hij het gehele vakgebied, met de gemiddelde amateur als doelgroep.
In de laatste jaren van de bezettingstijd voltooide hij zijn boek over De natuurgetrouwe stereoscopische afbeelding. Het kwam in 1945 uit bij H.L. Smit & Zn. in Hengelo. Hij weerlegde in dit boek empirische waarden voor de afstand tussen de twee camera’s en de wijze van kadrering, zoals gedicteerd door enkele Duitse stereofotografen. Hij verkoos het gebruik van transparante maskers bij de twee stereobeelden om een prettig aflopend kader bij het resulterende stereobeeld te verkrijgen. De resultaten zoals gegeven in dit boek werden door Berssenbrugge ook uitvoerig gepubliceerd in buitenlandse bladen, zoals American Photography en The Britisch Journal of Photography. Hij vatte zijn ideeën in 1946 samen in een overzichtsartikel ‘European progress in stereoscopy’ in American Photography. Hij schreef hetzelfde jaar in de eerste jaargang van Foto enige educatieve artikelen voor de amateurfotograaf over het fotograferen van theater- en circusvoorstellingen en over het zelf ontwikkelen van ANSCO diafilm. In 1971 verzorgde hij de rubriek stereofotografie voor de Focus Elsevier Foto en Film Encyclopedie en schreef daarin een samenvattend hoofdstuk over stereoprojectie.
Tijdens de Duitse bezetting werkte Berssenbrugge als fotolaborant bij de Optische Industrie in Delft. Hij reisde in de eerste bezettingsjaren nog naar Berlijn en naar Wetzlar, waar de Leitzfabriek was gevestigd. In 1944 werd hij door Janke van der Kooi, een medewerkster van de verzetsgroep ‘G’ van A.M.Jansen, overgehaald om microfoto’s van spionagetekeningen en -documenten te maken: plattegronden, inlichtingen over troepenbewegingen, locaties van opslagplaatsen, onderzoek naar raketten, etc. Met personen uit die groep was hij al voor de oorlog bevriend. De groep ‘G’, ook wel genoemd M.I.D.-groep, verschafte informatie aan de groep ‘Spyker’ die op zijn beurt toegang had tot de radiozenders van de organisatie ‘Packard’. De microfoto’s werden naar het bureau Inlichtingen van de Nederlandse regering in Londen overgebracht. Na het lanceren van de eerste Duitse V2-raket in september 1944 in Wassenaar besteedde het verzet veel tijd aan het bespioneren van zulke lanceringen, die onder meer vanuit het centrum van Den Haag plaatsvonden. Berssenbrugge kon die activiteiten soms vanuit zijn werkkamer aan de Laan van Meerdervoort 27 volgen.
Over het maken van zijn foto van een opstijgende V2-raket vertelde hij: “Ik hoorde ze [de Duitsers] bezig bij het Vredespaleis. Dan wist ik allang hoe lang het ging duren, [voor] dat er wat omhoog ging. Dan ging ik alle ramen openzetten, want als het mislukte dan bleven alle ruiten heel… ha, ha. En dan wachtte ik rustig tot ie op temperatuur kwam en dan langzamerhand omhoog steeg, [en dan] nam ik dus foto’s met korte tussenpozen.” Hij voelde zich relatief veilig bij deze illegale activiteiten, want hun achtertuin grensde aan het neutrale gebied van het Vredespaleis. Bij een plotselinge inval kon hij snel over de schutting in dit gebied verdwijnen. Hij maakte ook een avondopname van een opstijgende V2-raket naast het Vredespaleis. Daarbij zette hij zijn Leica met 50 mm lens op een spons als statief tegen de trillingen. Ook vanuit zijn kamer nam hij een foto van een aanhangwagen met vloeibare zuurstof, de brandstof voor de V2. Berssenbrugge schreef een spionagerapport met interpretaties van het voortstuwings- en navigatiesysteem van de V2 waarin hij blijk geeft van grote kennis van de rakettechniek. Mogelijk hebben discussies met Van Santen hierbij geholpen.
Op 1 maart 1945 liep Berssenbrugge een groot risico, omdat de verzetsgroepleden Jansen en Van der Kooi door S.D.-handlanger J.H.C. Krom werden gearresteerd met spionagemateriaal van de V2 in hun bezit. Zij doorstonden de martelingen in het Oranje hotel (de gevangenis) in Scheveningen en gaven geen namen van personen prijs. Freek Vlag werd de leider van Berssenbrugges groep. In augustus 1945 kreeg Berssenbrugge een verklaring van de Commanding Officer Netherlands Intelligence Department, Majoor P.J.M. Driebeek, te Huize Maarheze in Wassenaar, dat hij als ‘document photographer’ vanaf december 1944 tot de bevrijding voor een informatiegroep van het Bureau Inlichtingen had gewerkt.
In 1946 kwam Berssenbrugge in contact met Albert Plesman, directeur van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij. Berssenbrugge liet hem een zelfgemaakte stereodia zien van de nieuwste KLM-aanwinst, de Douglas DC-4, Plesmans trots. Plesman begreep direct dat fotografie een effectief middel kon zijn bij alle inspanningen om de KLM weer van de grond te krijgen en het vliegtuig als snel transportmiddel onder ieders aandacht te brengen. Hij regelde een contract voor Berssenbrugge en stelde hem aan als fotograaf bij de afdeling publiciteit van de KLM, waar hij ging samenwerken met Louis den Hertog. De taak van Den Hertog was het verkopen van veiligheid en in dit devies paste Berssenbrugges fotografie perfect. Berssenbrugge was echter wel zo zakelijk dat hij het copyright over zijn foto’s behield. Hij maakte foto’s van Schiphol in opbouw en de nieuwste vliegtuigen van de KLM. Waarschijnlijk door het lage salaris – de KLM staat bekend als ‘Kleine Lonen Maatschappij’ – maar ook door gebrek aan vrijheid, zei Berssenbrugge in 1947 zijn baan op en werd freelance fotograaf. Hij zou zijn leven lang een sterke band met de KLM behouden. Voor iedere reis kreeg hij een vergoeding en een gratis ticket. Hij werd voor iedere geleverde foto betaald en behield het copyright. In 1948 ging Den Hertog naar Curacao als hoofd reclame van het West-Indisch bedrijf van de KLM. Wim Berssenbrugge bezocht hem daar in verband met opdrachtwerk. Bij de diverse promotiebezoeken in het Caraïbisch gebied hield Den Hertog toespraken en verzorgde Berssenbrugge de stereoprojectie.
Direct na de oorlog benutte Wim Berssenbrugge zijn reizen voor de KLM ook om familie en bedrijven in Amerika te bezoeken. Uit de correspondentie lijkt het alsof hij wilde emigreren. Sommige bedrijven deden hem vage aanbiedingen. Hij heeft echter altijd een sterke behoefte aan vrijheid gehad en wilde zich niet binden.
De koffie- en theeleverancier Douwe Egberts had voor de oorlog met de bekende piloot A. Viruly het boek De Wereld van Boven gepubliceerd. Vlak na de oorlog kwam men op het idee om via bonnen op koffie- en theepakjes punten te sparen voor setjes kleurenfoto’s van exotische bestemmingen, waar men met de KLM kon komen. Het boek waarin de foto’s geplakt moesten worden was apart verkrijgbaar. Berssenbrugge werd waarschijnlijk via Viruly benaderd door de reclamechef S. van der Zee van Douwe Egberts om als fotograaf mee te werken aan een nieuw boek. Dit boek verscheen in 1948 bij Douwe Egberts te Joure met de titel Kleurenvlucht. Er volgde een herdruk in 1951 of 1952 (de boeken zijn niet voorzien van een jaar van uitgave). De tekst is van A. Viruly en alle foto’s zijn van Wim Berssenbrugge. Zijn rustige en heldere composities, samen met de zachte kleuren van de kleurenautotypie (de – oorspronkelijke kleuren werden in het drukwerk soms gewijzigd om gewenste contrasten te krijgen), geven een bijna poëtisch beeld.
Behalve landschapsopnamen maakte hij ook foto’s van vliegtuigen, de cockpit en motoronderhoud. Welke huisvrouw zou geen gevoel van veiligheid hebben gekregen bij het beeld van een vliegtuigmotor die als een kind door de monteurs werd gekoesterd. Juist in deze periode rond 1950 waren er regelmatig ongelukken die in de pers breed werden uitgemeten.
Er werden meer boeken door Douwe Egberts uitgegeven. In 1949 kwam Naar de tropen uit met tekst van W.G.N. de Keizer. Wim Berssenbrugge verzorgde een derde van de foto’s in dit boek. In 1951 verscheen Bali in Kleuren met tekst van P. Bakker. Hiervoor verzorgde Berssenbrugge al het fotowerk. In 1952 kwam het boek Naar “de West” uit met tekst van P. Bakker. Naast foto’s van Berssenbrugge werden ook foto’s van A. Hustinx opgenomen.
In 1957 kwam Berssenbrugges vroegere collega bij de KLM, Louis den Hertog, terug naar Amsterdam en werd hoofd van de reclameafdeling bij de KLM. Berssenbrugge ging hem stereoviewers leveren die in de passagekantoren te Amsterdam, Den Haag en Rotterdam werden opgesteld. Hij noemde deze Tridicolor stereoviewers. Tussen 1976 en 1978 werd het interieur van deze viewer opnieuw ontworpen en degelijker gebouwd door instrumentmaker Jan Meijers. In opdracht van Berssenbrugge bouwde Meijers vijfentwintig exemplaren van deze viewer. Berssenbrugge plaatste er onder andere twee in Madurodam. Tot in de jaren tachtig bleef hij dia’s voor deze Tridicolor stereoviewers leveren en hield deze in goede staat.
Berssenbrugge werd in de jaren zeventig door de KLM betrokken bij promotieactiviteiten voor het opstarten van de Indonesische luchtvaartmaatschappij Garuda. Hij maakte stereofoto’s en leverde stereoviewers van een speciaal ontwerp.
In 1948 had Wim Berssenbrugge Trees Driessen leren kennen, een vrouw die zijn grote behoefte aan vrijheid wist te respecteren. In 1954 traden zij in het huwelijk. In 1955 begon Berssenbrugge een regelmatiger leven te leiden als ‘director of photography’ bij de View-Master fabriek te Sint-Niklaas in België. Dit was de Europese vestiging met 200 werknemers van het Amerikaanse bedrijf Sawyer. Elk jaar verbleven Berssenbrugge en zijn vrouw een lange zomer in hun caravan in het noorden van Europa om foto’s te maken. Hij gebruikte daarbij dikwijls zijn Leica-tandem met beeldformaat 24 mm hoog bij 28 mm breed. De foto’s werden in Amerika op viewmasterschijfjes gezet. In de wintermaanden werkte hij op het kantoor in Sint-Niklaas. In de jaren zestig was hij steeds op kantoor en maakten anderen de foto’s. Het lukte Sawyer om met de viewmaster de kinderspeelgoedmarkt te penetreren. In Sint-Niklaas kreeg Berssenbrugge steeds meer te maken met de door Walt Disney gedicteerde beeldcultuur. Dat zinde hem niet en hij verliet in 1966 het bedrijf. Tot in de jaren tachtig kreeg hij van Sawyer echter nog grote freelance opdrachten voor reisfotografie.
Na terugkeer uit België betrokken Wim en Trees Berssenbrugge weer hun woning in Scheveningen. Hij bleef regelmatig freelance werk voor de KLM en voor View-Master doen. Waarschijnlijk geïnspireerd door een artikel in Revue der Reclame (1966) zocht hij contact met de Amerikaanse firma Visual Panographics Inc. in New York. Kort daarna werd hij Nederlands vertegenwoordiger en hij kreeg een goede band met Richard P. Harmel, de vice-president Marketing. Berssenbrugge ging regelmatig met een koffertje als handelsreiziger op pad. Hij verkocht zogenoemde Parallax-panoramagrammen van het merk Xograph. Het concept was onder andere gebaseerd op een Duits octrooi uit 1911 van Walter Hess. Het waren foto’s met een ruimtelijk stereobeeld en werden rasterfoto’s genoemd. Een hoge kwaliteit kon alleen maar door goed opgeleide vaklieden met kostbare fotoapparatuur en drukpersen worden bereikt. De opname en het drukwerk werden in Amerika verzorgd. In 1966 kwam de camera met ontwikkelapparatuur, begeleid door een eigen ‘crew’, naar Nederland om rasterfoto’s te maken van de Amsterdamse grachten en van de Keukenhof (oplage 80.000). In de jaren zeventig bemerkte Berssenbrugge een grotere interesse voor rasterbewegingsfoto’s in plaats van rasterstereofoto’s. Zijn grootste klant was de Nederlandse Hartstichting die 500.000 kaarten van een bewegend kunsthart bestelde. Ook Philips Duphar was een grote klant met 80.000 reclamekaartjes voor neuspilletjes. Een zekere dominee Stap bestelde 4000 kaarten van een Christusfiguur die op een gesloten deur klopt.
Berssenbrugge plaatste al vanaf de jaren vijftig zijn foto’s bij bekende stockbureau’s zoals PIX en Superstock in Florida, ZEFA te Düsseldorf, Shostal Associates in New York en het Freelance Photographers Guild in New York. Hij ontving hiervan copyrightbedragen, net voldoende voor het broodbeleg. Hij had dia’s in voorraad van een veertigtal voornamelijk exotische landen. Als freelance fotograaf en vertegenwoordiger voor Tridicolor en Xograph maakte hij goede winst, in de jaren zestig en zeventig gemiddeld ƒ 30.000,- per jaar. Na de recessie in het begin van de jaren tachtig werd het moeilijker. Representatief voor zijn manier van reclame maken is het volgende fragment uit 1979 uit een mailing naar relaties: “Wij hebben voor U in voorraad, in briljante Kodachromes/ Ektachromes: Gouden Buddha’s van Thailand – Beefeaters van Londen – Wolkenkrabbers van New York – zand en olie van Bahrain – mooie meisjes van Bali en Bangkok – hotels van Aruba en St. Maarten – Bazaars van Istanbul, Casablanca, Nazareth en Muscat – strandjes van San Juan, Nias, Nice, Rhodos, Killarney en Kijkduin. Wat er niet is maken wij even voor U. Verder direct van importeur: XOGRAPH 3-D en animatie drukwerk: molens draaien, vogels vliegen, cartoons en getallen verspringen, centimeters worden inches. Als buttons, pocket cards, rulers etc. Uw importeur is Uw beste adviseur.”
Wim Berssenbrugges oeuvre bestaat uit een dia-archief van kleinbeeld, 6×6 cm, 6×9 cm, 4×5 inch en 13×18 cm, opgenomen met zijn Leica tandem, 6×6 Rollei, 6×9 Super Ikonta en 13×18 cm Linhof Technika. Het kleine deel van zijn oeuvre dat betrekking heeft op illegale fotografische activiteiten tijdens de bezetting is historisch zeer interessant en te lang onbekend gebleven. Op stereogebied is hij meer dan een waardig opvolger van de Nederlandse pioniers op dit gebied, L.E.W. van Albada en J.J.M. van Santen.
Zijn reis- en stereofoto’s hadden tot doel via boeken en stereokijkers interesse te wekken om de wereld met eigen ogen te willen zien. De foto’s zijn overzichtelijk, afstandelijk, niet gericht op emotionele betrokkenheid en voornamelijk informatief. Geometrische composities en de positie van kleurvlakken hebben veel aandacht gekregen. Als freelance kleurenfotograaf voor reclame en massaproductie creëerde Berssenbrugge met de nodige inventiviteit zijn eigen afzetgebieden. De vele artikelen van zijn hand over fotografische technieken hebben bijgedragen tot de professionalisering van het vakgebied.
Documentatie
Primaire bibliografie
(eigen publicaties: tekst, eventueel met foto’s, maar ook fotoboeken e.d.)
Wim Berssenbrugge, Wij maken een kleurenkiekkijkkast, in Focus 26 (11 november 1939) 23, p. 686-689.
Wim Bersenbrugge, Sandwiches a 1ct., in Focus 26 (9 december 1939) 25, p. 754-755.
Wim Bersenbrugge, Stereo-ideeën, in Focus 27 (30 maart 1940) 7, p. 217-220.
W. Berssenbrugge, Anaglyphen op kleurenfilm, in Kleinbeeld-foto 4 (september 1940) 6, p. 180-182.
W. Berssenbrugge, Drie foto’s per seconde. Ervaringen met den Leicamotor, in Kleinbeeld-foto 4 (december 1940) 9, p. 259-260.
Wim Berssenbrugge, De moderne stereofotografie en haar jongste evolutie, in Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1941, p. 27-32.
Wim Berssenbrugge, Ook uw kleurenfoto’s in drie dimensies!, in Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1942/43, p. 35-38.
Wim Berssenbrugge, Het wonder der stereo-projectie in natuurlijke kleuren, in Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1943/44. P-13-14, 18.
Wim Berssenbrugge, Stereo = binnenkort voor iedereen?, in Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1944/46, p. 18-20.
W.L. Berssenbrugge, De natuurgetrouwe stereoscopische afbeelding. Een nieuw licht op enkele fundamentele problemen, betreffende driedimensionale fotografie en film, Hengelo (Fotografische bibliotheek H.L.Smit & Zn.) 1945.
Wim Berssenbrugge, European progress in stereoscopy, in American Photography 40 (maart 1946) 3, p. 28-32.
Wim Berssenbrugge, Met de camera in schouwburg en circus, in Foto 1 (maart 1946) 3, p. 36-38.
Wim Berssenbrugge, Met de camera in schouwburg en circus II, in Foto 1 (april 1946) 4, p. 61-63.
Wim Berssenbrugge, De camera zeilt mee, in Foto 1 (juni 1946) 6, p. 84-89 (met foto’s).
Wim Berssenbrugge, Goed nieuws in kleur, in Foto 1 (juni 1946) 6, p. 93.
Wim Berssenbrugge, Kleurenfilms…. zelf ontwikkelen, in Foto 1 (juli 1946) 7, p. 104-107.
Wim Berssenbrugge, Kleurenfoto’s boven de wolken, in Focus 31 (26 oktober 1946) 21/22, p. 308-311.
W. Berssenbrugge, Proiezione degli anaglifi a colori naturali senza luce polarizzata, in Foto-Club [bulletin van fotovereniging in Milaan] 2 (1-15 juni 1946) 11/12, p. 1.
Wim Berssenbrugge, Stereofotografie en formaatkeuze, in Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1947, p. 27-29.
W. Berssenbrugge, Is de stereofilm op komst?, in De Wolkenridder [bedrijfskrant van de KLM] 1 (25 januari 1947) 8, p. 3-4.
Wim Berssenbrugge, Rendez-vous op een cumulus wolk, in Foto 2 (juni 1947) 6, p. 108-110.
Wim Berssenbrugge, Het ansco-printon vergrotingsprocédé, in Foto 3 (mei 1948) 5,p. 131-132.
W.L. Berssenbrugge, Framing the image in the stereoscope. Part I, in American Photography 42 (mei 1948) 5, p. 276-279.
W.L. Berssenbrugge, Framing the image in the stereoscope. Part II, in American Photography 42 (juni 1948) 6, p. 350-354.
W.L. Berssenbrugge, Framing of the image in the stereoscope, in The British Journal of Photography 95 (28 mei 1948) 4593. p. 210-211.
W. Berssenbrugge, Framing of the image in the stereoscope, in The British Journal of Photography 95 (4 juni 1948) 4594, p. 224-226.
A. Viruly (tekst), Wim Berssenbrugge (kleurenfoto’s en tekst) en F. ten Have (omslag en ill.), Kleurenvlucht, Joure (Douwe Egberts) z.j. [1948] (serie: Douwe Egberts albumreeks).
W.G.N, de Keizer (tekst), Wim Berssenbrugge en A. Hustinx (kleurenfoto’s), Naar de tropen, Joure (Douwe Egberts) z.j. [1949], p. 15-16, 18-21, 23-24, 27-32, 34 (serie: Douwe Egberts albumreeks).
Piet Bakker (tekst), Wim Berssenbrugge (kleurenfoto’s) e.a., Bali in kleuren, Joure (Douwe Egberts) z.j. [1951] (serie: Douwe Egberts albumreeks).
Piet Bakker (tekst), Wim Berssenbrugge en A. Hustinx (kleurenfoto’s) e.a, Naar “de West”, Joure (Douwe Egberts) z.j. [1952], p. 8-22, 25-26, 29-32,34-35, 38, 41-42, 45, 47, 51, 53, 55, 59, 61-63, 65, 69-71.
Wim Berssenbrugge, Is de stereofotografie op de verkeerde weg?, in Focus 39 (29 mei 1954) 11, p. 273-275.
Wim Berssenbrugge, Over stereoformaten. Is de stereofotografie op de verkeerde weg? (III), in Focus 39 (27 november 1954) 24, p. 582-583.
P. Heyse en A.S.H. Craeybeckx (hoofdred.), m.m.v. W.L. Berssenbrugge e.a., Encyclopedie voor fotografie en cinematografie, Amsterdam/ Brussel (Elsevier), 1958.
W.L. Berssenbrugge, 3-D met het blote oog – hoe werkt het?, in Focus 53 (19 april 1968) 8, p. 10-13.
W.L. Bersenbrugge, Stereofotografie, in Dick Boer, Paul Heyse en L. Roosens (hoofdred.), Focus Elsevier Foto en Film Encyclopedie, Amsterdam/ Brussel (Focus/ Elsevier) 1971, 3de geh. herz. dr., p. 528 (idem in: P. Heyse (hoofdred.), Focus Elsevier Foto en Film Encyclopedie, Amsterdam/Brussel (Focus) 1981, geh. herz. en uitgebr. dr. in full color, p. 660-661).
W.L. Berssenbrugge, Stereoprojectie, in Dick Boer, Paul Heyse en L. Roosens (hoofdred.), Focus Elsevier Foto en Film Encyclopedie, Amsterdam/ Brussel (Focus/ Elsevier) 1971, 3de geh. herz. dr., p. 529-531 (idem in: P. Heyse (hoofdred.), Focus Elsevier Foto en Film Encyclopedie, Amsterdam/ Brussel (Focus) 1981, geh. herz. en uitgebr. dr. in full color, p. 662-663).
(foto ‘s in boeken, tijdschriften en ander drukwerk)
Focus 26 (14 september 1939) 19, p. 557.
Prentbriefkaarten, Arnhem (firma Jos-pe) 1942.
Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst, 1942/43, plaat LXVII, p. 57.
Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1943/44, plaat LXII, p. 20.
Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1944/46, plaat LVIII.
Nederlandsch Jaarboek voor Fotokunst 1947, plaat XV, p. 46.
J J.M. van Santen, Beginselen van de fotografische techniek, Bloemendaal (Focus) 1947, p. 109.
N.A. Douwes Dekker, Tanah Air Kita, Den Haag (Van Hoeve) z.j. [1950] ‘s-Gravenhage/Bandung, 1950, p. 23.
Pierre Leprohon, La Hollande. Les documents d’Art – Monaco, 1951, platen I, II, IV, VII, VIII.
Willard D. Morgan, Henry M. Lester, e.a., Stereo realist manual, New York/ (Morgan & Lester)/ Londen (The Fountain Press) 1954, p. 272-273.
W.A. Wagener, Rotterdam onherroepelijk, Rotterdam/ Den Haag (Nijgh & Van Ditmar) 1963 (serie: Historische werken over Rotterdam, deel 4).
(Kalender) KLM 1967.
KLM/ALM Guide to the Dutch Caribbean, 1977.
(Kalender) KLM 1979, blad juli.
Anoniem, History for the future. Tachtig jaar in foto’s, z.p. 1999.
Secundaire bibliografie
(publicaties over de fotograaf)
Anoniem, Uitslag kleuren-prijsvraag, in Focus 27 (12 oktober 1940) 21, p. 576, 579.
Anoniem, Van de redactie. Een prachtig Nederlandsch succes, in Kleinbeeld-foto 5 (februari 1942) 11, p. 294.
Anoniem, N.K.B.K. Nederlandsche Kleinbeeldvereeniging, in Kleinbeeld-foto 5 (maart 1942) 12, p. 339.
Anoniem, Uitslag van de speciale kleurenprijsvraag “Portretten in kleur”, in Focus 29 (oktoDer 1942) 17, p. 320.
Anoniem, Uitslag kleurenwedstrijd 1942, in Kleinbeeld-foto 6 (december 1942) 9, p. 240.
J.G.R. de Joncheere e.a., Stereo-projectie in kleuren, in Cosmorama 9 (1943) 3, p. 26-28.
Anoniem, Stereoprojectie in kleuren, in Haagsche Courant 15 maart 1943.
Anoniem, Stereoscopische kleurenfotografie, in De Tijd 3 april 1943.
Anoniem, Projectie van stereo-kleurenfoto’s, in Delftsche Courant 16 mei 1944.
Anoniem, K.L.M.-tentoonstelling “na half zes”, in Nieuwe Courant 19 december 1946.
Anoniem, Waar is Bonaire gebleven?, in Beurs en Nieuwsberichten Curacao (5 juni 1948).
Anoniem, “Bound for the Caribbean” een geslaagde toeristen rolfïlm, in Amigo di Curacao 19 juni 1948.
Anoniem, Demostración de Cine en Relieve, in Ultimas Noticias de Caracas 20 juni 1948.
Anoniem, 3-dimensional film show pleases audience, in Daily Express Kingston Jamaica 24 juni 1948.
Anoniem, Secret pictures from an underground photographer, in U.S. Camera augustus 1948, p. 34, 64 (met foto’s).
Anoniem, The new Leica tandem, in Leica photography 2 (najaar 1949) 7, p. 31-33.
(Advertentie voor de boeken Kleurenvlucht en Naar de Tropen), in de Volkskrant 15 oktober 1949.
Anoniem, Schoonheid op foto’s over Indonesië, in Het Binnenhof 20 juni 1950.
Anoniem, Interessante fotoreportage over Indonesië, in Haagsche Courant 20 juni 1950.
Anoniem, Foto-verrassing, in Haags Dagblad 20 juni 1950.
Anoniem, Indonesië in beeld, in De Nieuwe Courant 20 juni 1950.
Anoniem, Prachtige kleurenfilm over Indonesië, in Nieuwe Haagse Courant 20 juni 1950.
Anoniem, Indië zoals het is in kleurenfoto’s, in Nieuwe Rotterdamse Courant 20 juni 1950.
Anoniem, Kleurenfoto’s bij K.L.M., in De Tijd 20 juni 1950.
Anoniem, Dutch photo’s snapshot visit is time exposure, in Milwaukee Sentinel 14 november 1950.
Anoniem, Met de N.R.V. naar de Oost, in Meppeler Courant 9 maart 1951.
Anoniem, Nederlandse Reisvereniging Balie en Nieuw Guinea, in Nieuwsblad van het Noorden 16 maart 1951.
Anoniem, Stereofoto van Hagenaar in Amerika bekroond, in Haags Dagblad (3 januari 1955).
Anoniem, ‘Caravanning’ around Europe intrigues Sawyer’s overseas photographic director, in Sawyer’s News and Views 2 (februari 1961) 2, p. 4.
Jan Stark, Richard P. Harmels droom: de wereld drukken in 3-D, in Ariadne 22 (6 december 1967) 49, p.1542-1544.
Anoniem, 3-D druk doet intrede in Nederland, in Graficus 49 (13 december 1967) 25, p. 46.
Anoniem, Droom of werkelijkheid? Drukwerk in drie dimensies…, in UNIGRA (Tijdschrift van de Unie der Grafische en Boeknijverheden) 1969, speciale uitgave, p. 91.
Anoniem, Dit is een parallax-panoramagram, in Revue der Reclame 29 (19 februari 1969) 4, p. 111.
Anoniem, RdR-interview met Arthur ‘3-D druk’ Rothstein, in Revue der Reclame 30 (18 februari 1970) 4, p. 78-79.
F.B.A. Prinsen, Parallax-panoramagram in Nederland, in TFF. Toegepaste Fotografie en Film (juni 1970) 6, p. 14-18.
J.G. Ferwerda, Stereofotografie stap voor stap, z.p. (Nederlandse Vereniging voor Stereofotografie) 1977.
Frederik M. Wiedijk, De wiebeldingen van Willem L. Berssenbrugge, in Incentive 6 (januari 1982) 1, p. 25-26.
Anoniem, Unieke foto’s van V2 gevonden, in Haagsche Courant 18 april 2002.
Anoniem, Unieke foto’s V2 ontdekt, in Haarlems Dagblad/IJmuider Courant 17 april 2002
Anoniem, Unieke foto’s V2 ontdekt, in Dagblad van Almere/ De Gooi- en Eemlander 19 april 2002.
Anoniem, Foto’s ontdekt van lancering V2-raketten, in Noordhollands Dagblad 19 april 2002.
Arnold Vonk, O God, al die mensen!, in de Volkskrant 1 maart 2003, bijlage Traject, p. 7.
Lidmaatschappen
Nederlandsche Kleinbeeldvereeniging (NKBV), vanaf 1942.
Nederlandse Vereniging voor Stereofotografie.
Haagsche Amateur Fotografen Vereniging, vanaf 1950.
Onderscheidingen
Medaille, kleurenfotografie, Koninklijke Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde.
1939 Tweede prijs (medaille), wedstrijd HAFV ‘Water’.
1939 Verzilverde Focus plaquette, derde Focus prijsvraag ‘Kleinbeeld-kleurenfotografie’.
1940 Eerste prijs (medaille), wedstrijd HAFV ‘Wolken’.
1940 Derde prijs, kleurenfotowedstrijd Amstelflora.
1940 Derde prijs, ‘Kleuren-prijsvraag’ tijdschrift Focus.
1940 Tweede prijs, wedstrijd HAFV.
1941 Tweede prijs (medaille), wedstrijd HAFV ‘Vrij onderwerp’.
1941 Diploma, klasse gevorderden, Tweede Kleinbeeld-fotowedstrijd.
1941 Prijs, zomercompetitie 1941 tijdschrift Kleinbeeld-foto.
1942 Eerste prijs (ƒ 25,- en vergulde Daguerre plaquette), kleurenwedstrijd tijdschrift Kleinbeeld-foto.
1942 Tweede prijs kleurenfotografie, onderlinge wedschrift NKBV.
1942 Eerste prijs, vakklasse, kleurenprijsvraag ‘Portretten in kleur’ tijdschrift Focus.
1942 Meisterschaft-titel en zilveren Reichsbund-medaille (beschikbaar gesteld door Reichsbund Deutscher Amateur-Fotografen), stereofotowedstrijd, Deutsche Gesellschaft für Stereoskopie.
1943 Eerste prijs, afd. kleurendia’s, Bondswedstrijd Bond van Nederlandsche Amateur Fotografen Vereenigingen.
1943 Reichsbund-medaille (beschikbaar gesteld door Reichsbund Deutscher Amateur-Fotografen), stereofotowedstrijd, Deutsche Gesellschaft für Stereoskopie.
1954 Zilveren medaille,’best slide of show Detroit 1954, international stereo section’, Photographic Society of America.
Octrooien
1944, 15 februari Nederlands octrooi nr. 56651 (inrichting voor het verenigen van twee camera’s).
1949, 8 juli Duits octrooi nr. 853259 (inrichting voor het verenigen van twee camera’s).
1950, 7 november Amerikaans octrooi nr. 2528681 (optische aanwijspijl).
1950, 14 november Amerikaans octrooi nr. 2529905 (inrichting voor het verenigen van twee camera’s).
Tentoonstellingen
1942 (g) Amsterdam, Arti et Amicitiae.
1999 (g) Luchthaven Schiphol, [tentoonstelling t.g.v. 80-jarig bestaan van de KLM].
2003 (g) Loosduinen, De Korenschuur, V2-Vergeltung’ uit Den Haag.
Televisieprogramma
2002 (19 en 20 april) Interview met Wim en Trees Berssenbrugge over de gevonden V2-foto’s in het huis van Berssenbrugge te Scheveningen (TV West).’
Bronnen
Amsterdam, Marie-José Smits-Delfgaauw.
Den Haag, Greetje en Bob Berssenbrugge.
Den Haag, Hans Berssenbrugge.
Den Haag, Jan Berssenbrugge.
Den Haag, Mieke Berssenbrugge.
Den Haag, Trees Berssenbrugge.
Den Haag, Herman van Bruggen.
Den Haag, Jan Meijers.
Den Haag, Sierk Plantinga.
Den Haag, Zwanet Plomp-Kamphuis.
Enschede, Adrie Roding.
Gouda, Ria van Santen.
Heerlen, Fred Schmitz.
Hoofddorp, Ben Josso.
Leiden, Studie en Documentatie Centrum voor Fotografie, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden
Leusden, Jan Wingender (collectie nederlands fotoboek).
Noorden, Louis den Hertog.
Oisterwijk,Jan Driessen.
Rijswijk, Herman van Bruggen.
Sint-Niklaas, België, Jules Gautot.
Utrecht, Roy Nanhekhan en Gerard de Punder van Sara Lee/Douwe Egberts.
Voorburg, Toos Berssenbrugge.
Voorburg, Vera van der Kooi.
Voorschoten, Lex van Opstal.
Vorden, Wim Bouman.
White River (Zuid-Afrika), JanetVlag-Todd.
Collecties
Leiden, Prentenkabinet Universiteitsbibliotheek Leiden.
Auteursrechten
De auteursrechten op het fotografisch oeuvre van W.L. Berssenbrugge berusten bij mevrouw T. Berssenbrugge-Driessen.