Fotolexicon, 14e jaargang, nr. 28 (april 1997) (nl)

Ralph Prins

Carla van der Stap

Extract

In het veelzijdige oeuvre van beeldend kunstenaar Ralph Prins neemt de fotografie een grote plaats in. Prins experimenteerde veel met druktechnieken en past deze kennis toe in zijn fotografie, in zijn typografische werk (affiches) en in zijn onderwijs. Hij was een bezielend docent en publicist. Bovendien is hij een veelgevraagd ontwerper van oorlogsmonumenten. Hij werkte in opdracht voor de UNESCO en maakt met regelmaat affiches voor Amnesty International. Met het tekenen van portretten van kunstenaars, rabbi’s, componisten en schrijvers verwierf hij naam. Voor zijn foto’s is hij diverse malen onderscheiden in het buitenland. Zijn fotografie heeft durf, vaart en uitdaging en is breed qua onderwerp en stijl.

Biografie

.

1926

Raphaël Mozes (Ralph) Prins wordt op 3 mei 1926 geboren in Amsterdam. Hij is de zoon van jurist en publicist Izak Prins en Henriëtte Martha Prins (ver familielid), directrice van een tehuis voor moeilijk opvoedbare joodse meisjes.

1927

De ouders van Prins scheiden. Prins woont bij zijn moeder en blijft veel contact houden met zijn vader.

1932

Tijdens de lagere schoolperiode woont Ralph bij zijn grootouders in Haarlem.

1936

Vanaf dit jaar woont hij weer bij zijn moeder in Santpoort.

1939

Ralph Prins woont in bij de dichter/schrijver Joseph Gompers in Amsterdam.

1942

Prins moet – als jood – het Amsterdams Lyceum verlaten en gaat naar het Joods Lyceum. Hij volgt een cursus schilderen en lettertekenen op de joodse ambachtsschool. Daarna gaat hij naar de joodse Kunstnijverheidsschool.

1943

Samen met zijn moeder en grootmoeder wordt hij op vrijwillige basis geïnterneerd in het joodse opvangkamp in Barneveld. In deze periode ontplooit hij zijn kunstenaarschap. Hij tekent portretten en onderwerpen naar de natuur. Hier ontmoet Prins de kunsthistoricus Hans van de Waal – later directeur van het Prentenkabinet te Leiden – die hem in zijn werk steunt en adviseert.

1944

Door een eenmalige uitwisseling wordt een groot deel van de ‘Barneveldgroep’, waaronder ook Ralph Prins, overgeplaatst naar Westerbork. Vandaar gaan zij op 4 september op transport naar Theresienstadt. Prins krijgt op voorspraak toestemming een korte tijd de Kunstgewerbeschule in Zürich te bezoeken.

1945

Terug in Nederland komt hij in huis bij professor mr. G. Wiarda en gaat de opleiding aan de Kunstnijverheidsschool in Amsterdam volgen. Zijn eerste fotolessen krijgt Ralph van Jaap d’Oliveira. Willem Schrofer adviseert hem naar de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag te gaan, omdat de deze beter geoutilleerd is op het gebied van fotografie en typografie.

1946

In Den Haag volgt Prins lessen bij Gerrit Kiljan, Paul Schuitema en Gerard de Vries (fotografie).

Prins krijgt op zijn verzoek toestemming van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen om een vrij rooster te volgen. Hij begint zijn fotostudie op de Koninklijke Haagse Academie met fotogrammenonderzoek.

Hij werkt als tekenaar voor Haagse kranten; onderwerpen zijn dansers en musici.

Prins leert zijn toekomstige vrouw kennen die de opleiding binnenhuisarchitectuur volgt aan de Academie in Den Haag.

1949

Prins vervult zijn diensttijd bij de Koninklijke Marine. Voor het blad Alle Hens maakt hij fotoreportages.

1950

Na zijn diensttijd gaat Prins naar de Ecole de Mime van Etienne Decroux in Parijs. Het zien van de film Les enfants du paradis (in 1945) en vooral de mimerol daarin had op Prins een overrompelende indruk gemaakt en zette hem ertoe aan om de opleiding in Parijs te gaan volgen. Naast Jean Louis Barrault en Marcel Marceau (die hij naderhand veelvuldig fotografeert en tekent), leert hij bij Decroux ook de acteur/regisseur Erik Vos kennen, met wie hij bevriend raakt.

Ralph Prins fotografeert de mimegroep van Decroux en publiceert die foto’s in de tijdschriften Camera en Gebrauchsgraphik.

Hij wordt lid van Magnum ‘groep 17’ en ontmoet daar Werner Bisschof voor wie Prins grote waardering heeft. In Parijs worden zijn foto’s afgewerkt door het Magnum laboratorium.

1951

In Italië werkt Prins bij Olivetti als industrieel vormgever. In Milaan wordt hij benoemd in de jury van de Triënnale van Milaan. Van deze Triënnale maakt hij een beeldrapport voor het Ministerie van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen.

Prins gaat als coördinerend vormgever werken bij Vroom & Dreesmann (Nijmegen). Hij ontwerpt drukwerk, etalages en interieurs voor deze firma. Daarnaast ontwerpt hij ook enkele interieurs voor kloosters in Nederland.

1953

Op 24 maart treden Ralph Prins en Helena Dorothea Smits in het huwelijk.

Prins begint in Den Haag als freelance fotograaf, ontwerper en tekenaar. Hij werkt voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Voor Cosec (Coordinating Secretariat of the National Unions for Students) ontwerpt hij talrijke affiches, brochures en kranten voor binnen- en buitenland. Andere opdrachtgevers zijn vanaf 1953 gedurende kortere of langere tijd: Philips, Synres, FME, Ministerie van Buitenlandse Zaken, Mobil Oil, Esso, Orgalime, UNESCO en de Verenigde Naties.

1961

Op 22 februari wordt zoon David geboren.

1960-‘63

Prins is docent Industriële Vormgeving aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten te Den Haag.

1963

Zoon Daniël wordt geboren op 20 januari.

1963-‘64

In het tijdschrift Focus publiceert Prins artikelen met eigen foto’s.

1965

In opdracht van professor Hans van de Waal, directeur van het Prentenkabinet te Leiden maakt Prins fotoportretten van bekende Nederlanders zoals de schrijvers Victor van Vriesland en Adriaan Roland Holst.

1966

In het kader van een opdracht tot het ontwerpen van een affiche voor de World Assembly of Youth bezoekt Prins voor het eerst Japan. In Hiroshima maakt hij een reportage waarmee hij in Moskou op de Interpress ’66 de Grand Prix wint.

1966-‘86

Prins doceert grafisch ontwerpen, fotografie en tekenen aan de Academie voor Beeldende Kunsten Minerva te Groningen.

Hij geeft lezingen op internationale congressen en seminars, georganiseerd door de UNESCO, ontwerpt affiches en brochures en maakt talloze fotoreportages voor het ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties.

In deze periode geeft hij ook lezingen voor amateurfotoclubs en jureert en bespreekt foto’s. In de jaren zestig geeft hij lezingen voor de NFK-fotografen.

Hij maakt fotoreizen naar Japan, Cuba, Peru, Costa Rica, Marokko en vele Europese landen.

1967

Hij is docent fotografie aan de vrije Academie in Den Haag.

1968

Prins ontvangt voor zijn theaterreportage over het Kabuki-theater (Tokio) de gouden medaille op de IIe Triënnale Théâtre dans l’Art Photographique in Novi Sad (Joegoslavië).

1969

Marie-Marth Prins wordt geboren op 30 maart.

1970

Op 4 mei wordt het door Ralph Prins ontworpen oorlogsmonument in Westerbork door koningin Juliana onthuld. Later maakt Prins nog oorlogsmonumenten voor Apeldoorn, Strijen, Barneveld, Borne en Gouda.

1973-‘76

Vanaf augustus 1973 is Prins vaste medewerker van het tijdschrift Foto.

1975-‘79

Prins fungeert als voorzitter van de BFN.

1983

Vanaf zijn bezoek aan Curacao in dit jaar fotografeert Prins voornamelijk in kleur.

1984-‘87

Prins ontwerpt affiches, programma’s en kranten voor het RO theater in Rotterdam.

jaren ‘90

Prins blijft fotograferen, ontwerpen en portretten tekenen. Zijn kleurenfotografie betreft vooral thema’s uit de natuur: dieren, bloemen, golven en kusten.

1994

Voor zijn affiches van Amnesty International neemt Prins de H.N. Werkmanprijs in ontvangst.

Beschouwing

Ralph Prins is een bevlogen mens. Zijn leven geeft een rijk geschakeerd beeld en vormt een aaneenrijging van creatieve activiteiten. Zijn grote huis in Den Haag herbergt een typografisch atelier, een fotoatelier, een tekenatelier en ook een aantal verzamelingen zoals objecten van paarden, tollen en kleine kubussen. Uitgangspunt voor zijn beeldende expressie is het streven naar het recht op leven in waardigheid en in vrijheid.

In zijn talrijke publicaties en lezingen probeerde hij de (amateur)-fotograaf zijn geest te laten scherpen en hem onafhankelijk te maken in zijn denken en kijken.

Het onderzoeken van technische mogelijkheden en een volledige beheersing daarvan is bij Prins altijd een belangrijk middel geweest om het unieke van mens, dier, natuur en gebouw te fotograferen.

Vanaf jonge leeftijd werd Ralph Prins regelmatig door zijn vader meegenomen naar musea en maakte zo kennis met diverse kunstuitingen. In 1939 ging hij naar de joodse ambachtsschool om een praktisch vak als huisschilder te leren. Het hanteren van de kwast werkte als een openbaring en deze ervaring inspireerde hem zich met beeldende kunst te gaan bezighouden. In het joodse interneringskamp in Barneveld was voor Prins het mentorschap van Hans van de Waal zeer waardevol en leerzaam. Om zijn opleiding te continueren mocht Prins de gebruikelijke corveewerkzaamheden achterwege laten, op voorwaarde dat hij zijn schets- en tekenwerk iedere dag aan Van de Waal liet zien. Van de Waal moest eenmaal per maand aan de joodse leiding de vorderingen in het werk van Prins voorleggen.

De overstap van de Kunstnijverheidschool in Amsterdam naar de opleiding aan de Koninklijke Academie in Den Haag betekende voor Prins grotere vrijheid om experimenten op het gebied van fotografie en typografie uit te voeren. Hij kreeg er onderwijs van Kiljan en Schuitema. Vooral experimenteren met technische materialen vond Prins een uitdaging. Hij onderzocht de techniek van fotogrammen, de werking van ontwikkelaar, fixeer, papier, en alle andere denkbare toepassingen. Dat was een kolfje naar zijn hand, want hij was er van overtuigd dat hij door technische beheersing zijn expressie zou optimaliseren. Tijdens zijn mime-opleiding kwam Prins voor het eerst in aanraking met theaterfotografie. Maar belangrijker voor hem was de kennismaking met het principe van de mime. Dat principe stoelt op een grammatica, die als uitgangspunt een zogenaamd nulpunt heeft. Prins start zijn werk ook altijd blanco, vanuit dat nulpunt en wil niet varen op routine. De mime biedt hem een grammatica die als universele basis kan dienen voor alle kunstuitingen. Vanuit die gedachte, dat alle kunsten een zelfde onderstroom hebben, benadert Prins zijn kunstenaarschap.

De thema’s in de fotografie van Prins lopen zeer uiteen. Een thema kan hem jarenlang bezighouden tot hij de foto maakt die voor hem op alle punten weergeeft waar hij naar zocht en wat hij wilde zeggen. Gedurende zijn hele carrière is Prins een gepassioneerd portrettist geweest. Als een voor hem natuurlijk vervolg daarop heeft hij dieren geportretteerd. Vooral honden en apen hebben al jaren zijn aandacht, maar ook paarden, vogels, poezen, koeien en ezels.

De natuur boeit hem de laatste jaren meer dan ooit, vooral thema’s als bloemen, bladeren, bomen, rotspartijen en kusten. Foto’s van deze onderwerpen neemt hij voornamelijk in kleur op en hij laat ze afdrukken op formaat 50×75 cm. Veel van zijn natuuropnamen neigen naar abstractie en bestaan slechts uit kleuren, structuren en vegen, of vormen met merendeels zachte kleuren, vergelijkbaar met aquareleffecten.

Reportagefotografie vormt een belangrijk onderdeel van het oeuvre van Prins. Toen hij in Moskou verbleef om zijn Interpressprijs in ontvangst te nemen, maakte hij een beroemd geworden serie van mensen op het Rode Plein die in lange rijen staan om het mausoleum van Lenin te bezoeken. Hij grijpt iedere gebeurtenis – vooral in het buitenland – aan om een nieuwe reportage te maken.

Zijn recentere werk heeft een sterk poëtisch karakter. De contrasten uit zijn vroegere oeuvre heeft hij vervangen door meer harmonie. Onderwerpen als kinderen, jonge vrouwen, naakten, theater en architectuur zijn over het algemeen van vroegere datum.

De eerste fotoserie met als onderwerp theater maakte Prins bij Etiennne Decroux, de grondlegger van de mime-opleiding te Parijs. De mimekunstenaar Marcel Marceau is jarenlang onderwerp geweest van zijn fotografie, maar ook van zijn tekenkunst. Om het geheim van het theater te ‘vertalen’, maar ook om de continuïteit van het handelingsverloop van een voorstelling in de foto te suggereren spreekt Prins de techniek aan. Hij vervat dynamiek en emotie, twee belangrijke theateraspecten, in één foto door bijvoorbeeld sterk gereduceerde tinten te gebruiken, door met de camera met de beweging mee te gaan, maar ook door toepassing van dubbeldrukken.

Prins heeft zich onderscheiden van de andere theaterfotografen in Nederland door zich het experiment te permitteren. Er zijn talloze theaterfoto’s van Prins die in hoge mate geabstraheerd zijn. Het overbrengen van de kracht van een voorstelling is voor hem essentieel. Bij het weergeven van het Spaanse ballet van José Greco (1953) koos Prins voor een sterke sfeertekening waarbij links op de voorgrond een grote vlek ontstaat. In de foto’s van de King Lear voorstelling uit 1954, met Albert van Dalsum in de hoofdrol, confronteert hij de beschouwer heel direct met emoties als angst en spanning door te kiezen voor een zeer nabij opnamestandpunt en grove korrel in de afdruk. Zelden gaf Prins een totaalbeeld van een theateropvoering weer, nagenoeg altijd koos hij voor ‘deelmomenten’ of portretten.

Prins droeg midden jaren vijftig met zijn (theater)fotografie een expliciet persoonlijke opvatting uit en dat in een tijdvak waarin dat zeker nog niet gebruikelijk was. Pas halverwege de jaren zestig wordt het fotograferen vanuit een grote persoonlijke vrijheid beoefend door fotografen als Sanne Sannes en Gerard Fieret. Met de laatste onderhield hij persoonlijke contacten.

Als Prins in opdracht werkte bedong hij altijd de voorwaarde om ook achter de schermen te mogen fotograferen. Door zijn uitzendingen door de UNESCO en door het winnen van buitenlandse prijzen kreeg Prins de kans buiten Nederland theaterfoto’s te maken. In Japan kreeg hij in 1966 de gelegenheid het Kabuki-theater te fotograferen. Het was uniek om bij deze eeuwenlange pure theatervorm volgens een heilige traditie ook in de kleedkamers te mogen fotograferen. Prins verwierf met de fotoserie die hij daar maakte in 1968 de gouden medaille op de II Triënnale Thédtre dans l’Art Photographique in Novi Sad (Joegoslavië). Het portret van Maya Plissetskaya, de prima ballerina van het Bolshojtheater in Moskou is de meest bekroonde foto van Prins.

Bij de reportageachtige fotoportretten, die hij tijdens reizen maakte, paste Prins geen bijzondere technieken toe. Zijn kinderportretten zijn in het algemeen levendig. Wanneer nodig stelt Prins met zijn kinderfoto’s slechte leefomstandigheden aan de kaak. Daarentegen heeft zijn serie Kindertypen in Israël voor het dagblad Het Vaderland een soms dromerig en poëtische karakter, sterk verwant aan de kinderportretten van Wim Noordhoek.

In Cuba raakte Prins gefascineerd door de honkbalsport. Hij fotografeerde daar jongens die met zeer primitieve middelen op straat honkballen maar ook fotografeerde hij professionals die daar grote volkshelden zijn.

Prins laat in het portret de bril een markante rol spelen. Hij probeert het hulpmiddel niet weg te moffelen, maar laat het juist meespelen; een voorbeeld is het portret van de architect Le Corbusier waarin het brillenglas op een wonderlijke wijze de architectuur van buiten weerspiegelt. In een portret van een oude, broze vrouw, zijn de ogen achter de bril nog net zichtbaar waardoor dit broze nog eens benadrukt wordt.

Uit het contact dat tijdens de oorlog ontstond met Hans van de Waal kwam het verzoek voort om voor de collectie van het Prentenkabinet een aantal bekende Nederlanders te portretteren. Schrijvers als Adriaan Roland Holst, Victor van Vrieslandt en R. van Gulik, de toneelspeler Albert van Dalsum, Prof. Cleveringa uit Leiden en opperstalmeester Bisschof van Heemskerk waren onderwerp. Opmerkelijk in deze portretten is dat ze van zeer dichtbij gefotografeerd zijn en soms onverwachte afsnijdingen te zien geven.

Prins zet regelmatig de situatie naar zijn hand om het beeld te creëren dat hem bij die persoon voor ogen staat. Een biddende vrouw in een tempel vraagt hij na de dienst om nog eens deze houding aan te nemen. Op straat verzoekt hij een vioolspelende moeder met haar kinderen opnieuw te beginnen, en bij het honkbal vraagt hij een honkballer een sliding over te doen na zijn homerun. De levendigheid van de snapshot bereikt Prins door het krachtig regisseren van de foto.

Tijdens zijn reizen stelde Prins veel in het werk om behalve mensen ook steden en architectuur te fotograferen. Plaatsen waar je normaal moeizaam toegang krijgt, hebben een sterke aantrekkingskracht op hem.

Voor de UNESCO werkte Prins mee aan een boek om restauratiegelden bijeen te krijgen voor de architectuur in Peru. Hij bezocht de resten van de oude Incastad Machu Picchu en fotografeerde daar ondermeer vanuit een zeer hoog standpunt. Ook fotografeerde hij onder andere de deplorabele toestand van de architectuur in de stad Havanna. Van de Verenigde Naties kreeg Prins de opdracht het leven in de stad Fez te fotograferen.

Hij fotografeerde ook in Frankrijk, Portugal, Spanje, Curaçao, Roemenië, Italië, Turkije, Griekenland, Rusland en Japan. In Zwitserland maakte hij opnamen van de gebouwen van Rudolf Steiner in Dornach.

In het algemeen geldt dat Prins ook in de architectuur het karakter probeert te vangen. In veel gevallen bereikt hij dat vanuit de details, zoals te zien is in zijn foto’s van molens.

Van enkele steden, bijvoorbeeld Toledo, maakte Prins een overzichtsopname en verwerkte die tot een puur grafisch beeld. Dit beeld bewerkte hij achteraf met een inktrol. Een stad als Parijs, haar architectuur, parken en bewoners documenteerde Prins met grote regelmaat.

Prins ziet in feite geen essentieel verschil, en wil dat ook niet zien, tussen fotografie en andere vormen van beeldende kunst. De gebonden aard van de fotografie betekent voor hem vrijheid in gebondenheid. Zijn fotografie is vaak geen exacte weergave van de werkelijkheid. Het gevoel, de oprechtheid haalt hij naar voren en dat bereikt hij onder andere met behulp van zijn technische vaardigheid.

Als het architectuur betreft gaat Prins op zoek naar de ‘kern’ van het gebouw. Hiertoe onderzoekt hij niet alleen het gebouw maar ook de omgeving. Pas dan beslist hij welke camera en welke film hij gaat gebruiken. Bij theater wil hij eerst uitgebreid kennis nemen van het toneelstuk om te kunnen proeven wat de sfeer is.

Met al zijn onderwerpen gaat Prins grondig te werk. Een door hem gemaakt portret komt eerst enige tijd op een zogenaamde testplank te staan. Pas daarna neemt hij de beslissing of de foto geslaagd is.

“Ik weet, erken en gebruik de regels van de fotografie op afstand. Dogmatisch toepassen ervan stremt de creatieve vooruitgang der fotografie”, schrijft hij in Fototribune in 1971.

Zijn eerste, door hem zo genoemde ‘kleurfixerel’ maakte Prins in 1946 op fotopapier met ontwikkelaar en fixeer. Daarnaast experimenteerde hij met een pen gedoopt in fixeer, of door een tekening op doorzichtig hard materiaal op de plaats van het negatief te leggen en dan te projecteren op fotopapier. Hij bewerkte ook foto’s met koud email, met bloedloogzout, met glitters en met drukinkt en inktrollen. Met een in ontwikkelaar gedoopte spons tekende hij op fotopapier met als resultaat een vlekkerig patroon. Dit laatste paste hij vooral toe bij naaktfoto’s. Prins beperkt zich niet tot de reguliere technieken; zij zijn voor hem onderling ook inwisselbaar.

Vanaf circa 1970 is hij de kleurenfotografie weer gaan oppakken. Sedert zijn reis naar Curaçao (1983) werkt hij nagenoeg uitsluitend in kleur. In zijn publicaties maakt Prins een onderscheid tussen de technische handelingen in directe technieken: welke camera, welke film, welke ontwikkelaar kies je, en de indirecte technieken: de zogenaamde ingreeptechnieken.

Bij zijn kleurenfotografie kiest hij de camera, bijvoorbeeld zijn kleinbeeldcamera met verschillende lenzen, en hij kiest de film en bewerkt de door de vakhandel afgedrukte foto eventueel achteraf. Prins werkt daarnaast veel met goedkope wegwerpcamera’s, bijvoorbeeld een panoramacamera met of zonder flits, of een onderwatercamera. Essentieel vindt hij de combinatie van filmtype en belichting: hij gebruikt vaak een 3200 asa film waar 100 asa voldoende zou zijn. Hij heeft een grote kennis ontwikkeld van de effecten van korrelgrootte in films voor het uiteindelijke beeld. In zijn bloemen-, dieren- en natuurfotografie past hij de overwaardering veelvuldig toe. Deze foto’s krijgen door het geforceerde ontwikkelen een zodanige grove korrel dat pas bij een bepaalde afstand de stippen zich tot een homogeen vlak sluiten.

Prins liet zijn leerlingen op de academie in het begin werken met een eenvoudige boxcamera om ze gedegen te laten kennismaken met de basisprincipes van de fotografie.

In de jaren zeventig gaf hij in zijn publicaties in fotobladen uitgebreid les in zogenaamde ingreeptechnieken zoals het omkopiëren van het negatief op een grafische film of het verkrijgen van een onregelmatige korrel precies op die plaats waar je die wilt hebben. Bij de uitleg over dubbeldruk gaf hij aan welke soort hij prefereerde: het werken met meer negatieven tegelijk, om zo de compositie exacter te kunnen bepalen.

Eigen foto’s maar ook foto’s van anderen, verwerkt hij in zijn typografische werk en in zijn affiches voor uiteenlopende opdrachtgevers.

Als docent op de kunstacademies liet hij zijn leerlingen een grote vrijheid en probeerde het individuele uit een leerling naar voren te halen en zorgde zo voor onderwijs op maat.

In binnen- en buitenland was hij gastdocent op academies en gaf hij lezingen en cursussen over uiteenlopende onderwerpen, onder andere theaterfotografie. Uitgezonden door de Verenigde Naties kreeg hij de mogelijkheid om te doceren in landen als Cuba en de Nederlandse Antillen. In Nederland gaf Prins in de jaren vijftig en zestig cursussen aan NFK-fotografen en aan amateurfotoclubs.

In zijn publicaties in fototijdschriften vroeg hij vooral aandacht voor de creatieve en inventieve fotografen die alles behalve platgetreden paden bewandelden. Hij schreef ook even zo soepel over negentiende-eeuwse als over begin twintigste-eeuwse fotografen zoals Roger-Viollet, Lewis Caroll en Gianni Penati.

Een belangrijk aspect van zijn publicaties was de aansporing van de amateurfotograaf tot meer eigenzinnigheid. In zijn artikel ‘Maatstaf’ in 1965 in Focus verweet Prins de fotoclubs dat hun generale stijl “(…) nog sterk onder de indruk is van de briljante Duitse afdruktechniek uit de jaren dertig en dat zij nog hevig beïnvloed is door het beginwerk van Cartier-Bresson. Het ‘gestochenes Scharf’ en het ontspannen menselijke, zijn de polen van fotograferend Nederland.”

Vanwege zijn internationale ervaringen en bekendheid werd Prins voorzitter van de BFN. Hij was een onorthodoxe voorzitter omdat hij er zeer uitgesproken meningen op na hield. Hij werd vanwege ferme uitspraken wel eens teruggefloten. Zijn publiciteitsactiviteiten in de amateurfototijdschriften gaf hij in verband hiermee op.

Een belangrijke functie van Ralph Prins, zowel in zijn fotografie als in zijn openbaar optreden, is het wakker schudden van mensen met vastgeroeste ideeën over fotografie. In plaats van algemeenheid en dogmatiek zoekt hij individuele expressie en vrijheid in schepping. Met zijn jarenlange publicaties gaf hij een krachtige impuls aan de (amateur)fotografie in Nederland.

Als fotografisch ambassadeur van de Verenigde Naties, als theaterfotograaf en als afficheontwerper verwierf Prins internationale bekendheid.

Documentatie

Primaire bibliografie

Porgy en Bess, in Parnas (1956).

Ralph’s pagina, in Niw Hanoar 1959 [wekelijks een paginagrote foto plus tekst].

Foto’s van Sieto en Marijke Hoving, in Het Vaderland 10 juli 1959.

Foto’s van Karl Kohn en Ingrid Palier, in Het Vaderland 24 augustus 1959.

Onder ons, in Focus 46 (25 november 1961) 24, p. 770-779.

Oogopslag, in Focus 48 (1 februari 1963) 3, p. 10-19 (met foto’s).

Moeder en kindverhouding in de fotografie, in Focus 48 (20 december 1963) 26, p. 10-19 (met foto’s).

Voor en achter de camera, in Focus 49 (10 april 1964) 8, p. 2-11 (met foto’s).

Over keien en kiezelstenen, in Focus 49 (17 juli 1964) 15, p. 2-11 (met foto’s).

Het fotograferen van eigen kinderen, in Focus 49 (18 december 1964) 26, p. 2-9.

Maatstaf, in Focus 50 (19 maart 1965) 6, p. 2-11.

Cartes postale de la “Belle Époque”, in Phototribune (1965) 11,p. 16-19.

Achter de lens, in Vakfotografie (1966) 2, p. 2-22 (met foto’s).

William Klein, in Beet (1967) 2.

De Poil et de Plume, in Phototribune (1967) g, p. 14-17 (met foto’s).

Gesprek met Oleg Popov, in Wereldkroniek 22 november 1969, omslag, e.a. pagina’s (met foto’s).

Fotografie en illustratie, in Tété 23 (1969) 3, p. 1-4 (met foto’s).

Ralph Prins fotografeert bekende Nederlanders, in TFF januari 1969, p. 6-11 (met foto’s).

Swinging Shakespeare, in Wereldkroniek 51 (1969) 1 2, omslag e.a. pagina’s (met foto’s).

Fototoepassingen in affiches, in TFF (1971) 5, p. 14-17.

Generaliseren van portret, in BFN. Maandblad Beroepsfotografen Nederland (1976) 2, p. 1.

Ik wil eens met u praten, in BFN. Maandblad Beroepsfotografen Nederland (1976) 1, p. 1.

Een vakfotografisch front, in BFN. Maandblad Beroepsfotografen Nederland (1976) 10, p. 1.

Fotografische Arbeiten, in Catalogus Ausstellung Akademie für das Grafische Gewerbe, München, september 1989.

Catalogus tent. Epic of the Americas. Ralph Prins photo’s of Havanna, Londen (Royal Institute of British Architects) 1989.

Cataloguskrant Ralph Prins, Den Haag (Sijthof Pers) 1986 (met foto’s).

Catalogus tent. Ralph Prins. Portret van een kunstenaar, Amersfoort (De Zonnehof) 1987.

Joodse verhalen en liederen, in Theatertje thuis, Den Haag 1989 (met foto’s).

Onzichtbaar, in Catalogus tent. Ogenblikken. Een keuze uit het werk van twaalf Haagse fotografen, Den Haag (Stichting Hollands Negatief) 1989, p. 14-17.

Catalogus tent. Foto-impressie Nationaal Monument Westerbork, Hooghalen (Stichting Voormalig Kamp Westerbork) 1989.

Ralph Prins (ontwerper), Catalogus tent. Verwondering, Wolvega (De Kijkzaal) 1990.

Ralph Prins (ontwerper), Catalogus tent. Homo Ludens. De spelende mens, Uden (De Pronkkamer) 1992.

in Foto:

Fotografie op de Vrije Academie, 28 (juni 1973) 6, p. 44-49.

Raymond Peter, 28 (juli 1973) 7, p. 25.

Paule Pia, 28 (juli 1973) 7, p. 30-35.

George Lampe, 28 (augustus 1973) 8, p. 40-43.

Team van art director en fotograaf maken foto, 28 (augustus 1973) 8, p. 50-55.

“Fotokunst”, een gesprek van Ralph Prins met Paul Citroen over fotografie, 29 (januari 1974) 1, p. 38-43.

Joop van den Berg, 29 (september 1974) 9, p. 38-41.

Opsporing verzocht, 30 (september 1975) 9, p. 34.

Flitsen, 30 (oktober 1975) 10, p. 35.

Roger-Viollet, 30 (november 1975) 11, p. 54-57.

Zelfportret, 31 (februari 1976) 2, p. 41.

Filmfoto’s, 31 (maart 1976) 3, p. 51.

Leunend met gekruiste beentjes, 31 (maart 1976) 3, p. 56-57.

Verkleed op de foto, 31 (mei 1976) 5, p. 54-55.

Minimale deformatie, 31 (mei 1976) 5, p. 55.

Twee visies op Maya Plissetskaya, 31 (mei 1976) 5, p. 69 (met foto’s).

Peter Mazel, 31 (juni 1976) 6, p. 58-61.

Lewis Caroll en Gianni Penati, 31 (juli 1976) 7, p. 32-34.

Een naaktreportage, 31 (juli 1976) 7, p. 67-69 (met foto’s).

Sanders, 31 (oktober 1976) 10, p. 44-50.

Anders dan anders, 31 (oktober 1976) 10, p. 72-75.

Gerard Fieret, 32 (oktober 1977) 10, p. 76-80.

in Fototribune.

Dierenfotografie, 27 (december 1965) 12, p. 454-457.

Bril en portret, 29 (juli 1967) 7, omslag, p. 8-12,41 (met foto’s).

Van miauw tot piep, 29 (september 1967) 9, p. 14-17.

Lachend op de foto, 29 (oktober 1967) 10, p. 18-23 (met foto’s).

Japan, 29 (december 1967) 12, p. 30-37 (met foto’s).

Toneelfoto’s van Ad van Gessel, 30 (maart 1968) 3, p. 8-13.

Annemarie poseert naakt, 30 (april 1968) 4, p. 8-13 (met foto’s).

David Robertson, 30 (mei 1968) 5, p. 28-33.

Het vangen van uitdrukkingen, 30 (augustus 1968) 8, p. 28-33 (met foto’s).

Paardenpostzegels, 30 (september 1968) g, p. 22-24.

Paule Pia, 30 (oktober 1968) 10, p. 6-13.

Oude mensen, 30 (december 1968) 12, p. 30-35.

Naaktmodel, 31 (februari 1969) 2, p. 14-21.

Michael Toner, 31 (november 1969) 11, p. 8-11.

Pan Sok, 32 (januari 1970) 1 ,p. 28-32.

Wolfgang Winter, 32 (april 1970) 4, p. 20-25, 49.

Leen Manneke, 32 (juni 1970) 6, p. 36-41.

Marcel Marceau, 32 (augustus 1970) 8, p. 14-19 (met foto’s).

Benny Holwerda, 32 (oktober 1970) 10, p. 42-45.

G.J.L. Offerhaus, 32 (november 1970) 11, p. 35-41.

Jaap Doornik, 33 (januari 1971) 1, p. 20.

J. van Griethuysen, 33 (april 1971) 4, p. 8-11.

Hoe & waarom, 33 (juli/augustus 1971) 7/8, p. 16-23 (met foto’s).

foto’s in:

Catalogus tent. Fotoschouw ’52, Den Haag (Haags Gemeentemuseum) 1952,ongepag.

[Programma] Chanah Milner ca. 1955, omslag.

[Platenhoes] LP Porgy & Bess, van His Masters Voice jaren vijftig.

Positief. Maandblad Stichting Evangelisch Herstel en Opbouw 1956-1970.

Het Vaderland, [rubriek Den Haag vandaag], vanaf 1956.

Kindertypen in Israël, in Het Vaderland 25 september 1959.

Oost & West september 1959, omslag.

“Vol verwachting klopt ons hart”, in Het Vaderland 1 december 1959.

[Brochure] Beckson, ca. 1960.

Haagsche Courant 9 mei 1960.

[Kalender] Theater, Rotterdam (Plantijn N.V.) 1960.

[fubileumbrochure] N.V. Chemische Industrie Synres, 1960.

Jaarverslag De Jeugdhaven, Rotterdam 1961.

[Brochure] Poppentheater Guido van Deth, Den Haag (Felicia van Deth Beek) ca. 1964.

[Brochure] In vogelvlucht, Den Haag (Nederlands Theaterbureau) ca. 1964.

Catalogus tent. World Press Photo ’67, Den Haag (Nederlands Congrescentrum) 1967, p. 6, 23.

Haagsche Courant 6 juni 1967.

Haagsche Courant 28 september 1967.

Catalogus tent. Theater in Blik, Amsterdam (Toneelmuseum) 1968.

Bres, ca. 1969.

TéTé, ca. 1970, foto-experimentele omslagen.

[Brochure] Academie Minerva, Groningen 1976.

Mobil Oil B.V. Jaarverslag 1980.

Mobil Oil B.V. Jaarverslag 1981.

Jan Plekker, Albert van Dalsum, man van het toneel. Een theaterdocumentaire, Zutphen (De Walburg Pers) 1983 omslag, p. 241.

Mobil Oil B.V. Jaarverslag 1985.

Mobil Oil B.V. Jaarverslag 1986.

CD Shura Lipovsky 1994, omslag.

Secundaire bibliografie

R.E. Penning, Ralph Prins. Uitzonderlijke veelzijdige begaafdheid, in Haagsch Dagblad 4 november 1950.

Auteur onbekend, Ralph Prins op zoek naar mogelijkheden, in Het Binnenhof 10 november 1950.

Cornelis Veth, Ralph Prins, in De Nieuwe Courant [Den Haag] 4 november 1950.

Jos de Gruyter, Foto’s en tekeningen door Ralph Prins, in Het Vaderland juni 1951.

Corn. Basoski, Ralph tekende en fotografeerde bewegingskunst, in Haagsch Dagblad 30 juni 1951.

S. Hageman, Middag bij de NFK, in Focus 40 (april 1955) 4, p. 91.

Auteur onbekend, “I got plenty o’nutting”, in Parnas 1 (1956).

Anton Sailer, Ralph Prins, Theaterfoto’s, in Gebrauchsgraphik 2 (1956).

J.J. Hens, Ralph exposeert in het Prentenkabinet, in Foto 13 (december 1958) 12, p. 491.

Catalogus tent. Foto’s en tekeningen, Nijmegen (De Waag) 1958.

Auteur onbekend, Ralph Prins exposeert bij GHB Amsterdam, in Graficus 20 oktober 1959.

R.E. Penning, Spel met het licht in foto’s van Ralph, in Het Vaderland september 1960.

E. v.d. V., Ralph Prins: oog voor dramatisch detail, in Het Vrije Volk 10 september 1960.

George Lampe, Interessante affiches van Ralph Prins, in Haagsch Dagblad 13 september 1961.

R.E. Penning, Ralph Prins ontwerpt dienend drukwerk, in Haagsche Courant september 1961.

K.W., Uitzonderlijke kwaliteit, in Het Vaderland 20 september 1961.

H.A. Gerritsen, Uitmuntende affiches van Ralph Prins, in Het Vrije Volk 16 september 1961.

R. E. Penning, Foto’s van Ralph zijn meer dan een document, in Het Vaderland 1963.

Auteur onbekend, Ralph Prins laat het materiaal spreken, in Graficus 8 oktober 1963.

Auteur onbekend, Ralph Prins: een affiche hoeft niet duur te wezen om goed te zijn, in Revue der Reclame 3 februari 1965.

Auteur onbekend, Hiroshima impressions 21 years after, in The Student 1966.

Catalogus tent. Interpress ’66, Moskou 1966.

Martien Coppens, Ralph Prins, in Vakfotografie 2 (1966) p. 1-2 (met foto’s).

Auteur onbekend, Affiches Ralph Prins, in Spaarbank en Publiek september 1966.

Auteur onbekend, Ralph Prins. Hagenaar is winnaar van “Interpress” in Moskou, in Haagsche Courant 18 oktober 1966.

Auteur onbekend, Fotograaf Prins ontevreden over Russische “Foto ’66”, in Haagsche Courant 21 oktober 1966.

Pem Sluijter, De bom en de cola, in Algemeen Handelsblad 22 oktober 1966.

Auteur onbekend, Nederlands jurylid: Gechicaneer met foto’s in Moskou, in Het Parool 22 oktober 1966.

Auteur onbekend, Gecensureerd geluk. Fotoserie in Moskou “politiek” bekroond. Ralph Prins blij ondanks kritiek, in Algemeen Dagblad 24 oktober 1966.

Auteur onbekend, Voor Hiroshima van heden is bom aas voor toeristen. Fotograaf Ralph Prins terug uit Moskou, in De Tijd 25 oktober 1966.

Auteur onbekend, Ralph Prins en het geheim van het Bolshoï-theater, in Nieuwblad van het Noorden 29 oktober 1966.

D.F. van de Pol, Ralph Prins, portrettist. Hagenaar kreeg grote fotoprijs in Moskou, in Het Vaderland 5 november 1966, p. 2.

Auteur onbekend, Russen goochelden met serie foto’s van Hagenaar Ralph Prins. ‘Ik ben geen ban-de-bommer maar in Hiroshima ben ik toch wel geschrokken’, in Het Binnenhof 21 november 1966.

Jacques Meijer, Ralph Prins wint Grand Prix in Moskou, in Fototribune 28 (december 1966) 12, p. 32-35 (met foto’s).

Auteur onbekend, Ralph Prins won opnieuw persprijs, in Haagsche Courant 26 juli 1967.

Auteur onbekend, Ralph Prins wint weer Russische fotoprijs, in Het Vaderland 26 juli 1967.

Catalogus tent. Triënnale Theatre dans 1’Art Photographique, Novi Sad 1968.

Auteur onbekend, Haags fotograaf wint medaille in Zuid-Slavië, in de Volkskrant 31 mei 1968.

Martin Uitvlugt, “Talent, discipline, ambitie”. Weer grote prijs voor Ralph Prins, in Het Vaderland 1 juni 1968, p. 20.

Catalogus tent. Theaterfoto’s Ralph Prins, Amsterdam (Toneelmuseum) 1970.

Catalogus tent. Foto-portret, Den Haag (Haags Gemeentemuseum) 1970, p. 62.

Auteur onbekend, Ralph Prins ontwerpt monument Westerbork, in Haagsche Courant 20 februari 1970.

André Rutten, Geboeid door beweging. Toneelfoto’s van Ralph Prins, in De Tijd 2 maart 1972.

Ben Huising, Ralph Prins’ theaterfoto’s, in Trouw 7 maart 1972.

Simon Koster, Foto’s van Ralph Prins, in Haarlems Dagblad 9 maart 1972.

Auteur onbekend, Camera in het theater, in Het Parool 11 maart 1972.

Else Madeion Hooykaas, Theaterfoto’s van Ralph Prins, in Foto 27 (juni 1972) 6, p.51.

Auteur onbekend, Fotokunst fra teatrets verden, in Bergens Tidende (Noorwegen) 3 november 1973.

Bj. K., Verdenskjent teaterfotograf pa UB, in Morgenwisen Bergen 3 november 1973.

Willem K. Coumans, Ralph Prins vertaalde Marcel Marceau, in Maastrichts Dagblad 1974.

Willem K. Coumans, Ralph Prins zag Marcel Marceau in foto’s en tekeningen, in Foto 29 (maart 1974) 3, p. 21.

Dolf Welling, Duivelse genoegens in Voorburgs museum, in Haagsche Courant 27 januari 1976.

Hedendaagse Haagse beeldende kunstenaars, Den Haag (Dienst voor Schone Kunsten) 1977.

Els Barents (red.), Fotografie in Nederland 1940-1975, Den Haag (Staatsuitgeverij) 1978, p. 96, met losse biografie.

Philipp Luidl, Designer Ralph Prins, in Novum- Gebrauchsgraphik 3 (1980), p. 30-37 (met elf fotoaffiches).

J. van Kranendonk, Indrukwekkende foto’s Ralph Prins, in Haagsche Courant 13 mei 1980.

Cathérine van Houts, Ralph Prins legt kampervaringen in zijn werk, in Het Parool 20 oktober 1981.

Sybren Paul, Ralph Prins, wie is dat?, in NAPA (Curacao) 20 januari 1984.

Hendrik van Leeuwen, Rake theaterfoto’s van Ralph Prins, in Delftse Courant 9 oktober 1984.

Cataloguskrant Ralph Prins, gemaakt naar aanleiding van vijf verschillende eenmanstentoonstellingen in 1986, Den Haag 1986.

Pem Rutgers-Sluijter, Ik ben een geboren toeschouwer, in Wending 5 (1986), p. 287-304 (met foto’s).

Lex Gilhuys, Ralph Prins, in een oogopslag, in Haagsche Courant 1 maart 1986.

Friggo Visser, Ralph Prins, 60 jaar, in Nieuwsblad van het Noorden september 1986.

Auteur onbekend, Tussen Gutenberg en Ralph Prins, in Compres 11 november 1986.

Catalogus tent. Ralph Prins. Portret van een kunstenaar, Amersfoort (De Zonnehof) 1987.

Catalogus tent. Verwondering, Wolvega (De Kijkzaal) 1990.

Catalogus tent. Le théatre a 1’affiche. Theateraffiches uit Frankrijk en Nederland, Den Haag 1990.

Auteur onbekend, Weinig verkoop op kunstmarkt Stadhuisplein, in Leidsch Dagblad 12 juli 1990.

Catalogus tent. Humanity, noodzaakaffiches Ralph Prins, Den Haag (De Vrije Academie) 1991.

Catalogus tent. De Nieuwe Vrijheid. Joodse kunstenaars in Nederland 1945-1960 Amsterdam (Joods Historisch Museum) 1991.

Hans Oerlemans, Ralph Prins, nog altijd vormgever van hartekreten, in Het Binnenhof 10 mei 1991.

Stijn Duuk, Kunstenaar Ralph Prins, in Brabants Dagbdlad 6 mei 1992.

Rob Wissink, Ralph Prins, in Hengelo’s Dagblad 15 mei 1992.

Annemiek van der Vest, Ik kan nu werken zoals ik wil, in Zwolsche Courant 5 augustus 1992.

Toos Bartelds, Ralph Prins, veelzijdig kunstenaar, in Kijk op ‘t Noorden maart 1993 p. 51-57.

Catalogus tent Oog voor elkaar, oor voor elkaar. Handicap en Samenleving, 1993.

Robert P. Welzel, Auch kleinstes Licht ist wichtig, in Der Weg 29 juni 1994.

Bram Hulzebos, Werkmanprijswinnaar Ralph Prins, in Nieuwsblad van het Noorden 27 september 1994.

Pauline Weseman, Kunstenaar Ralph Prins, in Aktie (1995) 9.

Auteur onbekend, Warmte, schoonheid tonen, in Centraal Weekblad Amsterdam 24 februari 1995.

Cees Straus, Atelier Ralph Prins, in Trouw 2 maart 1995.

Willem van Hamersvelt, Ralph Prins, in Nieuwsblad van het Noorden 4 maart 1995 (met foto’s).

Martin Schouten, Ralph Prins, “Al het bevoorrechte”, in de Volkskrant 11 maart 1995.

Mieke Preude-Meyer, Oppassen voor zelfexpressie, in Haarlems Dagblad 8 september 1995.

Eva den Buurman, Ralph Prins toont Theater, in Nieuw Israëlietisch Weekblad 8 maart 1996.

Auteur onbekend, Het enige dat ik moet doen is mijn ziel hechten aan die van mijn model, in Schager Weekblad 24 april 1996.

E. de Vries, Ralph Prins graficus zonder grenzen, in Compres 29 mei 1996, p. 26-29.

Karla Götz, Weltkünstler Ralph Prins gestaltet das Toscaprogrammheft, in Braunschweiger Zeitung 26 oktober 1996.

Lidmaatschappen

ATYPI (Association of Typographs International).

BDB (Bund Deutscher Buchgestalter).

BFN (voorzitter van 1975-1979).

BNO (Bond van Nederlandse Ontwerpers).

Europhot.

GVN (Grafische Vormgevers Nederland).

ICTA (International Center for the Typographic Arts).

NFK.

St Lucas.

Jury tentoonstelling De mens en zijn omgeving (NAFV), Amsterdam 1978.

Onderscheidingen

1966 Grand Prix Interpress ’66 (voor Hiroshima serie), Moskou.

1967 Nowosjti Persprijs (voor portret Maya Plissetskaya), tentoonstelling Moskou en de Moskovieten, Moskou.

1967 Zilveren medaille, internationale foto-expositie, Berlijn.

1967 Eerste prijs, internationale affichetentoonstelling, Wenen.

1968 Eerste prijs (en andere onderscheidingen) II Triënnale Theatre dans 1’Art Photographique, Novi Sad.

1969 Eerste prijs Internationale affiche tentoonstelling, Stockholm.

1971 Eerste prijs (en andere onderscheidingen) III Triënnale Theatre dans 1’Art Photographique, Novi Sad.

1982 Henegouwerprijs, Political Posters, Mons 1982.

1994 H.N. Werkmanprijs (voor Amnesty International affiches).

Tentoonstellingen

1947 (e) Fotogrammen (rondreizende tentoonstelling door Polen).

1951 (e) Den Haag, Kunstzaal Plaats, Mime-pantomime-negerballet.

1951 (g) Parijs, Musée de la Danse (rondreizende tentoonstelling: in 1952 naar Rome, Milaan en San Remo).

1952 (g) Den Haag, Haags Gemeentemuseum, Fotoschouw ’52.

1953 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Photo+Scene.

1955 (g) New York, Greenwich Village, Dutch Photography.

1958 (e) Nijmegen, De Waag, Foto’s en tekeningen.

1958 (g) Pescara, II Biënnale Internazionale di Fotografia per Invito (rondreizende tentoonstelling: in 1959 naar Hamburg en in 1960 naar Tokyo).

1959 (e) Amsterdam, GHB, Ralph Prins.

1959 (e) Leiden, Prentenkabinet van de Rijksuniversiteit Leiden, Ralph foto’s/tekeningen.

1960 (e) Den Haag, Kunstzaal Plaats, Foto ‘s Ralph.

1960 (e) Rotterdam, ‘t Venster, Ralph foto’s, tekeningen, drukken.

1962 (e) Den Haag, Du Midi, Kinderen foto ‘s Ralph.

1963 (e) Den Haag, Kunsthandel Martinus Liernur, Foto ‘s Ralph.

1963 (e) Den Haag, Academie voor beeldende kunsten, Ralph Prins.

1964 (g) Kassel, Documenta III.

1966 (g) Moskou, Manezji-hal, Interpress ’66.

1966 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Zeefdrukaffiches.

1966 (e) Warschau, Ralph Prins Foto’s.

1967 (g) Berlijn, [internationale fotoexpositie] .

1967 (g) Moskou, Moskou en de Moskovieten.

1967 (g) Den Haag, Nederlands Congrescentrum, World Press Photo ’67.

1967 (g) Parijs, Unesco, Atypi-expositie.

1967 (g) Wenen, [internationale affichetentoonstelling].

1968 (g) Amsterdam, Toneelmuseum, Theater in blik.

1968 (e) Amsterdam, Toneelmuseum, Ralph Prins.

1968 (g) Novi Sad, II Triënnale Theatre dans l’Art Photographique.

1969 (g) Eindhoven, Fotomundi.

1970 (g) Den Haag, Haags Gemeentemuseum, Foto-portret.

1971 (g) Novi Sad, III Triënnale Theatre dans l’Art Photographique.

1972 (g) World Press Photo 1971-1972.

1972 (e) Amsterdam, Toneelmuseum, Theaterfoto ‘s Ralph Prins.

1972 (e) Oslo, Heny Onstadt Museum, Theaterfoto ‘s.

1973 (e) Bergen (Noorwegen), Universiteit, Theaterfoto ‘s Ralph Prins.

1974 (e) Maastricht, Galerie Dander, Ralph Prins [tekeningen en foto’s van Marcel Marceau].

1975 (e) Warschau, Galerii Fotografiki STF/ZPAF, Wystawy Fotografii Ralpha Prinsa (rondreizende tentoonstelling door Polen).

1976 (g) Den Haag, Ace-Art Gallery, Frederick Linck en Ralph Prins.

1976 (e) Den Haag, Haags Gemeentemuseum, Ralph Prins [Haags Atelier nr. 31].

1977 (g) Amsterdam, Rijksmuseum Vincent van Gogh, World Press Photo 1977.

1977 (g) Boekarest, 1e Tentoonstelling Vakfotografie.

1977 (g) Fribourgh, Fotokunst Triënnale.

1979 (g) Amsterdam, Rijksmuseum Vincent van Gogh, World Press Photo 1979.

1980 (e) Den Haag, De Kuil, Ralph Prins Foto ‘s.

1980 (e) Termunterzeil, Galerie ‘t Golden Zieltje, Oogappeltjes (kinderfoto’s).

1981 (e) Den Haag, Fotogalerie Kiek, Ralph Prins.

1982 (e) München, Akademie für das grafische Gewerbe, Fotografische Arbeiten.

1983 (e) Emmerich, Plakatmuseum, Ralph Prins.

1983 (e) Willemstad. U.N.A., Ralph Prins foto ‘s.

1983 (e) Willemstad, Synagoge, Ralph Prins foto ‘s.

1984 (e) Delft, Waagfoyer, Theaterfotografie.

1984 (e) Mainz, Gutenbergmuseum, Ralph Prins.

1984 (e) Rijswijk, Museum Rijswijk, Ralph Prins Foto ‘s.

1984 (e) Willemstad, Curacaosch Museum, Ralph Foto’s.

1986 (e) Groningen, ABK Academie Minerva, Ralph Prins.

1987 (g) World Press Photo ’87.

1987 (e) Amersfoort, Zonnehof, Ralph Prins, portret van een kunstenaar.

1989 (g) Den Haag, Galerie Nouvelles Images, Ogenblikken, 12 Haagse fotografen.

1989 (e) Hooghalen, Herinneringscentrum Kamp Westerbork, Foto-impressie Nationaal monument Westerbork. Noodzaak affiches.

1989 (e) Londen, Royal Institute of British Architects, Epic of the Americas, Photogaphs of Havanna by Ralph Prins.

1989 (e) Londen, Semana Cubana, Baseballphotos Ralph Prins.

1990 (g) Den Haag, Koninklijke Schouwburg Den Haag/Institut Francais Den Haag, Le Theatre a l’affiche. Theateraffiches uit Frankrijk en Nederland.

1990 (e) Wolvega, De Kijkzaal, Verwondering.

1991 (g) Amsterdam, Joods Historisch Museum, De Nieuwe Vrijheid. Joodse Kunstenaars in Nederland 1945-1960.

1991 (e) Den Haag, Vrije Academie, Noodzaakaffiches.

1992 (e) Den Haag, Aandachtcentrum, A rose is a rose, bloemenfoto’s.

1992 (g) Hilversum, I.F.F., Muziek verbeeld.

1992 (e) Scheveningen, De Liefde, Twee muzikanten, foto ‘s Ralph.

1992 (e) Uden, Pronkkamer, Homo Ludens, de spelende mens.

1993 (g) Oog voor elkaar, oor voor elkaar. Handicap en Samenleving (rondreizende tentoonstelling door Nederland).

1993 (e) Amsterdam, De Krakeling, Operafoto’s Ralph Prins.

1995 (g) Chaumont, Festival, Affiches.

1995 (e) Lochum, KunstGalerij, Ralph Prins, tekeningen, foto ‘s affiches.

1996 (e) Den Haag, Pulchri Studio, Theater overzichtstentoonstelling.

1996 (e) Deventer, Etty Hillesumcentrum, Ralph Prins, foto ‘s, tekeningen, affiches.

1997 (e) Utrecht, Muziekcentrum Vredenburg, Maestro ‘s van de straat, foto’s.

Televisieprogramma’s

(jaar onbekend) Was getekend Ralph Prins (EO).

1992 (februari) De Stoel, programma van Rik Felderhof (NRCV)

1992 Homo Ludens (Brabantse regionale zender).

Video’s

1989 (mei) Geboren uit nieuwsgierigheid, video door Frits van Echteren over Ralph Prins.

Bronnen

Den Haag, Ralph Prins, documentatie en mondeling informatie.

Leiden, Prentenkabinet, bibliotheek en documentatiebestand.

Collecties

Amsterdam, Joods Historisch Museum.

Amsterdam, Stedelijk Museum.

Den Haag, Gemeentemuseum.

Emmerich, Plakatmuseum (affiches).

Essen, Plakatmuseum (affiches).

Leiden, Prentenkabinet van de Rijksuniversiteit Leiden.

Mainz, Gutenberg Museum.

New York, Museum of Modern Art.

Washington, Library of Congress.

Auteursrechten

De auteursrechten op het fotografisch oeuvre van Ralph Prins berusten bij Ralph Prins te Den Haag.