FotoLexicon, 7e jaargang, nr. 13 (maart 1990) (nl)

Peter Martens

Carla van der Stap

Extract

Peter Martens reist vanaf de jaren zestig als fotograaf de wereld rond en richt zijn lens vooral op de zelfkant van de samenleving in de grote wereldsteden. Structurele misstanden als honger en armoede zijn onderwerpen die regelmatig in zijn werk terugkeren. Zijn reportages tonen voornamelijk het deerniswekkend bestaan van het individu in zijn alledaagse leed.

Biografie

.

1937

Peter Mathieu Martens wordt op 1 maart geboren te Rotterdam op het Noordereiland.

1948

Op elfjarige leeftijd wordt hij door zijn ouders in het internaat Eikenburg te Eindhoven ondergebracht.

1962

Nadat hij zijn HBS diploma net niet gehaald heeft, gaat Martens een half jaar in Zwitserland werken en heeft vervolgens diverse baantjes in Nederland, onder andere in een fotowinkel. Hij gaat een opleiding aan de Fotovakschool in Den Haag volgen.

1963-‘64

Martens komt als assistent in dienst bij Leen van Oudgaarden te Rotterdam voor de periode van twee jaar.

1965

In deze tijd werkt hij als still-fotograaf mee aan twee door Joop Landré geproduceerde Nederlandse speelfilms, te weten Rififi in Amsterdam en De vergeten medeminnaar.

1966-‘67

Martens leidt een zwervend bestaan, waarbij hij eerst in Europa en later ook in andere continenten mensen op straat fotografeert. Zijn foto’s levert hij met een kort verhaal aan diverse dagbladen. Ook maakt hij portretten van zijn vrienden in het door hen gefrequenteerde café De Fles te Rotterdam.

1969

Via het ministerie van CRM krijgt hij een reisbeurs, waarmee hij een reis naar Israël maakt om de contrasten tussen Arabieren en Israëliërs vast te leggen.

1970

Voor het eerst reist Martens naar de Verenigde Staten, onder andere naar New Orleans, Las Vegas en New York.

1971

Martens maakt een reportage in Calcutta, India. In hetzelfde jaar reist hij naar Bangkok en Hongkong.

1972

Hij fotografeert in Colombia, waar hij het melaatsendorp Agua de Dios in hartverscheurende beelden vastlegt. Avenue publiceert deze reportage.

1973

Hij werkt als fotograaf in Lagos (Nigeria) en in Noord-Ierland.

1977

Voor zijn series over neonazi’s in de Verenigde Staten en Amerikaanse oorlogsslachtoffers van Vietnam ontvangt Martens een tweevoudige prijs in de categorie ‘Miscellaneous’ van World Press Photo.

Voor binnen- en buitenlandse bladen is hij freelance fotograaf.

1978

In opdracht van het weekblad Panorama gaat Martens tweemaal naar Beiroet en fotografeert onder andere invaliden ten gevolge van de oorlog aldaar. Hij maakt er tevens een reportage over het verbouwen en smokkelen van hashish en over de handel in deze drugs.

1979

Samen met de journaliste/columnniste Renate Dorrestein, met wie hij reeds eerder in de jaren zeventig voor verschillende tijdschriften werkte, maakt Martens in Noord-Ierland een reportage over de activiste Bernadette Devlin.

Hij ontvangt de tweede prijs in de categorie ‘Color picture stories’ van World Press Photo voor zijn serie over het vreemdelingenlegioen.

1980

Martens fotografeert in Opper Volta, in de hoofdstad Ouagadougou.

1982

In opdracht van Panorama vertrekt hij naar Israël en Zuid-Libanon om een reportage te maken over de huurlingen van majoor Haddad.

Ook brengt Martens een bezoek aan het door honger getroffen Noord-Kenia om de ramp aldaar in beeld te brengen.

1983

Met een reisbeurs van het ministerie van CRM reist Martens nogmaals naar Calcutta, nu samen met Renate Dorrestein.

1984

Martens wordt uitgenodigd door onder andere Magnum om werk te leveren voor fotoboeken over steden en fotografeert hiervoor in Los Angeles en in Londen.

Hij krijgt de Joop Alblasprijs uitgereikt voor zijn gehele oeuvre.

1985-‘86

Voor het boek Ireland, a week in the life of a nation, dat in 1986 verschijnt, werkt Martens in Ierland.

1988

De Stichting Zilveren Camera roept Martens uit tot Fotojournalist van het Jaar.

1989

Martens reist naar New York om de wijk Harlem, die binnenkort geheel gesaneerd wordt, in oude staat te fotograferen.

1992

Op 16 april overlijdt Peter Martens.

Beschouwing

Martens voelt zich verwant aan en vereenzelvigt zich snel met degenen die onderwerp zijn van zijn foto’s, en dat betreft vooral de minder bedeelde medemens. Deze houding van solidariteit voert hij door tot in zijn eigen leefwijze die zeer sober te noemen is. Door middel van zijn fotografie hoopt hij dat het besef van „die andere wereld doordruppelt naar onze wereld”. Zijn reportages handelen over onrecht, machtsmisbruik, uitbuiting en het opkomend militarisme c.q. fascisme.

Lieflijkheid, vrolijkheid en het kleine geluk van het dagelijks leven komen zelden voor in zijn reportages.

Na zijn middelbare schoolopleiding leidde Martens een zwerversbestaan waarin hij talloze werkzaamheden aanpakte. Onder andere werkte hij als hulp in een fotoatelier, waar hij foto’s moest snijden, plakken, ontwikkelen en spoelen.

In 1962 ging hij de Fotovakschool in Den Haag volgen en na deze opleiding afgerond te hebben, werd hij door bemiddeling van een kennis assistent bij de fotograaf Leen van Oudgaarden. De praktijkervaring die hij bij Van Oudgaarden opdeed was een goede aanvulling op de technisch georiënteerde opleiding van de Fotovakschool. Na enige tijd bleek Martens een uitstekend fotograaf van trouwerijen. Hij leerde hierdoor snel en adequaat contact te maken met mensen, een vaardigheid die in zijn latere fotografie van groot belang zou zijn.

Uit nieuwsgierigheid naar het filmwezen werkte Martens in het begin van de jaren zestig als still-fotograaf voor twee Nederlandse speelfilms. Deze tijd bestempelt Martens weliswaar als leerzaam, maar hij kwam er al gauw achter dat deze tak van fotografie te statisch voor hem was. Later heeft Martens wel, in samenwerking met de filmer Fred Lievense, meegewerkt aan korte documentaire films.

Vanaf het prille begin van zijn fotografenbestaan was Martens geïnteresseerd in mensen. In het begin van de jaren zestig, ten tijde van zijn cursus aan de Fotovakschool, bracht hij veel tijd door in café De Fles in Rotterdam, waar de plaatselijke ‘incrowd’ samenkwam. In deze existentialistische entourage maakte Martens zijn eerste portretten; die van de jeugd met de „bleke koppies”. Deze foto’s ademen dezelfde melancholieke sfeer die Ed van der Elsken tien jaar eerder vastlegde in een serie van de jeugd van Parijs: jeugd in donkere, sobere kleding. Deze sfeer bereikte Martens door veel zwart en zware schaduwen in zijn foto’s te verwerken en af te drukken met een grove korrel. Andere portretten, die hij enkele jaren later maakte van ouderen en kinderen, zijn helder en scherp. Deze doen denken aan de naoorlogse traditie van de humanistische fotografie.

Martens portretteerde op zijn diverse tochten in grote steden als Rome, Londen en Barcelona en in landen als Griekenland, Portugal, Spanje en Italië, veel mensen, vooral zwervers. Hij zat met zijn camera de mensen als het ware op de huid met als resultaat gerimpelde koppen en doorgroefde gelaten. Deze foto’s roepen een associatie op met de portretten die Martien Coppens maakte van de Brabantse boeren in de jaren vijftig.

Begin jaren zestig werden Martens’ portretten geëxposeerd in jeugdcentra en in cafés. In 1968 exposeerde Galerie ‘t Venster in Rotterdam (die al in 1963 werk van Martens bracht) honderden foto’s op groot formaat van zijn eerste reizen.

In zijn latere portretten van onder andere kunstenaars/schrijvers als Bert Schierbeek, Simon Vinkenoog of Bob den Uyl, is te zien dat Martens de karakteristieke eigenschappen van de personen naar voren haalt door houding, opnamestandpunt en omgeving een rol te laten spelen. Hierdoor worden de karakters op een speelse wijze benadrukt. Vinkenoog is bijvoorbeeld geportretteerd met een druppel aan zijn neus, toen hij uiterst geconcentreerd een voordracht hield. In een portret van Den Uyl is met beeldritme gewerkt door diens lange, smalle gezicht te combineren met een spitse kerktoren. Jules Deelder met zijn kleine zwarte, ronde brilletje is als een ‘underground’-figuur in de Metro geportretteerd.

Martens’ werk bestaat in feite voor een groot deel uit portretfotografie, soms in close-up maar merendeels in een context geplaatst. Mensen, individuen, blijven zijn favoriete onderwerp: „Als ik geen gezichten of ogen zie op een foto, is het voor mij niet interessant”.

Martens noemt zijn eigen werk gespecialiseerde fotojournalistiek en betitelt zichzelf ook wel als straatfotograaf.

Wanneer een fotograaf met zijn werk een persoonlijke betrokkenheid toont, rijst altijd de vraag wat zijn motivatie is. Om de motivatie van Peter Martens enigszins te kunnen begrijpen moet teruggekeken worden naar zijn jeugd. Voor zijn ouders was Peter een onhandelbare jongen. Hij werd door hen op het internaat bij de Broeders van Liefde te Eindhoven geplaatst. De paters kweekten door hun harde aanpak bij Martens een ‘gezond wantrouwen’ tegenover mens en maatschappij.

Uiteindelijk vond Martens in de sociaaldocumentaire fotografie de uitlaatklep voor zijn groeiend ongenoegen betreffende het onrechtvaardige noodlot van veel individuen. De fotografie van Martens laat weinig ruimte om te relativeren. Roland Barthes was wat betreft onverhullende, harde fotografie van mening (in Le Message Photographique, 1961) dat schokkende, geraffineerde foto’s ons weinig doen, omdat ze ons beroven van ons oordeel. Martens beoogt echter een eerlijke manier van fotograferen. Voor hem is dat de rechttoe rechtaan fotografie.

In tegenstelling tot de nieuwe lichting sociaaldocumentaire fotografen in Nederland (zoals Hannes Wallrafen, Taco Anema en Hans Aarsman), die sedert medio jaren tachtig door middel van enscenering aandacht zijn gaan vragen voor sociale misstanden, streeft Martens niet naar beïnvloeding van de realiteit of esthetiek in zijn fotografie. Toch is in zijn werk de esthetiek altijd aanwezig, vooral in zijn recente kleurenreportages. De kleurenreportages hebben een zachtmoediger karakter, zowel qua inhoud als qua uitbeelding. Dit wordt mede veroorzaakt door de nuance die kleur met zich meebrengt. Afgezien van de hardheid van Martens’ werk passen de betrokkenheid bij de mens en het commentaar op sociale misstanden in de traditie van de Nederlandse reportagefotografie.

Alleen opdrachten die voor hem zinvol zijn accepteert hij, één van de redenen waarom hij zich nauwelijks heeft ingelaten met reclame- of bedrijfsfotografie. Meestal gaat Martens op eigen initiatief te werk en biedt zijn fotoreportages aan bij diverse bladen.

Van 1974 tot 1982 maakte hij reportages voor de weekbladen Panorama, Nieuwe Revu en De Tijd, regelmatig in samenwerking met Renate Dorrestein. Zij reisden samen onder andere naar Amerika, India (Calcutta) en Afrika om deerniswekkende situaties in die landen te verslaan.

Om de werkelijkheid zo dicht mogelijk te benaderen probeert Martens in de zoeker reeds het gehele beeld te bepalen. Bovendien bereikt hij hiermee dat de kijker het gevoel krijgt zich middenin een situatie te bevinden. In zijn foto’s dragen alle elementen bij aan het gefotografeerde onderwerp; kleine aanduidingen en contrasten uit de omgeving – zaken die reeds in zijn vroege portretfotografie zijn te onderkennen – spelen een belangrijke rol in de betekenisgeving van het hoofdonderwerp.

De documentaire inhoud van de foto’s van Martens wordt versterkt door zijn subtiele gevoel voor de formele aspecten. Andere factoren die hij laat meespelen om de zeggingskracht van zijn werk te versterken, zijn het afdrukken op groot formaat (voor tentoonstellingen maakt hij drukken tot 1×1 m) en een sterke contrastwerking in zwart-wit.

Voorafgaand aan de grote tentoonstellingsdrukken maakt hij eerst een gave afdruk waarvan hij weer een reproductienegatief maakt van 9×12 cm. Hiervan wordt de uiteindelijke vergroting gemaakt. Op deze wijze voorkomt hij ‘dure’ misdrukken op het grote formaat.

Hij drukt af op barietpapier dat een pittig contrast in zich draagt en gebruikt glanzend papier dat zonder behandeling in een glanspers een zijdematte afdruk geeft.

Het meest werkt Martens met de standaardlens (35 mm), omdat daarmee de realiteit het minst beïnvloed wordt en vervormingen worden vermeden. In de eerste helft van de jaren zeventig, toen hij als freelance fotograaf voor het weekblad Panorama werkte, gebruikte hij regelmatig een groothoeklens onder invloed van de toen heersende tendens onder de fotojournalisten om vervreemdende groothoekopnamen te maken.

Martens past in principe geen technische ingrepen achteraf toe.

De afwerking van de kleurendia’s en de kleurenvergrotingen laat hij geheel verzorgen door een fotolaboratorium.

Wanneer Martens op reis gaat, bereidt hij zich geestelijk en materieel goed voor en vormt zich een gedegen beeld van wat hij kan verwachten.

Hij neemt bij voorkeur een minimale hoeveelheid camera-attributen mee en hij draagt een speciaal jack waarin zijn fotospullen opgeborgen kunnen worden.

Vanwege zijn werkzaamheden voor Het Rode Kruis is Martens in het bezit van een Rode Kruisdocument, dat hem menigmaal toegang verschaft tot plaatsen waar hij met alleen een paspoort geen toegang zou krijgen. Het contact dat Martens met de mensen die hij fotografeert maakt is in de regel non-verbaal, visueel en gevoelsmatig. Hij zoekt altijd naar een soort verstandhouding met hen; hij maakt dan ook zelden een ‘candid’ foto.

In 1970 ging Martens voor het eerst naar New York. Deze stad intrigeert hem zodanig, dat hij er daarna vele malen naar terugkeerde. In 1987 verbleef hij er ruim twee maanden om een daklozenreportage, waar hij reeds enige jaren aan werkte, af te ronden. De harde reportages die Martens in de loop der jaren in New York maakte, vooral die van de afdeling Homicide van de New Yorkse politie, de gaarkeukens, de Bowery (alcoholistenwijk) en de daklozencentra kunnen naast het werk van Weegee gelegd worden. In directheid en hardheid, maar ook qua inhoud is een frappante gelijkenis te zien. Ook Weegee fotografeerde in de Bowery, ging met de politie op (nachtelijk) avontuur en fotografeerde in de ‘shelters’.

In de grote steden gaat Martens op zoek naar bedelaars, waaronder kinderen die soms door hun ouders verminkt worden om medelijden op te wekken en ‘outcasts’. Consequent benadrukt hij het isolement en de eenzaamheid van de mens in de stadsjungle. Martens schrikt niet gauw terug voor grenzen, met als uiterste consequentie het in beeld brengen van de dood. Dit laatste thema, de dood en het moment vlak voor de dood, houdt Martens bezig. Dit thema komt dan ook regelmatig voor in zijn werk. Voor het boek A day in the Life of London (uitgave van Magnum 1984) koos Martens bijvoorbeeld als onderwerp St.Joseph Hospice for the dying, waar mensen die medisch opgegeven zijn, komen om te sterven.

Martens laat met zijn foto’s niet slechts de ene, letterlijk in armoede levende kant van de samenleving zien, maar toont ook de innerlijke leegheid van de westerse, ‘beschaafde’ mens in reportages over striptease, sex- en nachtclubs, body builders wedstrijden en missverkiezingen, in series over dikke mensen in Amerika en over het vreemdelingenlegioen. Op een niet te evenaren wijze toont hij in zijn reportages over de sex- en nachtclubs de banaliteit van deze schijnwereld en haar troosteloosheid. Deze foto’s doen qua inhoud en intentie denken aan de fotografie van Diane Arbus. Een grote overeenkomst in het werk van Martens en Arbus is de sterke gerichtheid op de randfiguren, die in de foto’s tragiek en defaitisme uitstralen.

De lezers van de Nederlandse opiniebladen zijn, aldus Martens, al op de hoogte van wat er speelt in de wereld; hun oordeel zou alleen maar bevestigd worden. Daarom ziet hij zijn werk het liefst gepubliceerd in familiebladen als Panorama en de Nieuwe Revu.

Sedert 1974 fotografeerde Martens als freelance fotograaf voor Panorama en vanaf 1979 publiceerde dit blad wekelijks een foto van hem over een dubbele pagina (een zogenaamde double spread). In 1985 toen er een nieuwe fotoredacteur aantrad met een totaal andere smaak, werd deze wekelijkse publicatie stopgezet.

Wanneer de Nieuwe Revu zijn werk publiceerde, gebeurde dat soms anoniem en soms onder het pseudoniem Marten Peters, vanwege de rivaliteit met Panorama.

Foto’s van structurele misstanden zoals die van Martens, zijn geen actuele nieuwsfoto’s en komen dan ook niet op de voorpagina’s van de dagbladen. Vanwege de aard van zijn werk zijn er in Nederland maar enkele week- en maandbladen die zijn foto’s kunnen gebruiken.

Door het confronterende karakter wordt zijn werk niet altijd gewaardeerd. Martens is in de pers afgeschilderd als een bikkelharde fotograaf, een „lijkenpikker”, een „masochist”. Hij is inderdaad onverbiddelijk in het tonen van de rauwe alledaagse werkelijkheid en bereikt voor sommigen de grens van het immorele, maar hij gaat uiterst integer te werk en met groot respect voor de mensen die hij fotografeert.

Voorbeelden van de controversiële aard van zijn werk zijn het weghalen van enkele foto’s van neo-nazi’s op de tentoonstelling Foto en Vormen in het kasteel te Wijchen (1985) en de weigering van Panorama om de serie moordfoto’s die Martens in New York maakte, te plaatsen, omdat men deze te onsmakelijk vond.

Internationale waardering daarentegen bleek uit het feit dat Martens in 1987 uitgenodigd werd door Cornell Capa om in het International Centre for Photography in New York een lezing te houden over zijn werk.

Het eigenzinnige oeuvre van Martens vormt een document van wereldwijde maatschappelijke tegenstellingen. Door de nadruk te leggen op het uitzichtloze leed van de individu en de vereenzaming van een groot deel van het mensdom maakt Martens structurele problemen zichtbaar, die zonder zijn gedrevenheid buiten zicht zouden blijven.

Documentatie

Primaire bibliografie

Kontrasten in Israël, in Focus 55 (november 1970) 11, p. 28-31 (met foto’s).

Hollands dagboek, in NRC Handelsblad 11 mei 1974 (met foto’s).

1/250 op 8, Eindhoven (Stedelijk van Abbe Museum) 1978.

Renate Dorrestein (tekst), Nothing special, Amsterdam (Kosmos) 1981.

Frans Vogel (tekst), ‘t Staartje van De Fles, Rotterdam (Robbemond) 1988 (Bundeling van artikelen die eerder in Het Vrije Volk zijn verschenen).

Cruel compassion, Amsterdam (Fragment) 1989.

foto’s in:

Modern Photography Annual 1971.

Foto Magazin (maart 1971) 3, p. 64.

Bild der Zeit (januari 1973) 1, p. 52.

Fleur Adcock e.a., Dichters in Rotterdam, Rotterdam (Rotterdamse Kunststichting) 1975 (Sonde Special no. 2).

Avenue (januari 1975) 1, p. 5, 62, 64-65, 67.

Fotografia Italiana juli 1976, p. 30-31.

Catalogus tent. World Press Photo, Amsterdam (Teleboek bv) 1977, p. 36-37.

Catalogus tent. Atelier 14, Amsterdam (Stedelijk Museum) 1977.

Robert de Hartogh (samenstelling), Kijkboek over gastarbeid, Utrecht (Nederlands Centrum Buitenlanders) 1977, afb. 2, 10, 13-16, 21-23, 34, 64-65, 67, 69.

Catalogus tent. World Press Photo, Amsterdam (Teleboek bv) 1979, p. 26-27.

Auteur onbekend, De nieuwe schuttingtaal. Een fotoreportage van Peter Martens, in Vrij Nederland-Bijvoegsel (11 oktober 1980) 41, omslag, p. 2-5, 8-11, 14-15.

Vrij Nederland 7 februari 1981.

Catalogus tent. World Press Photo, Amsterdam/Brussel (Elsevier) 1983, p. 98.

Photo (Italië) (maart 1983) 93, p. 81-87.

Photo Magazin (maart 1983) 38, p. 50-61, 90.

Klaus Fabricius en Red Saunders (eds), 24 Hours in the life of Los Angeles, New York (Alfred van der Marck Eds.) 1984.

Die stad komt nooit af. Impressie naar aanleiding van tien jaar stadsvernieuwing in Rotterdam, Rotterdam (Uitgeverij 010) 1984.

Red Saunders en Syd Shelton (project organizers), A day in the life of London, London (Jonathan Cape Ltd.) 1984.

Piazze d’Europe, Touring Club Italiano, Milaan (Touring Club Italiano/Centre Georges Pompidou) 1984.

The Observer 5 oktober 1986, p. 46, 49.

Red Saunders en Syd Shelton (eds.), Ireland. A week in the life of a nation, London (Century Publishing) 1986.

Maat (samenstelling), 2×24 Uur in de provincie Utrecht, Wijk en Aalburg (Boek/design) 1987.

De Volkskrant 21 februari 1987.

Plaatwerk 4 (maart 1988) 22/23, (themanummer Geliefde personen), p. 14-15.

in Panorama:

21 januari 1972, p. 38-41.

(10 januari 1975) 2, p. 62-65.

(26 september 1975) 39, p. 38-39.

(januari 1978) 1 (speciale uitgave Een jaar in beeld 1977), p. 55, 76-77.

16 maart 1979-1981 (rubriek Mensen van Martens).

(6 april 1979) 14, p. 46-47.

(14 september 1979) 37, p. 36-41.

(30 november 1979) 48, p. 100-105.

(4 januari 1980) 1, p. 32-35.

(8 februari 1980) 6, p. 48-51.

(1981) 17, p. 106-109.

Secundaire bibliografie

Auteur onbekend, Peter Martens ziet ze zo … maar zijn ze ook zo?, in Rotterdams Nieuwsblad 31 maart 1962.

L.W.S., Portretten van Martens, in Rotterdams Parool 14 augustus 1963.

Auteur onbekend, Portretten van Martens in Galerie Punt Vier, in Rotterdams Nieuwsblad 21 november 1964.

Auteur onbekend, „Mensen – dat is toch de wereld”. Peter-Mathieu Martens, fotograaf bij toeval, in Algemeen Dagblad 26 november 1964.

Auteur onbekend, Jong talent. Werk van Peter M. Martens, in Foto 20 (mei 1965) 5, p. 220-229 (met foto’s).

Auteur onbekend, Peter Martens en zijn mensen, in Rotterdams Nieuwsblad 8 juli 1967.

Huub Goudriaan, Peter Martens’ foto’s zijn rauwe denkertjes, in De Rotterdammer 26 juli 1968, p. 7.

Rolf Boost, ‘De foto’s tonen de waarheid’, in Algemeen Dagblad 22 augustus 1968.

Harry Willemsen, Portret van triest mensdom, in De Tijd augustus 1968, p. 7.

fh (= Fred Hazelhoff), Peter-Mathieu Martens ziet mensen, in Foto 23 (november 1968) 11, p. 539-545 (met foto’s),

fh (= Fred HazelhofF), Fototentoonstelling van Chris Stapels, Hans Katan en Peter Martens in Rotterdam, in Foto 24 (september 1969) 9, p. 444-445.

J.M., Peter-Mathieu Martens: nulpunten en absurde hoofden, in Fototribune 31 (oktober 1969) 10, p. 1, 8-12 (met foto’s).

fh (= Fred Hazelhoff), Peter Martens. Fotografie is een wapen, in Foto 24 (december 1969) 12, p. 623-638 (met foto’s).

Cees v.d. Geer, Peter Martens gaat exposeren in V.S., in Rotterdam/Rijnmond 17 juni 1970, p. 4.

Auteur onbekend, God Bless America, in Havenloods 18 juni 1970.

Catalogus tent. Kontrasten. 22 Nederlandse kunstenaars van nu, Den Haag (Gemeentemuseum) 1970, p. 40-41.

Willem K. Coumans, Kontrasten. 22 Nederlandse kunstenaars van nu in Den Haag, in Foto 25 (november 1970) 11, p. 590-593.

Auteur onbekend, Objectief, in Panorama 7 mei 1971 (met foto’s).

R.E. Penning, De visie van een fotograaf, in Rotterdams Nieuwsblad 28 juli 1971.

J.M., Peter Martens, in Fototribune 33 (oktober 1971) 10, p.5, 18-23 (met foto’s).

Auteur onbekend, „Fotograaf van ellende”. Peter Martens: Mijn hart draait om in mijn lijf, in Algemeen Dagblad 19 februari 1973, p.2.

Peter Martens, in Foto 28 (oktober 1973) 10, p. 30-35 (met foto’s).

Auteur onbekend, Exposities van bekende en onbekende fotografen, in De Tijd 6 juni 1974.

Auteur onbekend, Monks in temple in Bangkok, in Invitation to Photography zomer 1974, p. 76-77.

Jan Juffermans, Zijn fotografen kunstenaars? Overbodige expositie in Rotterdam, in Algemeen Dagblad 16 juli 1974.

Auteur onbekend, Fotografen en hun werk. Peter Martens, in Foto 31 (april 1976) 4, omslag, p. 38-42 (met foto’s).

Willem K. Coumans, Atelier 14 in het Stedelijk. Tentoonstelling met Bien, Biezen en Martens, in Foto 32 (december 1977) 12, p. 45.

Els Barents (red.), Fotografie in Nederland 1940-1975, Den Haag (Staatsuitgeverij) 1978, p. 80 (met foto’s), biografie.

Auteur onbekend, Harlem, een moord per dag, in Nieuwe Revu (6 oktober 1978) 40, p. 18-21.

Auteur onbekend, Peter Martens, in Foto 33 (november 1978) 11, p. 32.

Auteur onbekend, de harde reportages van Peter Martens, in Foto 33 (december 1978) 12, p. 38-45 (met foto’s).

Bas van Kerkhof, Martens, de verontwaardigde, in Panorama (16 maart 1979) 11,p. 65.

Auteur onbekend, World Press Photo’79. Fotografen Panorama bekroond, in Panorama (6 april 1979) 14, p. 46-47.

Auteur onbekend, Peter Martens, in Magazijn (oktober 1979) 82, omslag.

Rommert Boonstra, Fotografie en erotiek, in Zero 1 (oktober 1979) 4, p. 98-99.

Piet Koster, Ik fotografeer zaken die niet kloppen, in Het Vrije Volk 16 oktober 1979, p. 19.

Rommert Boonstra, De flits van het heilige moeten, in Elseviers Magazine 3 november !979, p. 131, 133.

Terry James Kester, Shooting to shock, in Holland Herald 15 (1980), p. 30-33.

Peter Hooft, De ondergang van Afrika, in Panorama (1980) 40, p. 48-53.

Hans Kops, Getto in Nederland, in Panorama (december 1980) 52, p. 52-61.

Catalogus tent. Fotograferen in Rotterdam, Rotterdam (Rotterdamse Kunststichting) 1981, p. 26-27, 72-73 (met foto’s).

Bas Roodnat, Kunnen fotografen dan nooit eens iets nieuws verzinnen?, in NRC Handelsblad 10 april 1981.

Fred Jansz, De dood en ik hebben blijkbaar iets met elkaar, in Foto 36 (mei 1981) 5, p. 5, 34-39 (met foto’s).

Jan Heemskerk, Verachtelijke acties op Koninginnedag, in Panorama (1981) 20.

Bas Vroege, Peter Martens, in Magazijn (september 1981) 103, p. 35.

Bas Vroege, Peter Martens, in Perspektief (september/oktober/november 1981) 9, p.8-15 (met foto’s).

Steef Davidson en Frans van Burkom, Geen commentaar. Fotografen als ooggetuigen van agressie en geweld (catalogus), Amsterdam (Nederlandse Kunststichting) 1982.

Renate Dorrestein, De wereld wil niet dat Hongkong een gezicht heeft, in Panorama (december 1982) 52, p. 52-61.

Auteur onbekend, Peter Martens. L’atraque quotidienne de 1’horreur, in Photo (Parijs) (december 1982) 183, p. 93-99.

Auteur onbekend, Tilburg, Peter Martens, in Foto 37 (april 1982) 4, p. 18.

Renate Dorrestein, De verschrikkelijke wereld van Peter Martens, in De Tijd 13 augustus 1982, p. 46-53.

Matt Dings, De mariniers, in De Tijd 18 maart 1983, p. 25-29.

Luuk Kramer, Geen commentaar, in Perspektief (lente 1983) 14, p.6-7.

Auteur onbekend, Peter Martens wint Joop Alblasprijs 1984, in Fotoprof 2 (voorjaar 1984) 1, p. 16.

Auteur onbekend, Slachtoffers, in Bondig (uitgave van de Voedingsbond FNV) 9 (1969), p. 18-23.

Auteur onbekend, Fotograaf Martens onderscheiden voor volledige eigen stijl, in De Volkskrant 10 maart 1984.

Herman Hoeneveld, Peter Martens gek op dat ene goede beeld, in P/F Professionele Fotografie (februari/maart 1984) 1, p. 45-51 (met foto’s).

Els Barents, Van afbeelden naar verbeelden, in Foto in vorm. Grafisch Nederland 1984, Amsterdam (Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen) 1984, p. 38.

Auteur onbekend, Joop-Alblas-Prijs voor Peter Martens, in Bondsbulletin (BNAFV) 3 (april 1984) 4, p. 7.

Matt Dings, De buurt van Peter Martens, in De Tijd 13 april 1984.

Ellen Kok, Het wrede mededogen van Peter Martens, in Foto 39 (november 1984) 11, omslag, p. 24-29 (met foto’s).

Ton van Dillen (inl.), Foto en vormen, Werkgroep Foto’85 Wijchen, Wijchen (Foto’85) 1985.

Henk Blanken en Wim de Jong, De mens achter de fotojournalist. Peter Martens, in Focus 70 (februari 1985) 2, p. 33-37 (met foto’s).

Johanneke van Slooten, De dilemma’s van de sociale fotografie, in Haagse Post 18 mei 1985, p. 50.

Jos Slats, De zendingsdrang van Peter Martens, in Vrij Nederland 22 juni 1985, p. 19.

Chris Kijne, De kinderen van Peter Martens, in Plaatwerk 3 (september 1986) 16, p. 4-10 (met foto’s).

Auteur onbekend, Nieuw lid: Peter Martens, in GKf-Bulletin (november 1986) 4 (met foto’s).

Frans Vogel, ‘t Staartje van de Fles, in Het Vrije Volk (artikelen verschenen in de periode 1987/1988).

Herman Hoeneveld, Peter Martens. In kleur: Het leven volgens Peter M., in Reftexions 6 (januari/februari 1987) 30, p. 5-7 (met foto’s).

Ellen Kok, Peter Martens. „Ik fotografeer voor mijn eigen gemoedsrust”, in Focus 74 (februari 1987) 2, p.47-55 (met foto’s).

Auteur onbekend, Beurzen/tentoonstellingen, in De Volkskrant 7 februari 1987.

Rolf Bos, Mijn foto’s zijn druppeltjes, in De Volkskrant 14 februari 1987.

Ernst Gottlieb, Dialoog (interview), in P/F Professionele Fotografie (1987) 3, p. 34-37.

Fons Burger, (artikel zonder titel), in Rotown Magazine (augustus 1987) 4.

Auteur onbekend, Beurzen/tentoonstellingen, in De Volkskrant 8 augustus 1987.

Wim de Jong, De oorlog van alledag, in Het Vrije Volk 16 januari 1988, p. 11.

Wim de Jong, Ongenaakbare foto’s, in Het Vrije Volk 21 januari 1988, p. 13.

Rien Vroegindeweij, Stoffige flessen, in Haagse Post (23 januari 1988) 3, p. 50.

Renate Dorrestein, Respect, in De Tijd (29 januari 1988) 4.

Rolf Bos, Liefje, lach nog eens tegen het vogeltje, in De Volkskrant 12 maart 1988.

Frans Vogel, Bij de Fles, babies van Peter Martens, in Rotterdams Mooi voorjaar 1988, p. 24-26.

Wim Broekman, Peter Martens. Keurige serie, toch?, in Foto 43 (april 1988) 4, p. 67-71 (met foto’s).

Ellen Kok, Fotograaf Martens kiest voor inhoud, in Utrechts Nieuwsblad 28 juni 1988.

Wim Pijbes (inl.), Tas x Martens. 2 Kijken op fotografie, in Nieuwe Weelde (1988) 8, p. 4-8.

J.M. Linthorst e.a., Fotografie in Rotterdamse Galeries, Rotterdam (Stichting Rotterdamse Galeries) 1988.

Cas Wichers, Peter Martens en de kanslozen. Nieuw boek van ‘Fotojournalist 1988’, in De Telegraaf 19 juli 1989.

MH, Wanhoop in het laatste stadium, in Vrij Nederland-Boekenbijlage (8 juli 1989) 27, p.11.

Fiona Valentijn, Peter Martens, in P/F Professionele Fotografie (november 1989) 5, p. 59-66.

Lidmaatschappen

Magnum, van 1982-1984.

GKf, vanaf ca. november 1986.

Onderscheidingen

1977 Eerste en tweede prijs in de categorie ‘Miscellaneous’, World Press Photo.

1979 Tweede prijs in de categorie ‘Color Picture Stories’, World Press Photo.

1982 Creativity Award van het Amerikaanse blad voor vormgevers.

1984 (maart) Joop Alblas Prijs 1983.

1986 Derde prijs in de categorie buitenland, De Zilveren Camera, (gedeeld met Dirk Buwalda).

1988 Fotojournalist van het jaar.

Tentoonstellingen

1963 (e) Rotterdam, ‘t Venster, Peter-Mathieu Martens. foto ‘s.

1964 (e) Rotterdam, Jongerencentrum AMVJ.

1964 (e) Den Haag, Galerie Arta, Portretten.

1964 (e) Schiedam, Galerie Punt Vier.

1967 (e) Rotterdam, Groothandelsgebouw Kriterion.

1968 (e) Schiedam, Galerie Punt Vier.

1968 (e) Rotterdam, ‘t Venster, Peter Martens foto’s.

1969 (g) Rotterdam, De Doelen, (Peter Martens, Hans Kazan en Chris Stapels).

1970 (g) Den Haag, Haags Gemeentemuseum, Kontrasten. 22 Nederlandse kunstenaars van nu.

1971 (g) Rotterdam, De Doelen.

1972 (g) Amsterdam, Expopaviljoen van de Floriade, World Press Photo.

1974 (g) Amsterdam, Fotogalerie Fiolet, (Cecil Beaton en Peter Martens).

1974 (g) Rotterdam, De Doelen, (Gerard van Soest, Peter Martens en Vincent Mentzel).

1977 (g) Rotterdam, Hulp- en Informatiecentrum (Coolsingel), (selectie uit het Kijkboek over gastarbeid).

1977 (g) Rotterdam, De Kijkkist, Foto Morgana (rondreizende tentoonstelling).

1977 (g) Amsterdam, Rijksmuseum Vincent van Gogh, World Press Photo (rondreizende tentoonstelling).

1977 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Atelier 14. (Ania Bien, Hans Biezen en Peter Martens).

1978 (e) Rotterdam, Erasmusuniversiteit.

1978 (e) Eindhoven, Stedelijk Van Abbe Museum, 1/250 op 8.

1978 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Fotografie in Nederland 1940-1975.

1979 (e) Eindhoven, Stedelijk Van Abbe Museum.

1979 (g) Amsterdam, Rijksmuseum Vincent van Gogh, World Press Photo (rondreizende tentoonstelling).

1979 (g) Rotterdam, De Doelen, (foto’s van Peter Martens en werk van de schilder Jan van den Broek).

1980 (e) Brussel, Abdij van Dieleghem, Nothing Special.

1981 (g) Rotterdam, De Doelen, De fotograaf als ooggetuige (maakt deel uit van drie tentoonstellingen met als gezamenlijke titel Fotograferen in Rotterdam).

1981 (e) Rotterdam, Galerie Perspektief.

1981 (g) Amsterdam, Nederlandse Kunststichting, Kijken-vinden. De foto als registratie (rondreizende tentoonstelling).

1981 (e) Utrecht, Galerie Jan Schut, Foto’s van Peter Martens.

1982 (e) Tilburg, Kultureel Sentrum (Koningsplein 1).

1982 (e) Helmond, Kunstzaal ‘t Meyhuis, Nothing special.

1982 (e) Rotterdam, Galerie Perspektief, Nothing Special.

1982 (g) Amsterdam, Anne Frankhuis, Tekens aan de wand.

1983 (g) Amsterdam, De Nederlandse Kunststichting, ‘Geen Commentaar’-fotografen als ooggetuigen van agressie en geweld (rondreizende tentoonstelling).

1983 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, World Press Photo (rondreizende tentoonstelling).

1983 (g) Hull, Ferens art gallery, (uitwisseling tentoonstelling Rotterdam/Hull).

1983 (g) New York, KLM, In my view (rondreizende tentoonstelling).

1984 (e) Amsterdam, Koninklijk Instituut voor de Tropen, (expositie in kader van de uitreiking van de Joop Alblas Prijs 1983).

1984 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, World Press Photo (rondreizende tentoonstelling).

1984 (g) Rotterdam, Museum Boymansvan Beuningen, Momentopname van een creatieve stad.

1984 (g) Rotterdam, ‘Westersingel 8’, Die stad komt nooit af.

1984 (g) (rondreizende tentoonstelling van Magnum over Zuid Amerika).

1985 (g) Wijchen, Kasteel, Foto en vormen.

1985 (g) Rotterdam, Perspektief, (Ed van der Elsken en Peter Martens).

1985 (g) Rotterdam, Museum Boymans van Beuningen.

1985 (e) Helmond, ‘t Meyhuis, Nothing special.

1985 (e) Tilburg, Kultureel Sentrum, (overzichtstentoonstelling) .

1985 (g) Rotterdam, Perspektief, Rotterdamse fotografen.

1985 (g) Rotterdam, Buitengalerie, De bevalling.

1985 (g) Amsterdam, Gebouw van de Geïllustreerde pers, (expositie naar aanleiding van een Symposium over fotojournalistiek, georganiseerd door de Nieuwe Revu, 7 februari 1985).

1985 (e) Eindhoven, Galerie Pennings, (overzichtstentoonstelling kleurenfotografie).

1986 (g) Rotterdam, ‘Westersingel 8’, Momentopname.

1986 (g) Rotterdam, World Trade Centre, (Kunst en bedrijf).

1986 (g) Amstelveen, Cultureel Centrum, Dutch Photography (vervolgens rondreizend).

1986 (g) (rondreizende tentoonstelling in het kader van de Zilveren Camera).

1987 (e) Hoensbroek, Fotogalerie 68 (Cultu reel Centrum Kasteel Hoensbroek), Peter Martens.

1987 (e) Amsterdam, Focus on Photography, (Een indringende fotoreportage over het minder gelukkige deel van onze samenleving).

1987 (e) Amsterdam, Canon Photo Gallery.

1987 (g) Rotterdam, ‘Westersingel 8’, Ego imago.

1987 (g) Rotterdam, Stadsbibliotheek, Fotografie in opdracht.

1987 (e) Rotterdam, Canon-Rotown Photogallery.

1987 (g) Rotterdam, Canon-Rotown Photogallery, Sprekend Deelder.

1987 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, (daklozententoonstelling).

1987 (g) Rotterdam, Archiefwinkel, Rotterdam nu gefotografeerd voor later.

1988 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, Geliefde personen (GKf).

1988 (g) Wuppertal, Begegnungen mit Rotterdam.

1988 (g) Den Haag, Museon, (Rode Kruistentoonstelling).

1988 (e) Utrecht, Jaarbeurs, Daklozen U.S.A. (rondreizende tentoonstelling naar aanleiding van zijn benoeming tot Fotojournalist van het jaar).

1988 (e) Utrecht, Galerie Pantafos, (overzichtstentoonstelling).

1988 (g) Amsterdam, Centrum voor Latijns-Amerikaanse Cultuur, Nederlandse fotografen in Zuid-Amerika.

1988 (g) Rotterdam, Galerie Tussenwater, Daklozen in USA.

1988 (e) Rotterdam, Erasmusuniversiteit, Peter Martens.

1988 (g) Amsterdam, Canon Photo Gallery, Humanitaskalender.

1988 (e) Amsterdam, Muziektheater, Dakloze kinderen.

1988 (g) Rotterdam, Perspektief, Foto Boogaloo.

1988 (g) Amsterdam, Galerie Focus, (verkooptentoonstelling).

1989 (g) Amsterdam, Tropenmuseum, Dodendans.

1989 (g) Amsterdam, Stedelijk Museum, De fotoruil.

1989 (g) Athene, (naar aanleiding van de International month of photography, mei 1989).

1989 (e) Breda, Hogeschool voor toerisme, Toerisme naar de Derde Wereld.

1989 (g) Amsterdam, Moderne Boekhandel (Leidsestraat 72), Corinne Noordenbos, Mario Hooglander, Peter Martens.

1989 (g) Amsterdam, Nieuwe Kerk, Foto ’89.

Radioprogramma’s

1982 (2 juni) Overrompelende tentoonstelling in het Meijhuis (Radio Omroep Brabant).

1987 (5 december) Gesprek met Peter Martens (Radio Rijnmond).

1987 (28 december) Het voordeel van de twijfel (Humanistisch Verbond).

1988 (16 januari) TROS Nieuwsshow (TROS).

1988 (8 maart) Passages, passanten (VPRO).

1989 (31 januari) Soortgenoten (Wim Kayzer interviewt Peter Martens) (VPRO).

Televisieprogramma’s

1987 ( 27 december) Kenmerk (Kees van Twist in gesprek met Vincent Mentzel, Peter Martens en Koen Wessing) (IKON).

1988 (31 oktober) Klokhuis (onderwerp: Over waarnemen) (NOS).

Bronnen

Rotterdam, Peter Martens, documentatie en mondelinge informatie.

Leiden, Prentenkabinet, bibliotheek en documentatiebestand.

Collecties

Amsterdam, Stedelijk Museum.

Amsterdam, Stichting „Dutch Photography”.

Leiden, Prentenkabinet van de Rijksuniversiteit.

Rotterdam, Artotheek (Centrum Beeldende Kunst).

Agentschap

Amsterdam, Hollandse Hoogte.

Auteursrechten

De auteursrechten en reproductierechten op het fotografisch oeuvre van Peter Martens berusten bij het Nederlands Fotomuseum te Rotterdam.